Vermeerkwartier

Dit artikel is (gedeeltelijk) geschreven door Pabo-studenten van de MarnixAcademie en blijft in ieder geval staan tot de beoordeling is gegeven.

Het Vermeerkwartier is een wijk in Amersfoort. Het Vermeerkwartier vormt samen met het Leusderkwartier en het Bergkwartier het zuiden van Amersfoort. De wijk ligt ten zuidoosten van het centrum van Amersfoort.

Ontstaan van het Vermeerkwartier

In de wijk werd als eerst gebouwd rond het jaar 1900. Rond het jaar 1930 werden er steeds meer woningen gebouwd. Er werd een woonbuurt gebouwd tussen het park Randenbroek, de Gasthuislaan en de Bisschopsweg. De straten kregen de namen van Nederlandse schilders, zoals de Vermeerstraat. De wijk werd vernoemd naar deze belangrijke straat en werd daarom het Vermeerkwartier genoemd. Na de Tweede Wereldoorlog werden er woningen gebouwd aan de andere kant van de Gasthuislaan.

De manier waarop steden gebouwd werden

Rond het jaar 1930 kwamen er meerdere soorten vervoersmiddelen, waardoor mensen zich gemakkelijker van de ene plek naar de andere plek konden verplaatsen. Ook nam in deze tijd de rijkdom toe, waardoor de rijkere bewoners van Amersfoort aan de rand van de stad konden gaan wonen. Bouwers en architecten begonnen met het bouwen van erg goede woningen, zodat de woningen lang zouden blijven staan. Ook werd er bij deze uitbreiding van de stad plannen gemaakt over de inrichting.

Ebenezer Howard was een Britse stedenbouwkundige. Hij had bedacht dat mensen (net als hij) niet meer in de stad wilden wonen. Mensen willen wel in de buurt van de stadskern wonen, maar ook graag in de buurt van het platteland. Daarom bedacht hij de ‘tuinsteden’. Deze steden lagen in grote groene gebieden. Ook kon je goed naar de steden toe komen met vervoersmiddelen. De straten moesten breed zijn met veel bomen aan de weg. Ook moesten in deze tuinsteden scholen en winkels komen. De ideeën van deze man vonden ze in veel landen erg goed bedacht. Het idee van de tuinsteden werd binnen en buiten Europa gebruikt bij het bouwen van nieuwe wijken.

Bouw van de wijk

Het idee van de tuinstad zie je terug bij de bouw van het Vermeerkwartier. Rond het jaar 1930 is in het Vermeerkwartier veel groen te zien. Ook konden ze in deze tijd met vervoersmiddelen goed bij deze wijk komen, er zijn veel brede wegen aangelegd. De woningen waren stevig en van goed materiaal gemaakt. Ook waren er in de wijk scholen, een speeltuin, een zwembad, een ijsvereniging en verschillende winkels.

Veranderingen in de wijk

Sinds het ontstaan van de wijk is er veel veranderd. De bomen die vroeger zijn gepland, zijn nu een stuk groter geworden. Er rijden nu veel auto’s door de wijk en langs de straten zijn parkeerplekken voor deze auto’s. Op foto’s lijken de straten daardoor nu veel smaller dan vroeger. Veel mooie gebouwen die vroeger in de wijk stonden zijn nu afgebroken. Op deze plaats werden later vaak huizen gebouwd. In het Vermeerkwartier hebben rond het jaar 1930 veel scholen gestaan. Jongens en meisjes gingen toen nog niet naar dezelfde school toe. De Aloysiusschool (eerst een jongensschool) aan het Dupontplein is een voorbeeld van een school die is blijven staan. Vroeger waren er erg veel winkels in de wijk te vinden. Er was een fietsenwinkel, een kapper, een ‘verfmenger’, een slijterij, een bakkerij, een kruidenier, een buurtwinkeltje, een boekhandel en een leesbibliotheek. Deze winkels zijn er nu niet meer en worden nu gebruikt als woonhuis.

Er gingen steeds meer auto’s door de straten van het Vermeerkwartier rijden. Daarom moest een brug over de Heiligenbergerbeek steviger gemaakt worden. Eerst was de brug van hout, maar later van beton. Ook de spoorwegovergang bij de Vermeerstraat-Arnhemseweg is veranderd. De spoorbomen moesten vroeger nog met de hand naar boven en beneden worden gedraaid. Bij deze overgang is door het vele verkeer nu een rotonde aangelegd.

Rond het jaar 1960 begon de bouw van een aantal flats aan de Gasthuislaan.