DNA: verschil tussen versies
k (→Videolink: iw+2) |
|||
Regel 1: | Regel 1: | ||
+ | {{Pabo}} |
||
− | [[Afbeelding:DNA1.png|thumb|right|213px]] |
||
− | [[Afbeelding:DNA2.png|thumb|right|200px]] |
||
− | '''DNA''', ook wel bekend als '''desoxyribonucleïnezuur''', is eigenlijk makkelijk gezegd je 'bouwtekening'. |
||
+ | [[Bestand:Friedrich Miescher.jpg|thumb|right|200px|Friedrich Miescher]] |
||
− | In het DNA zitten al je erfelijke bepalingen die je van je ouders hebt gekregen. Er zitten genen in, die bijvoorbeeld je haarkleur bepalen, de kleur van je ogen en je erfelijke ziektes. |
||
+ | [[Bestand:DNA double helix (13081113544).jpg|thumb|right|300px|Dubbele helix (wenteltrap)]] |
||
− | DNA zit in een [[chromosoom]], en ziet eruit als een gedraaide touwladder. |
||
− | Onderdelen van de DNA zijn de 4 [[Base (scheikunde)|basen]] die in elkaar passen: cytosine (C), guanine (G), adenine (A) en thymine (T). Op het eerste plaatje zie je hoe de basen in het DNA eruit zien. |
||
+ | == Wat is DNA? == |
||
− | Adenine past alleen op thymine en cytosine alleen op guanine, dat kun je goed zien op het tweede plaatje. |
||
− | DNA is de afkorting van een oorspronkelijk Engels woord, DesoxyriboNucleic Acid. |
||
− | ==Geschiedenis== |
||
+ | In een lichaam bevinden zich wel 40 miljard cellen. In iedere cel zijn [[moleculen]] te vinden. Deze moleculen bevinden zich in een kern. In de kern van de cel zit dan weer het DNA. DNA is een molecuul. Dit is heel klein en nauwelijks met het blote oog te bekijken. DNA is een afkorting van deoxyribonucleid acid. In het Nederlands deoxyribonuvleinezuur. |
||
− | DNA werd in 1869 ontdekt door de Zwitser [[Johann Friedrich Miescher]] (1844-1895). Hij wist de stof te zuiveren uit [[leukocyt]]en (witte bloedcellen), die hij uit het pus haalde, afkomstig van het ziekenhuisafval. De samenstelling van de moleculen van DNA bleef nog lange tijd onbekend. |
||
+ | |||
+ | Johan Friedrich Miescher ontdekte DNA. Hij vond het in witte bloedcellen die hij in het afval van het ziekenhuis had gevonden. De wetenschappers Watson en Crick ontdekten dat een DNA molecuul eruit ziet als een dubbele helix. Dit lijkt op de vorm van een wenteltrap. De treden van de trap vormen de vier basen A(denine), T(hymine), C(ytocine) en G(uanine). Een A is altijd gekoppeld aan een T en een C aan een G. De leuningen zijn een suiker (desoxyribose) en een fosfaatgroep. Deze treden vormen een code. De code is door de letters af te lezen. Dit is afgesproken. Afhankelijk van in welke volgorde de basen worden aangetroffen in de helix (wenteltrap) zal dit een DNA-code kunnen vormen. De vier basen worden dus achter elkaar aangetroffen. Dat gaat heel ver door binnen een cel. |
||
+ | |||
+ | Om een code te kunnen aflezen gebeurt er nog veel meer binnen cel. Een cel lijkt op een kleine fabriek. Deze fabriek noemen we de eiwitten/proteïne. De krachten en bewegingen hiervan zijn heel precies bekend. Het DNA doet niets zelf binnen de fabriek, maar de eiwitten lezen het DNA. Voordat dit kan, moeten de eiwitten worden aangemaakt. Hier is ook RNA (ribonucleic acid), ook wel ribonucleinezuur bij nodig. Wanneer er dan binnen het DNA 3 juist opeenvolgende basen worden gevormd, ontstaat er aminozuur. Een reeks aminozuren vormt een eiwit. Deze bepaalde code om een eiwit te kunnen maken, wordt een gen genoemd. Deze genen bevinden zich in een chromosoom. Een chromosoom bevat dus weer DNA. Het DNA bepaald dus wel weer hoe de eiwitten eruit komen te zien. Dit bepaalt weer hoe mensen eruit komen te zien, bijvoorbeeld de kleur van je ogen. In iedere celkern bevinden zich 46 chromosomen. Daarvan krijg je er 23 van je moeder en 23 van je vader. Al het DNA in je lichaam wordt ‘genoom’ genoemd. DNA is dus eigenlijk een persoonlijke code. Deze persoonlijke codes maken een persoon uniek. DNA kan ook beschadigen. Dit komt vaak door invloeden van buitenaf. Hierbij kan gedacht worden aan sigarettenrook en zonlicht. Vaak herstellen de cellen zelf, maar het kan ook blijvend zijn. |
||
+ | |||
+ | [[Bestand:Day 253 - West Midlands Police - Forensic Science Lab (7969822920).jpg|thumb|right|300px|Forensisch onderzoek]] |
||
+ | [[Bestand:Guide to finger-print identification (electronic resource) (1905) (14597913879).jpg|thumb|right|150px|Vingerafdruk]] |
||
+ | |||
+ | |||
+ | == DNA bij politieonderzoeken== |
||
+ | |||
+ | DNA kan bij politieonderzoeken heel belangrijk zijn. Wanneer er een misdaad wordt gepleegd kan met DNA de dader worden achterhaald. Op het plaats delict, dit is de plaats waar de misdaad is gepleegd, wordt gezocht naar DNA-materiaal. Hier wordt een rechercheteam voor ingezet. Zij gaan dus op zoek naar DNA-materiaal, bijvoorbeeld haren, bloed, speeksel, huidschilfers en vingerafdrukken. Dit DNA-materiaal gaat naar het Nederlands Forensisch Instituut. Daar wordt het DNA-materiaal onderzocht met speciale vloeistoffen, computers en machines. Aan de hand van het gevonden DNA gaan zij op zoek naar een ‘match’. Pas als alles precies overeenkomt met een profiel is er daadwerkelijk een ‘match’. Het kan ook zijn dat er geen ‘match’ gevonden wordt, omdat het DNA-profiel niet volledig is. Tegenwoordig kan er door de nieuwe technieken snel DNA worden gehaald uit een kleine hoeveelheid gevonden materiaal. Hierdoor is de ‘match’ wel vaker onvolledig en kan dit verkeerd worden bekeken door rechters, advocaten en de [[officier van justitie]]. Het gebeurd dus ook wel eens dat hierdoor fouten worden gemaakt en er een ‘verkeerde dader’ wordt gepakt! |
||
==Videolink== |
==Videolink== |
||
− | * [http:// |
+ | * [http://www.schooltv.nl/share/WO_NTR_425482 DNA] |
[[categorie:Biologie]] |
[[categorie:Biologie]] |
Versie van 23 okt 2016 16:07
Dit artikel is (gedeeltelijk) geschreven door Pabo-studenten van de MarnixAcademie en blijft in ieder geval staan tot de beoordeling is gegeven. |
Wat is DNA?
In een lichaam bevinden zich wel 40 miljard cellen. In iedere cel zijn moleculen te vinden. Deze moleculen bevinden zich in een kern. In de kern van de cel zit dan weer het DNA. DNA is een molecuul. Dit is heel klein en nauwelijks met het blote oog te bekijken. DNA is een afkorting van deoxyribonucleid acid. In het Nederlands deoxyribonuvleinezuur.
Johan Friedrich Miescher ontdekte DNA. Hij vond het in witte bloedcellen die hij in het afval van het ziekenhuis had gevonden. De wetenschappers Watson en Crick ontdekten dat een DNA molecuul eruit ziet als een dubbele helix. Dit lijkt op de vorm van een wenteltrap. De treden van de trap vormen de vier basen A(denine), T(hymine), C(ytocine) en G(uanine). Een A is altijd gekoppeld aan een T en een C aan een G. De leuningen zijn een suiker (desoxyribose) en een fosfaatgroep. Deze treden vormen een code. De code is door de letters af te lezen. Dit is afgesproken. Afhankelijk van in welke volgorde de basen worden aangetroffen in de helix (wenteltrap) zal dit een DNA-code kunnen vormen. De vier basen worden dus achter elkaar aangetroffen. Dat gaat heel ver door binnen een cel.
Om een code te kunnen aflezen gebeurt er nog veel meer binnen cel. Een cel lijkt op een kleine fabriek. Deze fabriek noemen we de eiwitten/proteïne. De krachten en bewegingen hiervan zijn heel precies bekend. Het DNA doet niets zelf binnen de fabriek, maar de eiwitten lezen het DNA. Voordat dit kan, moeten de eiwitten worden aangemaakt. Hier is ook RNA (ribonucleic acid), ook wel ribonucleinezuur bij nodig. Wanneer er dan binnen het DNA 3 juist opeenvolgende basen worden gevormd, ontstaat er aminozuur. Een reeks aminozuren vormt een eiwit. Deze bepaalde code om een eiwit te kunnen maken, wordt een gen genoemd. Deze genen bevinden zich in een chromosoom. Een chromosoom bevat dus weer DNA. Het DNA bepaald dus wel weer hoe de eiwitten eruit komen te zien. Dit bepaalt weer hoe mensen eruit komen te zien, bijvoorbeeld de kleur van je ogen. In iedere celkern bevinden zich 46 chromosomen. Daarvan krijg je er 23 van je moeder en 23 van je vader. Al het DNA in je lichaam wordt ‘genoom’ genoemd. DNA is dus eigenlijk een persoonlijke code. Deze persoonlijke codes maken een persoon uniek. DNA kan ook beschadigen. Dit komt vaak door invloeden van buitenaf. Hierbij kan gedacht worden aan sigarettenrook en zonlicht. Vaak herstellen de cellen zelf, maar het kan ook blijvend zijn.
DNA bij politieonderzoeken
DNA kan bij politieonderzoeken heel belangrijk zijn. Wanneer er een misdaad wordt gepleegd kan met DNA de dader worden achterhaald. Op het plaats delict, dit is de plaats waar de misdaad is gepleegd, wordt gezocht naar DNA-materiaal. Hier wordt een rechercheteam voor ingezet. Zij gaan dus op zoek naar DNA-materiaal, bijvoorbeeld haren, bloed, speeksel, huidschilfers en vingerafdrukken. Dit DNA-materiaal gaat naar het Nederlands Forensisch Instituut. Daar wordt het DNA-materiaal onderzocht met speciale vloeistoffen, computers en machines. Aan de hand van het gevonden DNA gaan zij op zoek naar een ‘match’. Pas als alles precies overeenkomt met een profiel is er daadwerkelijk een ‘match’. Het kan ook zijn dat er geen ‘match’ gevonden wordt, omdat het DNA-profiel niet volledig is. Tegenwoordig kan er door de nieuwe technieken snel DNA worden gehaald uit een kleine hoeveelheid gevonden materiaal. Hierdoor is de ‘match’ wel vaker onvolledig en kan dit verkeerd worden bekeken door rechters, advocaten en de officier van justitie. Het gebeurd dus ook wel eens dat hierdoor fouten worden gemaakt en er een ‘verkeerde dader’ wordt gepakt!