Wicca

Wat is een Wicca?

Een Wicca is een heks van nu. Een Wicca houdt veel van dansen. Vooral tijdens rituelen en tijdens het magische werk, worden spreuken, verzen en liedjes vaak dansend uitgevoerd. Wicca’s geloven in een godin en god. Het teken van de Wicca is een soort ster. De punten van de ster hebben de volgende betekenissen: ziel, water, vuur, aarde en lucht. De spullen waar een Wicca mee werkt zijn: een altaar, madame, kelk, pentakel, staf, het boek der schaduwen, de bezem, wierook en kaarsen. We noemen hekserij of Wicca ook wel de oude religie. Een Wicca draagt vaak zwarte versleten kleren, maar dit hoeft niet. Een Wicca kun je herkennen aan: een heksenkat, toverdrank, bezemsteel en heksenkunst.

De geschiedenis van heksen.

Heksen leefden buiten in de open lucht. De mensen vroeger hadden een divinatie, dat hout de heksen buiten. De mensen beweerden dat heksen konden vliegen. Heksen aten geen zout ,dat vinden ze niet lekker. De heksen maakten toverdrankjes en zeiden :’’hokes spokes pilates pas, ik wou dat jij een kikker was. Bij de volle man was de heks het sterkst.

Heksen van nu zijn anders dan die van vroeger. Vroeger waren heksen een gevaar voor anderen. De mensen waren heel erg bang voor heksen. Wat een heks kon wisten ze niet precies, maar ze dachten dat heksen geesten konen oproepen en op een bezem kon vliegen. Heksen konen ook van gedaante veranderen, bijvoorbeeld in een wolf.

Vroeger leefden heksen in de Middeleeuwen en in de Gouden eeuw. Heksen waren vaak oude mannen of vrouwen. Heksen kregen vaak de schuld als er iets ergs gebeurde, bv. als een vrouw een miskraam kreeg of als de oogst mislukte. Vroeger geloofde men in God. God was goed en de duivel slecht. Mensen geloofden dat heksen contact hadden met de duivel. Als er iets mis was, dan kregen de heksen en dus de duivel altijd de schuld. Heksen hielpen de duivel, zo dacht men. Als je een heks was en ze hadden dat bewezen d.m.v. proeven werden ze verbrand of verdronken. Het was een vreselijke tijd voor deze mensen.