UEFA Champions League

Uit Wikikids
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

De UEFA Champions League is de grootste voetbalcompetitie van de wereld. De beste ploegen van Europa doen eraan mee.

Europa Cup I

Bestand:Champions League beker.jpg
De beker van de Europacup I / Champions League oftewel 'de beker met de grote oren'

De Champions League is een voortzetting van de Europa Cup I (Er was ook nog een Europa Cup II voor bekerwinnaars die later is afgeschaft en een Europa Cup III die later UEFA Cup werd genoemd). Die Europa Cup I werd voor het eerst verspeeld in het seizoen 1955/56. Het was een Europese competitie tussen de kampioenen van de diverse landen die elkaar in een uit- en een thuiswedstrijd ontmoetten. De winnaars gingen over naar de volgende ronde en de verliezers vielen af. Tot er nog twee clubs overbleven die in de finale streden om de Europa Cup, ook wel de beker met de grote oren genoemd.

Of je nu kampioen was van een groot voetballand zoals Italië of Engeland, of van een zwak voetballand zoals Luxemburg of IJsland, dat maakte niet uit. Dan mocht je toch meedoen. Lootte je als zwakke club een kampioen van een sterk land, dan had je pech gehad en lag je er in de eerste ronde meestal al uit. Per land mocht dus maar één club meedoen, behalve als de winnaar van de Europa Cup uit datzelfde land kwam en geen landskampioen was geworden. Die was dan het seizoen daarop gerechtigd ook deel te nemen. In dat geval waren er dus twee clubs die een land vertegenwoordigden.

De opvolger: de Champions League

Met ingang van het seizoen 1992/93 heet de EC 1 Champions League. De formule is in die zin gewijzigd, dat behalve de landskampioenen ook de nummers 2, 3 en zelfs 4 mee mogen doen als ze uit een sterk land komen. Zo zijn Duitsland, Engeland, Italië en Spanje elk soms vertegenwoordigd met 4 clubs. Twee of drie ervan zijn gelijk geplaatst voor de zogenaamde groepsfase, een derde of vierde kan zich daarbij via play-offs ook nog aansluiten. Voor de groepsfase treden 32 clubs aan. Daarin strijden 4 clubs uit diverse landen voor twee plaatsen in de volgende ronde. Verlies is dus niet direct dodelijk, als je maar bij de eerste twee eindigt in je groep. De volgende ronde is, zoals bij de vroegere EC 1, de knock-out-fase. In een uit- en een thuiswedstrijd wordt beslist wie een ronde verder mag.

Zwakkere landen echter mogen alleen met hun kampioen mee doen, en de nummers 2 moeten zich in een voorronde zien te plaatsen. De kampioenen van de zwakste landen zijn zelfs niet rechtstreeks geplaatst, maar moeten ook door de voorrondes (waarvan er drie zijn) heen. Het eindtoernooi bereiken ze meestal niet. Gelijke kansen voor iedereen is dus maar betrekkelijk. Het heeft allemaal met geld te maken. En inderdaad, er zijn miljoenen te verdienen in de Champions League. Het is zelfs zo erg, dat de begrotingen van de topclubs erop zijn afgestemd. Het is een ramp voor ze, als ze niet bovenaan eindigen in hun competities. Vermeldenswaard is nog dat de nummers 3 in de groepsfase zijn geplaatst voor een troosttoernooi, de zogeheten Europa League, de opvolger van de vroegere UEFA Cup.

Geschiedenis

1955/56 tot 1965/66

Alfredo di Stefano, de sterspeler van het grote Real Madrid uit de Jaren 50

In de meer dan halve eeuw dat er om de Europa Cup wordt gespeeld, is er natuurlijk van alles gebeurd dat de sportpagina's van de kranten haalde. En heus niet alleen vanwege sensationele uitslagen. In het begin, Jaren 50 en 60, was het toernooi een onderonsje van clubs uit Zuid-Europa. De eerste vijf finales werden allemaal gewonnen door het Spaanse Real Madrid. Dat had een team waarin welgeteld één Spanjaard speelde, linksbuiten Francisco Gento. De rest bestond voornamelijk uit Argentijnen (onder wie de beroemde Alfredo di Stefano) en Uruguayanen. Dan had je het Portugese Benfica (topspeler Eusebio) dat de volgende twee finales (1961 en 62) won. Daarna waren de Italianen aan de beurt met AC Milan ('63) en Inter ('64 en '65) en ten slotte weer Real Madrid (1966).

Een vreselijk ongeluk vond eveneens in die beginfase plaats. Het vliegtuig met de zeer talentvolle jonge ploeg van Manchester United, de "Busby babes" (genoemd naar trainer Matt Busby), die een Europacupwedstrijd in Belgrado hadden gespeeld, verongelukte op 6 februari 1958 bij een tussenstop in München. Slechts enkele spelers, onder wie Bobby Charlton, overleefden die ramp.

1966/67 tot 1984/85

Nadat de Zuid-Europese hegemonie door Celtic (1967) en Manchester United ('68) was doorbroken, brak een periode aan van Nederlandse successen. De eerste finale (AC Milan - Ajax in '69) ging nog verloren, maar daarna waren het Feyenoord (1970) en Ajax (1971-73) die vier jaar achtereen de Cup voor zich opeisten. Bayern München evenaarde Ajax door ook drie maal op rij de Europacup te winnen (1974-76). Vervolgens begon een tijdperk (1976-84) waarin Engelse clubs bij toerbeurt beslag op de "beker met de grote oren" legden: Liverpool (4x), Nottingham Forest (2x) en Aston Villa (1x). Alleen in 1983 onderbrak het Duitse Hamburg die reeks. Aan de Engelse successen kwam echter abrupt een einde door het Heizeldrama.

Want wederom speelde zich in die jaren een vreselijke tragedie af. In het Heizelstadion in Brussel werd op 29 mei 1985 de finale tussen Liverpool en Juventus uit Italië afgewerkt. Aanhangers van Liverpool bestormden voor de wedstrijd het vak met Italiaanse supporters die probeerden te vluchten maar geen kant opkonden. In de paniek die ontstond, werden 39 mensen doodgedrukt en raakten er 400 gewond. Evengoed ging de wedstrijd onder het motto "The show must go on" gewoon door!

De Engelse voetbalbond besloot hierop alle Engelse clubs voor vijf jaar uit te sluiten van deelname aan de drie Europese cupcompetities, Liverpool, dat als hoofdverantwoordelijke werd beschouwd, zelfs zes jaar. Pas in 1999 wist een Engelse club (Manchester United) weer tot de finale door te dringen. Tegelijk profiteerden natuurlijk de andere Europese clubs van het wegvallen van de Engelse concurrentie.

1985/86 tot 2011/12

Lionel Messi, de ster van Barcelona, met welk team hij tweemaal de Champions League won

Zou PSV de EC 1 gewonnen hebben als Liverpool of een andere Engelse club gewoon had meegedaan? We zullen het nooit weten. In elk geval waren de Eindhovenaren de derde Nederlandse club (na Ajax en Feyenoord) die in de finale van 1988, na een verlenging en zenuwslopende strafschoppen, aan het langste eind trokken.

En Ajax dan. Dat was ook weer terug met een fijn elftal, waarvan de spelers later uitzwermden over Europa naar clubs in landen met lagere belastingtarieven waar dus veel meer te verdienen viel (want clubliefde is iets dat alleen maar bestaat bij sommige supporters). In de al even bloedstollende finale van 1995 werd AC Milan met 1-0 verslagen. Het jaar daarop stond Ajax trouwens opnieuw in de finale, maar moest zijn meerdere erkennen in het Italiaanse Juventus.

De eerste Engelse club die weer de finale bereikte was, zoals gezegd, Manchester United in 1999 in een van de merkwaardigste EC-finales, die ooit zijn gespeeld. Bayern München, ook door de jaren heen een vaste klant voor finaleplaatsen, stond in die wedstrijd twee minuten voor tijd nog met 1-0 voor en rekende zich al rijk. De zege leek in de tas te zitten, tot Manchester in de voorlaatste minuut en in wat zowat de allerlaatste seconde geweest moet zijn tweemaal scoorde en dus toch nog met 2-1 wist te winnen.

Een nauwelijks minder sensationeel verloop kende de finale van 2005 tussen Liverpool en AC Milan. Die leek zelfs halverwege al beslist, want bij de pauze leidden de Milanezen met 3-0. Maar Liverpool wist toch nog een verlenging uit het vuur te slepen (3-3) en toen daarin niet gescoord werd, moesten penalty's de beslissing brengen. Liverpool hield bij die strafschoppenreeks het hoofd het meest koel en won de beker - 20 jaar na de ramp in het Heizelstadion - voor de vijfde keer.

De cupwinnaars vanaf 1955/56

Seizoen Finale
1955/56 Real Madrid - Stade de Reims 4-3
1956/57 Real Madrid - Fiorentina 2-0
1957/58 Real Madrid - AC Milan 3-2 n.v.
1958/59 Real Madrid - Stade de Reims 2–0
1959/60 Real Madrid - Eintracht Frankfurt 7-3
1960/61 Benfica - Barcelona 3-2
1961/62 Benfica - Real Madrid 5-3
1962/63 AC Milan - Benfica 2-1
1963/64 Internazionale - Real Madrid 3-1
1964/65 Internazionale - Benfica 1-0
1965/66 Real Madrid - Partizan Belgrado 2-1
1966/67 Celtic - Internazionale 2-1
1967/68 Manchester United - Benfica 4-1 n.v.
1968/69 AC Milan - Ajax 4-1
1969/70 Feyenoord - Celtic 2-1 n.v.
1970/71 Ajax - Panathinaikos 2-0
1971/72 Ajax - Internazionale 2-0
1972/73 Ajax - Juventus 1-0
1973/74 Bayern München - Atlético Madrid 4-0

(replay; 1ste finale 1-1)

1974/75 Bayern München - Leeds United 2-0
1975/76 Bayern München - Saint-Étienne 1-0
1976/77 Liverpool - Borussia Mönchengladbach 3-1
1977/78 Liverpool - Club Brugge 1-0
1978/79 Nottingham Forest - Malmö FF 1-0
1979/80 Nottingham Forest - Hamburger SV 1-0
1980/81 Liverpool - Real Madrid 1-0
1981/82 Aston Villa - Bayern München 1-0
1982/83 Hamburger SV - Juventus 1–0
1983/84 Liverpool - AS Roma 1-1

Liverpool w.n.s.

1984/85 Juventus - Liverpool 1–0
1985/86 Steaua Boekarest - Barcelona 0-0

Steaua w.n.s.

1986/87 FC Porto - Bayern München 2-1
1987/88 PSV - Benfica 0-0

PSV w.n.s.

1988/89 AC Milan - Steaua Boekarest 4–0
1989/90 AC Milan - Benfica 1–0
1990/91 Rode Ster Belgrado - Olympique Marseille 0-0

Rode Ster w.n.s.

1991/92 Barcelona - Sampdoria 1-0
1992/93 Olympique Marseille - AC Milan 1-0
1993/94 AC Milan - Barcelona 4-0
1994/95 Ajax - AC Milan 1-0
1995/96 Juventus - Ajax 1-1

Juventus w.n.s.

1996/97 Borussia Dortmund - Juventus 3-1
1997/98 Real Madrid - Juventus 1-0
1998/99 Manchester United - Bayern München 2-1
1999/2000 Real Madrid - Valencia 3-0
2000/01 Bayern München - Valencia 1-1

Bayern München w.n.s.

2001/02 Real Madrid - Bayer Leverkusen 2–1
2002/03 AC Milan - Juventus 0-0

AC Milan w.n.s.

2003/04 FC Porto - AS Monaco 3-0
2004/05 Liverpool - AC Milan 3-3

Liverpool w.n.s.

2005/06 Barcelona - Arsenal 2-1
2006/07 AC Milan - Liverpool 2-1
2007/08 Manchester United - Chelsea 1-1

Manchester United w.n.s.

2008/09 Barcelona - Manchester United 2-0
2009/10 Internazionale - Bayern München 2-0
2010/11 Barcelona - Manchester United 3-1
2011/12 Chelsea - Bayern München 1-1

Chelsea w.n.s.

2012/13 Bayern München - Borussia Dortmund 2-1
2013/14 Real Madrid - Atlético Madrid 4-1 n.v.
2014/15 Barcelona - Juventus 3-1
2015/16 Real Madrid - Atlético Madrid 1-1

Real Madrid w.n.s

n.v. = na verlenging; w.n.s. = wint na strafschoppen

Wie won de meeste Europa Cups?

Club Aantal
Real Madrid 11
AC Milan 7
Barcelona
Bayern München
Liverpool
5
Ajax 4
Internazionale
Manchester United
3
Benfica
FC Porto
Juventus
Nottingham Forest
2
Aston Villa
Borussia Dortmund
Celtic
Chelsea
Feyenoord
Hamburger SV
Olympique Marseille
PSV
Rode Ster Belgrado
Steaua Boekarest
1

(stand t.e.m. seizoen 2014/2015)

Afkomstig van Wikikids , de interactieve Nederlandstalige Internet-encyclopedie voor en door kinderen. "https://wikikids.nl/index.php?title=UEFA_Champions_League&oldid=447271"