Stadhuis van Parijs

Uit Wikikids
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Het stadhuis van Parijs

Het stadhuis van Parijs (Frans: Hôtel de ville de Paris) is het stadhuis van de Franse hoofdstad Parijs. Het stadhuis ligt aan de Place de l'Hôtel-de-Ville in het 4e arrondissement van de stad. In het stadhuis vergadert de gemeenteraad van de stad Parijs. Ook zijn de werkkamers van de burgemeester en het bestuur van de gemeente aanwezig in het gebouw.

Het stadhuis is al sinds 1357 aanwezig op deze plek, maar het huidige gebouw is pas veel later gebruikt.

Geschiedenis

Ontstaan

Het stadhuis voor de uitbreiding in 1830

In 1357 kocht de burgemeester van Parijs een gebouw aan de Place de Grève. Dit was een populair plein in Parijs, waar Parijzenaren vaak naar executies kwamen kijken. Het stadsbestuur werkte toentertijd vanuit de Parloir aux bourgeois. Koning Frans I wilde echter dat de stad een nieuw stadhuis kreeg. Volgens hem was de Parloir aux bourgeois niet goed genoeg voor een wereldstad als Parijs. De burgemeester moest daarom een plek vinden voor een nieuw gebouw, wat hij deed in 1357.

Voor de bouw van het gebouw werden twee architecten aangesteld; Dominique de Cortone en Pierre Chambiges. Zij moesten een gebouw maken in de stijl van de Renaissance. Het duurde tot 1628 voordat het gebouw af was. In de eeuwen daarna werd er vrijwel niets aan het gebouw veranderd. Tijdens de Franse Revolutie was het stadhuis de plaats waar veel belangrijke gebeurtenissen plaatsvonden.

Tot de commune

In de 19e eeuw onderging het stadhuis een grote restauratie. Zo werden tussen 1837 en 1848 de gevels van het gebouw in ere hersteld. Ook werden in de oude troonzaal toen nieuwe schilderijen aangebracht. Deze schilderijen beeldden allemaal belangrijke Parijse revoluties uit. Tijdens de restauratie werden ook twee vleugels toegevoegd. Het stadhuis werd hierdoor drie keer zo groot. De nieuwe vleugels werden in precies dezelfde stijl als het gebouw gebouwd, waardoor je haast geen verschil ziet. Tijdens de Julirevolutie van 1830 werd er geprotesteerd bij het stadhuis en het stadhuis werd zelfs ingenomen.

De protesten vonden ook plaats in 1852 door tegenstanders van het Tweede Franse Keizerrijk. Toch was het stadhuis ook de plaats waar keizer Napoleon III zich tot keizer de Fransen uitriep. In 1870 zou overigens de monarchie ook weer worden afgeschaft. Het balkon van het stadhuis werd gebruikt om de Derde Franse Republiek uit te roepen.

De ruïne van het stadhuis na de commune van Parijs

Niet veel later vond de Commune van Parijs plaats. De Parijzenaren grepen toen de macht van de nationale regering. De regering en het parlement moesten vertrekken naar het kasteel van Versailles. In mei 1871 werd de commune neergeslagen door het Franse leger. Het stadhuis van Parijs werd door de leden van de commune in de brand gestoken. Het stadhuis brandde toen helemaal uit en een hoop documenten gingen hierbij verloren.

Reconstructie

Na de commune van Parijs ontstonden er plannen om het gebouw te herbouwen. Tussen 1874 en 1883 werd het stadhuis opnieuw gebouwd, precies zoals het er voor de brand uitzag. Sindsdien is er niets meer aan de buitenkant van het gebouw veranderd. Aan de binnenkant werden wel veranderingen aangebracht. Zo liet men in 1937 een schuilkelder bouwen onder het stadhuis. Ook zetelde het comité voor de bevrijding van Parijs kort in het gebouw in 1944.

Sinds 1977 vergadert ook het bestuur van Parijs in het stadhuis. Sindsdien is ook de werkkamer met privéwoning van de burgemeester hier te vinden.

Gebouw

Buitenkant

De Dorpszaal

De voorgevel van het stadhuis van het stadhuisplein is 143 meter lang en bijna 19 meter hoog. Het bestaat uit een centraal gedeelte met twee vleugels. Aan het einde van de vleugels is een zogeheten paviljoen wat gekroond wordt door een torentje. De voorgevel van het gebied is rijk versierd met pilaren, beelden en reliëfs. Helemaal in het midden van de gevels bevindt zich een klok, waar de meeste versieringen zich bevinden. Rondom de klok zijn figuren afgebeeld die werk, instructie, voorzichtigheid en waakzaamheid voorstellen. Ook zijn er twee figuren afgebeeld die de Seine en de Marne voorstellen. Bovenop het middenstuk staat een belfort

Binnenkant

Ook de binnenkant van het stadhuis is rijk versierd. Er zijn een paar grote zalen te vinden. De bekendste zaal in het stadhuis is de Dorpszaal. Dit moest de Parijse tegenhanger van de Spiegelzaal in het kasteel van Versailles wonen. Waar de Spiegelzaal een symbool voor de monarchie is, is de Dorpszaal juist een symbool van de republiek. De Dorpszaal bevat zestien bogen die elk een historische Franse provincie afbeelden, zoals Normandië, Bretagne en Auvergne, maar ook Vlaanderen en Algerije.

Tuin

Achter het stadhuis is ook een klein park te vinden; de Jardin des Combattants-de-la-Nueve. De tuin bestaat uit enkele grasvelden met grindpaden, bomen en rozenstruiken. Ook is er een speelruimte voor kinderen en een konijnen- en kippenhok te vinden. Oorspronkelijk was de tuin gesloten voor het publiek, maar tegenwoordig is hij iedere zaterdag, zondag en op feestdagen open.

De tuin stond eerst bekend als de tuin van het stadhuis. In 2015 besloot burgemeester Anne Hidalgo (die overigens zelf van Spaanse komaf is) de tuin op te dragen aan de Spaanse republikeinen die Parijs in de Tweede Wereldoorlog bevrijd hadden.

Galerij

Afkomstig van Wikikids , de interactieve Nederlandstalige Internet-encyclopedie voor en door kinderen. "https://wikikids.nl/index.php?title=Stadhuis_van_Parijs&oldid=820897"