Slot Monbijou

Een schilderij van Slot Monbijou. Gemaakt rond 1739.

De gebouwen voor het slot in 1890.

Slot Monbijou was een paleis in de Duitse hoofdstad Berlijn. Het paleis lag aan de noordelijke oever van de Spree. Tijdens de Tweede Wereldoorlog was het paleis erg beschadigd en uiteindelijk in 1959 afgebroken.

Op de plek waar het paleis heeft gestaan, stond eerder nog een deel van de stadsmuur van Berlijn. Na de Dertigjarige Oorlog was het gehele gebied verwoest. In 1649 vond de Brandenburgse keurvorst Frederik Willem I ingericht moest worden. Hij schonk het gebied aan zijn vrouw Louise Henriette. Zij deelde het gebied in naar Hollands voorbeeld, aangezien ze Nederlander was. Er groeide aardappelen en andere Nederlandse planten. Toen ze overleed gaf de keurvorst het gebied aan zijn tweede vrouw Dorothea Sophie. Vervolgens kreeg haar zoon koning Frederik I van Pruisen het gebied. Hij liet het vergroten. Hij liet een slot bouwen van 400m², wat klein is voor een paleis. De bouw van het slot duurde van 1703 tot en met 1708.

Vanaf 1712 werd het slot alleen 's zomers bewoond door Sophia Dorothea van Hannover. Zij en haar schoonvader bedachten de naam van het slot. De naam Monbijou komen van de Franse woorden Mon bijou, wat mijn sieraad betekend. Tijdens een buitenlandse reis logeerde de Russische tsaar Peter de Grote voor twee dagen in het slot. Vervolgens liet Frederik II van Pruisen het slot grondig veranderen en uitbreiden. Sophie Dorothea bleef al die tijd 's zomers in het paleis wonen. In 1747 was de verbouwing klaar en in 1757 overleed Sophie Dorothea. Vervolgens stond het paleis een hele tijd leeg tot dat Frederika van Hessen-Darmstadt er ging wonen in 1786 tot haar dood in 1805. Vanaf dat moment woonden er meer leden van de koninklijke familie in het paleis.

In 1820 was het paleis al een museum met allerlei tentoonstellingen. In 1877 zorgde keizer Wilhelm II dat het Hohenzollernmuseum in het paleis kwam te zitten. Het museum stond in het teken van het Duitse koningshuis Hohenzollern. Het museum bleef bestaan tijdens de Novemberrevolutie, maar aan het einde van de Eerste Wereldoorlog kwam er een einde aan. Een groot deel van de collectie werd aan de Sovjet-Unie gegeven. Albert Speer had het idee om het paleis af te breken en te verplaatsen naar het park om Slot Charlottenburg. Maar door de Tweede Wereldoorlog werd dit nooit gedaan. In 1940 werd het paleis dichtgemetseld om het te beschermen. In 1943 werd het slot gebombardeerd en verging het als nog. In 1959 zijn de resten van het paleis afgebroken. Tegenwoordig ligt het Monbijoupark op deze plek.