SQL

SQL is de afkorting van Structured Query Language. Het is dus een querytaal ("query" wordt ongeveer als "kweerie" uitgesproken), een soort programmeertaal, maar dan om gegevens op te slaan en op te vragen.

Waar wordt SQL voor gebruikt?

SQL wordt gebruikt om gegevens in databases bij te houden. Bijvoorbeeld voor een bedrijf, dat gegevens van klanten wilt beheren. Of van een boerderij, die gegevens van koeien wilt bijhouden.

Hoe werkt SQL?

Met SQL kan je databases maken, in die databases kan je tabellen maken. In de tabellen kan je gegevens plaatsen.

SELECT, gegevens opvragen

Gegevens opvragen doe je door een query te maken. De query heeft een bepaalde syntax nodig om goed te begrijpen wat je wilt doen. Syntax is vergelijkbaar met grammatica, het is de opbouw van de taal. We nemen een database over verschillende soorten vruchten nu even als voorbeeld.

Een SQL query begint met het commando "SELECT", dat is Engels voor selecteer. Nu moet je aangeven wat voor gegevens je wilt, bijvoorbeeld: naam. De code die we tot nu toe hebben ziet er zo uit:

SELECT naam

De query weet nog niet in welke tabel gekeken moet worden, dit geven we aan met het commando "FROM". "From" betekent "van" in het Engels. We kiezen nu de naam van de tabel die we willen gebruiken, we nemen hiervoor bijvoorbeeld de tabel "fruit". We hebben nu:

SELECT naam
FROM fruit

De query denk nu dat we de namen van alle vruchten in de tabel fruit willen. Maar stel dat we alleen de gele vruchten willen zien, gebruiken we een voorwaarde. Voor een voorwaarde gebruiken we meestal "WHERE", het Engels voor "waar" of "waarbij".

SELECT naam
FROM fruit
WHERE kleur = "geel"

Als we klaar zijn met de query, sluiten we de query af met een puntkomma ";".

SELECT naam
FROM fruit
WHERE kleur = "geel";

De gegevens die we nu krijgen zouden er bijvoorbeeld zo uit kunnen zien:

naam
ananas
banaan
citroen
kiwi

Als je meerdere soorten gegevens wilt opvragen, zet je een komma tussen de opgevraagde gegevens.

SELECT naam, kleur, gebied
FROM fruit
WHERE kleur = "geel";

Wat we nu krijgen is:

naam	kleur	gebied
ananas	geel	Afrika, Amerika
banaan	geel	Afrika, Amerika
citroen	geel	Azië
kiwi	geel	Azië

DISTINCT, één keer iets laten zien

Stel dat we alleen de verschillende kleuren vruchten willen zien. Dan gebruiken we.

SELECT kleur
FROM fruit;

De gegevens die we nu krijgen zien er ongeveer zo uit:

kleur
geel
geel
geel
geel
groen
groen
groen
groen
oranje
oranje
rood
rood
rood
rood

We zien nu dat er veel vruchten zijn met dezelfde kleur. De lijst geeft nu de kleur van elke vrucht in de tabel aan. De lijst is nu wel erg lang, voor maar weinig informatie. Als we maar één keer een soort kleur willen laten zien, gebruiken we "DISTINCT", die zetten we na "SELECT". Dit is handig voor hele grote databases, waar wel duizenden gegevens kunnen staan.

SELECT DISTINCT kleur
FROM fruit;

geeft:

kleur
geel
groen
oranje
rood

UPDATE, gegevens bewerken

Zoals je misschien al is opgevallen, hoeven kiwi's niet altijd geel te zijn, er zijn ook groene kiwi's. Als we de tabel willen bewerken gebruiken we "UPDATE". Na "UPDATE" plaatsen we de naam van de tabel die we willen bewerken. We moeten ook aangeven hoe de waarden van de kolommen heten, dit wordt gedaan met: "SET".

UPDATE fruit
SET kleur="geel, groen"

Nu moeten we nog aangeven dat het over de kiwi gaat.

UPDATE fruit
SET kleur="geel, groen"
WHERE naam="kiwi";

Tabel fruit ziet er nu zo uit:

fruit

naam	kleur	gebied
ananas	geel	Afrika, Amerika
banaan	geel	Afrika, Amerika
citroen	geel	Azië
kiwi	geel, groen	Azië

Links

Databases om SQL te oefenen