Middelbare school

Uit Wikikids
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

De middelbare school wordt ook wel voortgezet onderwijs genoemd (v.o.). Na de basisschool, waar je ongeveer acht jaar hebt gezeten, ga je verder naar de middelbare school.

Cito scores

In Nederland maak je op veel scholen in groep 8 een CITO toets, daar komt een score uit. Het is niet meer zo dat de CITO -core bepaald naar welk niveau moet. Dat wordt bepaald door je juf of meester. Het minimale aantal punten dat je kan halen is 500, het maximale 550. Hieronder vindt je welke score bij welk advies hoort. Niet elke school gebruikt de CITO eindtoets, er zijn ook nog: ROUTE 8, De IEP Eindtoets, De Dia-eindtoets en de De AMN Eindtoets. Deze toetsen werken met andere scores dan dan de CITO.

Cito-score Advies
501 - 522 Basisberoepsgerichte leerweg
522 - 527 Basis- en Kaderberoepsgerichte leerweg
524 - 528 Kaderberoepsgerichte leerweg
528 - 532 Mavo
530 - 535 Gemengde/ theoretische leerweg
533 - 536 Gemengde/theoretische leerweg en havo
538 - 541 Havo
538 - 545 Havo/vwo brugklas
545 - 550 Vwo (Atheneum / Gymnasium / Tweetalig onderwijs / Tvwo)

De schoolkeuze

In Nederland zijn er verschillende vormen van het voortgezet onderwijs. Het VMBO onderverdeeld in het Basis, Kader, gemengde leerwerg en het VMBO-T (ook wel MAVO genoemd), de havo en het VWO. Het vwo is weer onderverdeeld in het atheneum en gymnasium. Als je in groep 7 en 8 zit kan je gaan kijken bij middelbare scholen die bij jouw niveau aansluiten op de open dagen die meestal in februari plaatsvinden. In groep 8 maak je dan je beslissing naar welke school je volgend jaar gaat.

Nederlandse schoolsysteem

In Nederland ga je van 4 jaar tot ongeveer 12 jaar naar de basisschool. Na de basisschool stroom je door naar de middelbare school. Je begint in de 1e klas, ook wel de brugklas genoemd. In Nederland kan je dan naar het praktijkonderwijs het VMBO, HAVO of VWO. Ook bestaat er in Nederland speciaal onderwijs.

Schoolsoorten in Nederland

praktijkonderwijs

Praktijkonderwijs (PRO). zorgt ervoor dat kinderen zo goed mogelijk in de maatschapij kunnen leven, iedereen volgt een eigen leerplan. Meestal duurt de opleiding 5 jaar. Na het praktijkonderwijs kan je gaan werken of naar het mbo

het VMBO

Het VMBO (Voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs) is een verzamelnaam van: basis, kader, gemengde leerweg (GL) en VMBO-T ook wel MAVO genoemd. Het VMBO duurt 4 jaar de 1e en 2e klas is de onderbouw. De 3e en 4e klas zijn de bovenbouw. Dan kies je ook een richting en kies je welke vakken je wil. Als je VMBO-T of MAVO doet kan je kiezen tussen 4 profielen (een profiel zijn een aantal vakken dat je volgt in de bovenbouw van de middelbare school, je hoeft dus niet in alle vakken eindexamen te doen, alleen de vakken die je hebt gekozen met je profiel.) :

Als je basis, kader of GL doet kan je kiezen tussen 10 profielen:

  • Bouwen, wonen en interieur;
  • Produceren, installeren en energie;
  • Mobiliteit en transport;
  • Media, vormgeving en ICT;
  • Maritiem en techniek;
  • Zorg en welzijn;
  • Economie en ondernemen;
  • Horeca, bakkerij en recreatie;
  • Groen;
  • Dienstverlening en producten.

Na het VMBO kan je doorstromen naar het MBO.

Als je VMBO-t of MAVO hebt gedaan kan je ook doorstromen naar de HAVO.

de HAVO

De HAVO (Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs) duurt 5 jaar. De 1e, 2e en 3e klas zijn de onderbouw en de 4e en 5e klas zijn de bovenbouw. in de bovenbouw kies je ook een vakkenpakket of profiel (een profiel zijn een aantal vakken dat je volgt in de bovenbouw van de middelbare school, je hoeft dus niet in alle vakken eindexamen te doen, alleen de vakken die je hebt gekozen met je profiel). Je kan kiezen tussen:

  • Natuur en Techniek (N&T)
  • Natuur en Gezondheid (N&G)
  • Economie en Maatschapij (E&M)
  • Cultuur en Maatschappij (C&M)

Welke vakken er bij deze profielen worden gegeven verschild per school, maar deze vakken zijn verplicht:

Natuur en techniek

  • Wiskunde B;
  • Natuurkunde;
  • Scheikunde.

Natuur en gezondheid

  • Wiskunde A of B;
  • Biologie;
  • Scheikunde.

Economie en maatschappij

  • Wiskunde A of B;
  • Economie;
  • Geschiedenis.

Cultuur en maatschappij

  • Geschiedenis;
  • Moderne vreemde taal

Na de HAVO kan je doorstromen naar het HBO of naar het VWO.

het VWO

Het vwo (Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs) bestaat uit het atheneum en gymnasium. Het is bijna hetzelfde, maar bij het gymnasium krijg je ook nog les in Grieks en Latijn. Het VWO duurt 6 jaar in de onderbouw is klas 1,2 en 3 de bovenbouw is klas 4,5 en 6. Ook op het VWO kies je een vakkenpakket of profiel (een profiel zijn een aantal vakken dat je volgt in de bovenbouw van de middelbare school, je hoeft dus niet in alle vakken eindexamen te doen, alleen de vakken die je hebt gekozen met je profiel). die zijn bijna hetzelfde als de Havo, maar er zijn wel een paar verschillen. Je kan kiezen uit:

  • Natuur en techniek;
  • Natuur en gezondheid;
  • Economie en maatschappij;
  • Cultuur en maatschappij.

Welke vakken er bij deze profielen worden gegeven verschild per school, maar deze vakken zijn verplicht:

Natuur en techniek

  • Wiskunde B;
  • Natuurkunde;
  • Scheikunde.

Natuur en gezondheid

  • Wiskunde A of B;
  • Biologie;
  • Scheikunde.

Economie en maatschappij

  • Wiskunde A of B;
  • Economie;
  • Geschiedenis.

Cultuur en maatschappij

  • Wiskunde C of A;
  • Geschiedenis.

na het VWO kan je doorstromen naar de universiteit

Speciaal onderwijs

In Nederland heb je speciaal onderwijs, dat is voor mensen die niet naar een "gewone" school kunnen. Er zijn in Nederland 4 clusters.

  • Cluster 1: blinde, slechtziende leerlingen;
  • Cluster 2: dove, slechthorende leerlingen of met een taal spraakontwikkelingsstoornis;
  • Cluster 3: lichamelijk gehandicapte en/of verstandelijk gehandicapte en langdurig zieke leerlingen (somatisch);
  • Cluster 4: kinderen met psychische stoornissen en gedragsproblemen.

Leerlingen kunnen op het speciaal onderwijs blijven tot en met het schooljaar dat ze 20 worden. Vaak kan je ook gewoon VMBO, HAVO of VWO doen op het speciaal onderwijs.

Middelbaar onderwijs in Vlaanderen

In Vlaanderen is de middelbare school iets anders ingericht. Het heeft 4 onderwijsrichtingen in het middelbaar onderwijs.

Structuur onderwijssysteem Vlaanderen

algemeen secundair onderwijs - ASO

algemeen secundair onderwijs - ASO is het best vergelijkbaar met het Nederlandse VWO.

Het ASO heeft 3 graden: de eerste graad (de observatiegraad) de tweede (de oriëntatiegraad) en derde graad (de determinatiegraad). Een graad bestaat uit twee leerjaren.

technisch secundair onderwijs - TSO

technisch secundair onderwijs - TSO is een onderwijsvorm in Vlaanderen. Het is een meer technische opleiding, wat wil zeggen dat er veel techniek aan te pas komt.

Je hebt drie types die je kan volgen in het TSO:

  • eerder theoretische opleidingen. Hiermee kan je verder gaan in het hoger onderwijs. Enkele voorbeelden zijn industriële wetenschappen, handel en techniek-wetenschappen.
  • meer praktijkgerichte opleidingen. Zij bereiden je zo voor dat je daarna direct aan de slag kan gaan. Een voorbeeld is hotel.
  • opleidingen waardoor je zowel verder kan studeren als onmiddellijk aan de slag gaan, zoals elektromechanica.

beroepsgericht secundair onderwijs - BSO

beroepsgericht secundair onderwijs - BSO is vooral een praktische onderwijsvorm. Na het BSO kun je direct gaan werken: je wordt immers voorbereid op een bepaald beroep. Je kan het het best vergelijken met het Nederlandse VMBO.

Theoretische vakken, zoals Nederlands, worden vaak niet als apart vak gegeven maar als een soort van project. Dit heet PAV (project algemene vakken).

In de eerste graad (twee leerjaren) leer je meestal verschillende "beroepenvelden" kennen. In de tweede graad kies je een studierichting. Als je na het zesde jaar nog een zevende jaar wilt volgen, een specialisatiejaar, dan krijg je ook een diploma secundair onderwijs. Hiermee kun je ook naar het hoger onderwijs.

Als je school en werk wilt combineren, kun je vanaf je 15de overstappen naar het deeltijds beroepsgericht secundair onderwijs (dbso).

kunstgericht secundair onderwijs - KSO

kunstgericht secundair onderwijs - KSO

Het kso combineert theorie en praktijk van kunstvakken (atelier of instrument) met algemeen vormende vakken zoals talen en wetenschappen. Deze combinatie biedt jongeren de kans om te kiezen voor kunst zonder andere opties van hoger onderwijs uit te sluiten. je kan kiezen tussen 3 verschillende stromingen:

Ballet

  • Ballet
  • Modern ballet

De Koninklijke Balletschool Antwerpen is de enige secundaire school die klassiek ballet aanbiedt. Modern ballet wordt niet aangeboden op kso-niveau.

Beeldende kunsten

  • Artistieke opleiding
  • Audiovisuele vorming met specialisatiejaar audiovisuele vormgeving
  • Beeldende en architecturale kunsten, in de tweede graad, splitst in de derde graad uit in:
    • Architecturale en binnenhuiskunst
    • Industriële kunst
    • Toegepaste beeldende kunst
    • Vrije beeldende kunst
  • Beeldende en architecturale vorming, in de tweede graad, splitst in de derde graad uit in:
    • Architecturale vorming met specialisatiejaar
    • Beeldende vorming

Naast deze studierichtingen voor de tweede en derde graad bestaat er ook een zevende jaar bijzondere beeldende vorming en een specialisatiejaar architecturale vorming, audiovisuele, industriële, ruimtelijke of grafische vormgeving.

Podiumkunsten

  • Muziek
  • Woordkunstdrama
  • Dans
Afkomstig van Wikikids , de interactieve Nederlandstalige Internet-encyclopedie voor en door kinderen. "https://wikikids.nl/index.php?title=Middelbare_school&oldid=708156"