Middelbare school
De Middelbare school wordt ook wel voortgezet onderwijs genoemd (v.o.). Na de basisschool, waar je ongeveer acht jaar hebt gezeten moet je verder naar de middelbare school.
Je keuze
Er zijn verschillende vormen van het voortgezet onderwijs. Bijvoorbeeld het vmbo 1,2,3,4, de havo en de vwo. Je schoolkeuze wordt door verschillende dingen bepaald. De svl (school vragen lijst) De cito entree toets (die kreeg je in groep 7)De cito toets( die krijg je in groep 8) en je cijfers.
Klassen
De eerste en vaak ook de tweede klas van de middelbare school noemt men de brugklas. Soms zitten havo en vmbo, of havo en vwo klassen dan bij elkaar in één klas en word hier bepaald welke richting je het best kunt kiezen. Meestal kies je gelijk in het begin al een richting. Na de tweede klas kom je in de bovenbouw. Dan mag je een profiel kiezen - je kunt dan vakken waar je slecht in bent (bijvoorbeeld de talen of wiskunde) laten vallen en vakken waar je goed in bent houden. Daarna heeft VMBO nog één leerjaar (die hebben er vier), HAVO nog twéé (die hebben er vijf) en VWO nog drie (die hebben er zes in totaal).
Studierichtingen
Nederland
In het middelbaar onderwijs werk je met afkortingen voor elke opleiding die je volgt. Je hebt de volgende basisopleidingen:
- VMBO - voorbereidend middelbaar onderwijs
- HAVO - hoger algemeen voortgezet onderwijs
- VWO - voortgezet wetenschappelijk onderwijs
Vlaanderen
Vlaanderen heeft 4 onderwijsrichtingen in het middelbaar onderwijs.
- ASO - algemeen secundair onderwijs
- TSO - technisch secundair onderwijs
- BSO - beroepsgericht secundair onderwijs
- KSO - kunstgericht secundair onderwijs
Verder heb je nog de TL, theoretische leerweg (meer doen, minder leren), het VWO + (voor scholen die geen gymnaseum kunnen geven) en het gymnaseum, wat exact hetzelfde is als het vwo maar waarbij je ook de talen Grieks en Latijn krijgt.