Loodgieterswerk

Uit Wikikids
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Een veelheid aan leidingen

Loodgieterswerk of Sanitair is elk systeem dat vloeistoffen transporteert op velerlei manieren. Loodgieterswerk maakt gebruik van leidingen, kleppen, sanitaire voorzieningen, tanks en andere apparaten om vloeistoffen te transporteren. Verwarming en koeling, afvalverwijdering en levering van drinkwater behoren tot de meest voorkomende toepassingen voor loodgieterswerk, maar het is niet beperkt tot deze toepassingen. Het woord is afgeleid van het Latijn voor lood, aangezien de eerste effectieve pijpen die in de Romeinse tijd werden gebruikt, loden pijpen waren.

Geschiedenis

Loodgieterswerk is ontstaan ​​tijdens de oude beschavingen, omdat ze openbare baden ontwikkelden en grotere aantallen mensen moesten voorzien van drinkwater- en afvalwaterleidingen.

De Mesopotamiërs vonden rond 4.000 v. Chr. kleipijpen uit, met de vroegste voorbeelden gevonden in de Tempel van Bel in Nippur en in Eshnunna. Deze werden gebruikt om afvalwater af te voeren en regenwater op te vangen in putten. De stad Uruk bevat de oudst bekende voorbeelden van met baksteen gebouwde latrines (soort toiletten), gebouwd bovenop onderling verbonden rioolbuizen van gebakken klei, ca. 3200 v.Chr.  Kleipijpen werden later gebruikt in de Hettitische stad Hattusa. Ze hadden gemakkelijk verwijderbare en vervangbare onderdelen en konden worden schoongemaakt.

Standaard aardewerk afvoerbuizen met brede kragen, gebruikmakend van asfalt (teer) om lekkages te voorkomen, verschenen in de stedelijke nederzettingen van de beschaving van de Indusvallei tegen 2700 v. Chr.

Koperen leidingen verschenen in Egypte in 2400 v. Chr., met de Piramide van Sahure en het aangrenzende tempelcomplex in Abusir, waarvan werd vastgesteld dat ze verbonden waren door een koperen afvoerleiding.

Romeinse tijd

Loden pijp in Romeins badhuis

Het woord "loodgieter" komt uit het Romeinse Rijk. Op Romeinse daken werd lood gebruikt en in leidingen en afvoerbuizen. Lood werd ook gebruikt voor het maken van baden.

Loodgieterswerk bereikte zijn vroege hoogtepunt in het oude Rome, met de introductie van uitgebreide systemen van aquaducten, afvoer van tegelafvalwater en gebruik van loden leidingen. De Romeinen gebruikten loden pijpinscripties om waterdiefstal te voorkomen.

Na de middeleeuwen

Met de val van Rome nam zowel de watervoorziening als de sanitaire voorzieningen gedurende meer dan 1000 jaar sterk af. Verbetering was erg traag, en er werd maar weinig effectieve vooruitgang geboekt tot de groei van moderne dichtbevolkte steden in de jaren 1800. Tijdens deze periode begonnen de volksgezondheidsautoriteiten aan te dringen op de aanleg van betere afvalverwerkingssystemen om epidemieën te voorkomen of het beheersen van ziekte. Vroeger bestond het afvalverwerkingssysteem uit het verzamelen van afval en het dumpen ervan op de grond (op straat) of in een gracht of rivier, wat voor een enorme stank zorgde en wat ongedierte aanlok. Uiteindelijk groeide de ontwikkeling van gescheiden ondergrondse water- en rioleringssystemen, open rioolsloten en beerputten.

Moderne tijd

De meeste grote steden leiden tegenwoordig afvalwater en ontlasting of uitwerpselen (fecaliën) naar rioolwaterzuiveringsinstallaties om het water te scheiden en gedeeltelijk te zuiveren, voordat het in stromen of andere watermassa's wordt geloosd. Voor drinkwatergebruik waren gegalvaniseerde ijzeren leidingen gebruikelijk in Europa vanaf het einde van de 19e eeuw tot ongeveer 1960. Na die periode namen koperen leidingen het over, eerst zacht koper met uitlopende fittingen, daarna met stijve koperen leidingen met gesoldeerde fittingen. Tegenwoordig wordt er veel gewerkt met knelkoppelingen.

Het gebruik van loden leidingen voor drinkwater nam na de Tweede Wereldoorlog sterk af door een toegenomen bewustzijn van de gevaren van loodvergiftiging. In die tijd werden koperen leidingen aanbevolen als een beter en veiliger alternatief voor loden leidingen. Voor de afvoer van afvalwater worden tegenwoordig vooral PVC buizen gebruikt.

Buizen en pijpen

Bij de aanleg van een nieuwe woonwijk moet er tevoren een goed plan worden gemaakt hoe en waarmee de woningen en bedrijven van water worden voorzien en hoe het afvalwater zal worden afgevoerd. Tegenwoordig zijn er ook systemen waar regenwater wordt opgeslagen om bijvoorbeeld de tuin te kunnen besproeien. Ook afvalwater kan tegenwoordig door de bewoner zelf verwerkt worden in een zelfreinigend systeem.

In en rond het huis

Loodgieter aan het werk met een pijpschaar

De aanvoer van schoon leidingwater komt via de watermeter het huis binnen. Bij de bouw van het huis wordt de water naar de keuken, de w.c. en de badkamer geleid via koperen leidingen. Bij een eventuele CV installatie (meestal) op zolder loopt er ook een waterleiding naar toe. De CV installatie heeft een eigen gesloten leidingsysteem waarin het warme water wordt rondgepompt naar de radiatoren.

Het afvalwater wordt via putten en PVC buizen (in verschillende diameters) afgevoerd naar het ondergrondse riool in de straat. PVC (Polyvinylchlorideis een soort plastic). Het regenwater wordt in de zinken of PVC dakgoten opgevangen en ook via PVC pijpen (smal) en buizen (breed) afgevoerd naar het regenwaterriool in de straat. Deze PVC pijpen worden aan elkaar gelijmd.

Apparaten en sanitaire voorzieningen als een bad, een douche, een kraan, een wastafel enzovoorts moeten op de leidingen worden aangesloten. Dit behoort allemaal tot het werk van de loodgieter (beroep).

Naast de water- en rioolleidingen zijn er in een woning of bedrijfspand ook gasleidingen of andere leidingen voor de warmtevoorziening (bijvoorbeeld aardwarmte of stadsverwarming). Ook bluswater heeft eigen leidingen nodig die naar sprinklerinstallaties en de brandhaspels gaan. Vaak zijn deze aangesloten op de drinkwaterleiding.

Laten stromen

Meestal is het gebruikmaken van de zwaartekracht genoeg om water te laten stromen. Door de buis iets scheef te leggen (afschot) vloeit het water naar het laagste punt. Een stortbak (zoals bij het doortrekken van de w.c.) moet het water als het ware een zetje geven. In sommige gevallen is er een elektrisch aangedreven pomp nodig om het water te laten stromen. Om voldoende druk op een waterleiding te krijgen is er nog lang gebruik gemaakt van een watertoren.

Gereedschappen en materialen

Een loodgieter gebruikt diverse gereedschappen:

  • IJzerzaag en gewone zaag voor het afkorten van buizen
  • Buigijzer, voor het maken van bochten in de metalen pijpen
  • Schuurlinnen, om bramen en andere oneffenheden bij een afgesneden of afgezaagde pijp weg te schuren
  • Schroevendraaier om beugels mee vast te schroeven
  • Boormachine om (doorvoer)gaten in muren en vloeren te boren
  • Soldeervlam (gasbrander) voor het solderen van koperen fittingen en leidingen
  • Pijpschaar of pijpsnijder voor het afkorten van pijpen
  • PVC lijm, afdichtende tape, soldeer en soldeervet
  • Waterpomptang om knelkoppelingen vast te draaien
  • Waterpas om afschot te bepalen
  • Duimstok, rolmaat of meetlint

Opleiding

De opleiding loodgieter is een specialisatie in de opleiding installatietechniek die veelal op een ROC wordt gegeven op MBO en HBO niveau.

Installatietechniek is een breed vakgebied en de behoefte aan vakmensen in deze branche groeit. Het omvat veel: van het aanleggen van water- en gasleidingen in een huis tot het aanleggen van verwarmingssystemen in kantoorgebouwen.

Links

Afkomstig van Wikikids , de interactieve Nederlandstalige Internet-encyclopedie voor en door kinderen. "https://wikikids.nl/index.php?title=Loodgieterswerk&oldid=704740"