Buideldieren: verschil tussen versies

Uit Wikikids
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Regel 1: Regel 1:
 
{{verbeteren}}
 
{{verbeteren}}
  +
{{werk}}
[[Image:Smallwallaby.jpg|thumb|kangaroe]]
+
[[Image:Smallwallaby.jpg|thumb|Kangaroe]]
 
== Kenmerken buideldieren ==
 
== Kenmerken buideldieren ==
 
 

Versie van 10 nov 2018 12:14

Crystal Clear app kedit.png
Verbeteren
Dit artikel moet nog een beetje verbeterd worden. Wil jij WikiKids helpen? Het zou fijn zijn als je het verbetert.
Under construction icon-red.svg Werk in uitvoering!
Aan dit artikel wordt de komende uren of dagen nog gewerkt.
Belangrijk: Laat dit sjabloon niet langer staan dan nodig is, anders ontmoedig je anderen om het artikel te verbeteren.
De maximale houdbaarheid van dit sjabloon is twee weken na de laatste bewerking aan het artikel.
Kijk in de geschiedenis of je het artikel kunt bewerken zonder een bewerkingsconflict te veroorzaken.
Under construction icon-red.svg
Dit artikel is nog niet af.
Kangaroe

Kenmerken buideldieren

Een buideldier kan je vooral herkennen aan zijn buidel. Er zijn heel veel verschillende buideldieren. Maar toch hebben alle buideldieren iets gemeen. Dat is dat de vrouwtjes altijd piep kleine jongen krijgen. Maar van alle buideldieren is de kangoeroe het meeste bekende buideldier. Want die wordt snel herkent aan zijn buidel. Ik zal even een aantal soorten buideldieren noemen: kangoeroe koala wallaby een buideleikelmuis dwergbuidelrat en ga zo maar door. Even nog een stukje geschiedenis over de buideldieren. In Australië keken ze vreemd op van de dieren die daar raar rondsprongen. De zoogdieren zagen er allemaal heel anders uit dan ze gewend waren. De meeste hadden een buidel waarin ze hun jongen meenamen. Tweehonderd jaar later waren er toen al tien soorten buideldieren uitgestorven. Van de overgebleven 292 zijn er 77 kwetsbaar of worden met uitsterven bedreigd. De zoogdieren die de Europeanen mee van huis namen toen ze naar Australië gingen hebben het leven van de buideldieren erg veranderd. Ineens werden ze aangevallen door honden, vossen en katten. Terwijl geiten, schapen, koeien, paarden en konijnen hun voedsel begonnen op te eten. Maar verreweg het ergste waren de mensen zelf. De kolonisten veranderden veel van het buideldierenland in landbouwgrond. En de schapenfokkers schoten veel kangoeroes af omdat ze vonden dat die het gras voor de bekken van hun geliefde schapen weg graasden. Het vlees werd daarna een belangrijke reden om op kangoeroes te jagen. Het ging vooral ingeblikt als honden- en kattenvoer over de toonbank. In de jaren ´80 is de jacht op kangoeroes door allerlei regels aan banden gelegd.

Een kangoeroe van baby tot peuter

Ik doe de levensloop van de kangoeroe in verschillende stappen. Geboren. Voor dat de baby komt likt de moeder een paadje van het geboortegaatje naar de ingang van de buidel. Dan wordt de baby geboren in het begin is hij net zo groot als een tuinboon. Hij weegt dan 1 gram . In het begin is hij nog niet mooi dan is hij kaal en heeft geen ogen een echte wurm! Veel kan hij nog niet hij kan alleen maar heel goed ruiken en ook goed klimmen. Door het natte paadje vindt hij beter de weg en hij droogt niet uit.

In de buidel. In de buidel vindt de kleine kangoeroe vier tepels. Meestal zijn er maar drie klein genoeg voor zijn minimondje. Hij kiest de eerste tepel die past. De tepel wordt in zijn mond iets dikker. Zelfs als hij geen dorst meer heeft, blijft het kleintje aan de tepel vastzitten. Dit duurt een paar maanden. In die deze tijd groeit hij. Hij gaat er ook steeds mooier uitzien. Hij krijgt een zacht vachtje, grappige oren en leuke kraaloogjes. Als hij vijf maanden oud is steekt hij voor het eerst zijn kopje uit de buidel. En als zijn moeder dan bukt, eet hij zijn eerste hapjes gras.

Uit de buidel. Als een kangoeroe 9 maanden oud is, komt hij uit de buidel. Dan weegt hij 3 kilo. Hij is dan dus 3000 maal zo zwaar als toen hij is geboren. Hij huppelt als snel vrolijk rond. Als hij schrikt of slaap krijgt kruipt hij lekker in de buidel terug. Als hij groter is, is dit een grappig gezicht. Kop eerst in de buidel, koppeltje duiken en dan zie je zijn hoofd weer komen. Dit is wel grappig, want vaak steken zijn voeten en staart nog naar buiten. Maar op een dag mag hij helaas niet meer in de buidel. Hij mag dan nog wel drinken. En dan ziet hij zijn kleine broertje of zusje.

De kangoeroe

De kangoeroe is het grootste buideldier van alle buideldieren. Hij is een vegetariër. De wetenschappelijke naam van de kangoeroe is Marsupialia en de Engelse naam is Marsupials. De mannetjes zijn roodbruin en 1.5 meter lang. De vrouwtjes zijn grijsblauw en 1 meter lang. De mannetjes wegen 50 kilo en de vrouwtjes zijn een stuk lichter. De staart is ongeveer 1 meter. En ze springen ongeveer 8 meter ver. (Het record verspringen is 13 meter.) Ze springen tot de 3 meter hoog, en hun snelheid is 60 km per uur. Ze kunnen 18 jaar worden (en in gevangenschap 28).Hun draagtijd is 30 tot 40 dagen en daarna blijven ze nog 8 maanden in de buidel. Ze krijgen per keer meestal één jong, heel soms twee. Ook kan je kangoeroes herkennen aan hun lange achterpoten. Hij kan niet achteruitlopen en heeft geen duim aan zijn voorpoten. Je kunt hem ook herkennen aan zijn staart waar hij evenwicht mee houdt als hij snelle sprongen maakt.

Ze leven vooral in Australië en Nieuw-Guinea en in Amerika. Er zijn in totaal 292 soorten kangoeroes. Het woord kangoeroe betekent ook wel ik begrijp het niet. Wist je trouwens dat kangoeroes kunnen zwemmen? De achterpoten van de kangoeroe zijn groot en sterk. Ze kunnen goed springen en ook goed schoppen kunnen ze goed. Bij het springen houden ze beide benen tegen elkaar. Aan hun grote voeten hebben ze twee lange tenen met hele grote nagels. Ook hebben ze aan elke voet twee kleine teentjes, waar van alleen de nagels uit de huid steken. Die komen van pas als ze hun vacht kammen of als ze achter hun oren krabben. De vacht: Kangoeroes hebben een mooie dichte vacht. Soorten die in koude gebieden wonen hebben een dikkere vacht dan woestijnsoorten. Als Een kangoeroe het warm heeft, likken ze hun borst en voorpoten om af te koelen.

soorten kangoeroes

buideldieren

Buideldieren komen voornamelijk voor in Australië. De bekendste is ongetwijfeld de kangoeroe en de koala. Ze komen allebei alleen maar voor in Australië.

Kangoeroes: Bennettboomkangoeroe Wetenschappelijk: Dendrolagus bennettianus Engels: Bennett's tree kangaroo Verspreiding: Australië Voedsel: bladeren en lianen Lengte: 50 – 75 cm, staart 40 – 85 cm Gewicht: 10 kg Boomkangoeroes leven in bossen en kunnen goed klimmen. Hun poten zijn vrij dik en bijna allemaal even lang. Ze 'hoppen' dan ook niet, zoals normale kangoeroes, maar lopen meer als apen door de bomen en op de grond. Er bestaan ongeveer tien soorten boomkangoeroes. Ze worden bijna allemaal bedreigd doordat hun leefgebied in rap tempo afneemt door het kappen van oerwoud, daarnaast worden ze ook wel bejaagd voor het vlees.

Bergkangoeroe Andere namen: wallaroe Wetenschappelijk: Macropus robustus Engels: wallaroo Verspreiding: Australië Voedsel: gras en bladeren Lengte: 80 – 140 cm, staart 60 – 90 cm Gewicht: 15 – 50 kg

Geelvoetkangoeroe Wetenschappelijk: Petrogale xanthopus Engels: yellow footed rock kangeroo Verspreiding: Zuid-Australië Voedsel: gras en bladeren Lengte: 60 – 90 cm, staart 40 – 70 cm De geelvoetkangoeroe is een rotskangoeroe. Het zijn kleine kangoeroes die in rotsachtige gebieden leven en erg goed kunnen klimmen en springen. Ze hebben speciaal aangepaste voeten om niet van de rotsen af te glijden. Bij de geelvoetkangoeroe zijn de van ruwe eeltkussens voorziene voeten geel gekleurd.

Goodfellowboomkangoeroe Wetenschappelijk: Dendrolagus goodfellowi Engels: Goodfellow's tree-kangaroo Verspreiding: Papua Nieuw-Guinea Voedsel: bladeren, fruit, bloemen, gras Lengte: 55 – 75 cm, staart 70 – 80 cm Gewicht: 10 kg De Goodfellowboomkangoeroe is een bijzonder fraai gekleurde boomkangoeroe. Boomkangoeroes leven in bossen en kunnen erg goed klimmen. Hun poten zijn vrij dik en bijna allemaal even lang. Ze 'hoppen' dan ook niet, zoals normale kangoeroes, maar lopen meer als apen door de bomen en op de grond. Bijna alle boomkangoeroes worden bedreigd doordat hun leefgebied - het regenwoud - in snel tempo afneemt. Daarnaast worden ze ook wel bejaagd voor het vlees.

Grijze reuzenkangoeroe Wetenschappelijk: Macropus giganteus Engels: eastern grey kangaroo Verspreiding: Oost-Australië; Tasmani Voedsel: gras en bladeren Leeftijd: tot 20 jaar Lengte: 1 -1,4 m, staart 75 – 100 cm Gewicht: tot 65 kg De grijze reuzenkangoeroe is bijna net zo groot als de rode reuzenkangoeroe. Zijn leefwijze is ook vergelijkbaar met die van de rode. Deze kangoeroes leven iets meer in open bos en vormen kleinere familiegroepen. Daarnaast zijn zowel de mannetjes als de vrouwtjes grijsbruin gekleurd en komt de grijze reuzenkangoeroe bijna uitsluitend in de oostelijke helft van Australië voor. De Westelijke grijze kangoeroe (die verwarrend genoeg in het Zuiden van Australië voorkomt) is een andere soort (Macropus fuliginosus).

De koala

De koala heet ook wel de buidelbeer. En zijn wetenschappelijke naam is Phascolarctos cinereusen de engelse naam is koala en hij leeft vooral in Oost-Australië . Hij kan in het wild 13 jaar worden en in gevangenschap 18 jaar. Vaan kop tot kont is een koala 65 tot 80 cm, en zijn staart 1 of 2 cm. En hij kan 4 tot 15 kilo wegen. En ze hebben een draagtijd van 35 dagen en daarna moeten ze nog 5 tot 10 maanden in de buidel. Om de twee jaar krijgt hij een jong. En hij slaapt maar 18 van de 24 uur. De koala is een bekend soort buideldier. Vooral omdat je denkt dat je hem goed kan aaien. Toch schijnt het dat je dat beter niet te kunnen doen, want ze kunnen flink bijten en krabben. Van alle buideldieren is de koala het meeste netjes . Hij eet bijna niets anders dan eucalyptusbladeren en dan alleen maar van 6 van de 350 soorten eucalyptusbomen. Een koala hoeft bijna nooit te drinken, aan het vocht in de eucalyptusbladeren heeft hij genoeg. Eten doen ze dagelijks ongeveer in 4 uur. De rest (20 uur) vullen ze bijna helemaal met slapen en doezelen in de bomen. De buidel heeft de opening aan de achterkant. Als de jongen groter zijn, liften ze meestal op de rug van hun moeder mee. Koala’s hebben ook een speciale aanpassing om de taaie en voor bijna alle andere dieren giftige eucalyptusbladeren te kunnen verteren. Hun geheim zit in de blinde darm. Bij ons is de blinde darm maar een klein nutteloos aanhangseltje, maar bij de koala’s is het een behoorlijke zak die wel twee meter lang kan zijn. In hun blinde darm leven goedaardige bacteriën die de voorgekauwde eucalyptusbladeren afbreken. Je zou kunnen zeggen dat de koala’s een soort compostbedrijfje in hun lijf hebben. De verwerkte bladerdrab komt van de blinde darm in de gewone darm, waarna de koala’s de voedingsstoffen eruit kunnen halen. Ze kunnen echter ook de papde blinde darm direct uitpoepen.

Buidelrat en muizen

Dit is een stukje over breedvoetbuidelmuizen. De wetenschappelijke naam van de breedvoetbuidelmuis is Antechinus stuartii en zijn engelse naam is brown antechinus; brown broad-footed marsupial Mouse ze leven vooral in Zuidoost Australië ze eten vooral kevers, spinnen, en kakkerlakken hij is 9,5 tot 11 cm lang en de staart is 10 tot 12 cm. Dit buideldiertje is ongeveer zo groot als een huismuis en eet vooral insecten. Breedvoetbuidelmuizen hebben groeven tussen de zoolballen van hun voeten, waardoor ze meer grip op takjes hebben. Aan hun tenen hebben ze ook lange klauwen die helpen om in bomen en struiken te klimmen. De vrouwtjes van deze soort worden ongeveer drie jaar oud, de mannetjes halen hun eerste verjaardag niet eens. Tegen de paartijd groeien hun teelballen uit tot een kwart van hun lichaamsgewicht. Een mannetje probeert ook altijd met zo veel mogelijk vrouwtjes te paren. Nu een stukje over de kleinste dwergbuidelrat. Een andere naam voor de kleinste dwergbuidelrat is kleinste buidelslaapmuis . En zijn wetenschappelijke naam is Cercartetus lepidus . En zijn Engelse naam is lesser pigmy possum. En hij leeft vooral in Zuidoost-Australië, en Tasmanië. Hij eet vooral insecten, kleine hagedissen, en nectar. Zijn lente is 5 tot 6,5 cm en de staart is 7 cm. en hij weegt 5 tot 9 gram. Deze kleine buideldiertjes hebben een spitse snuit, grote oren en grote ogen en lijken wel wat op de gewone slaapmuizen. Hun staart is naakt en lijkt meer op die van een rat. Ze kunnen hun staart gebruiken om aan en tak te hangen. Het zijn nachtdieren die hun voedsel meestal in bomen zoeken. Soms likken ze nectar uit bloemen, waarmee ze ook voor de bestuiving zorgen.

Tasmaanse buidelwolf

De buidelwolf, waarschijnlijk uitgestorven, leefde tot ongeveer 70 jaar geleden op Tasmanië. 2000 Jaar geleden leefde hij ook op het hele Australische vasteland, maar daar is hij al eerder door de dingo uitgestorven. Hij zag er zo uit als een hond, maar hij had een buidel. Vanwege de strepen op zijn rug werd hij ook wel de Tasmaanse tijger genoemd. Heel veel mensen denken dat de buidelwolf uitgestorven is omdat hij al sinds 1936 nergens meer is gezien. De oorzaken kunnen zijn dat de mensen ze hebben afgeschoten en door een ziekte. In 1936 werd het dus daarom ook een beschermde diersoort, toen was het waarschijnlijk al te laat. Er zijn ook mensen die denken dat hij nog in een Tasmaans oerwoud leeft, waar bijna nooit mensen komen, maar er zijn al heel wat zoektochten geweest waarbij hij niet gevonden werd. 's Nachts was de buidelwolf actief. Overdag sliep hij in een hol of holle boomstam. Hij was een roofdier en hij leek op een hond maar toch kon hij niet hard rennen. Hij kon ook wel 2 tot 3 meter ver springen. Daarom denken mensen dat hij zijn prooi verraste vanuit een hinderlaag. Hij jaagde in z'n eentje of in tweetallen. Hij at vooral kangoeroes, wallabies, buidelratten, buideldassen, knaagdieren en vogels. Hij kon altijd zijn prooi heel goed ruiken. Soms jaagde hij ook op schapen, daarom schoten boeren hem af. De paartijd was vooral in de winter en in de lente. Het vrouwtje kreeg ongeveer 2 of 3 jongen. Netzo als andere buideldieren had ze vier tepels. De buidelwolf was 1 meter tot 1 meter en 30 cm lang, zijn staart was 50 tot 65 cm lang, hij had een schouderhoogte van 60 cm en hij woog 15 tot 35 kg.


Wallaby

Wallabie, kan ook wel worden geschreven als wallaby. De naam die wordt gegeven aan kleine tot middelgrote kangoeroes. Er is niet echt een grens wanneer een kangoeroe een wallabie is, en wanneer niet. Nu heb ik een stukje over de Bennetwallabie verteld. De Bennettwallabie heeft een grijsbruine vacht, met een witte buik. De zilverkleurige staart heeft een zwarte punt, net als zijn oren, poten en snuit. Hij wordt 60–70 cm lang, en heeft een staart van 60–70 cm. De achterpoten kunnen tot 20 tot 22 cm lang worden. De kangoeroe is een middelgrote soort van 6,8 tot 22 kg, waarbij het mannetje gemiddeld 13,2 kg weegt, en het vrouwtje 10,5 kg. Deze wallabie leeft alleen of in kleine, losse groepjes van 2 tot 5 vrouwtjes en hun jongen. De draagtijd is 30 dagen, waarna het jong 280 dagen in de buidel blijft. Moeder en kind blijven daarna nog één maand bij elkaar. De soort komt vaak in Europa voor, vaak op kinderboerderijen, maar ze komen ook voor als huisdier. Niet zo lang geleden zijn er in Nederland aanrijdingen geweest met wallabies. Mensen denken dat er nu ook wallabies rondlopen in Nederland. Weetjes van Wallabies: • De bijnaam van het Australische nationale rugby team is de “Wallabies”. • Het pretpark Walibi, dat heel veel lijkt op wallabie, heeft een oranje kangoeroe als symbool.

Afkomstig van Wikikids , de interactieve Nederlandstalige Internet-encyclopedie voor en door kinderen. "https://wikikids.nl/index.php?title=Buideldieren&oldid=532074"