Brexit: verschil tussen versies

Uit Wikikids
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Regel 88: Regel 88:
 
|}
 
|}
   
== Gebeurtenissen ==
+
== Het referendum ==
  +
===Waarom een referendum?===
Op 23 juni 2016 werd het [[referendum over het EU-lidmaatschap van het Verenigd Koninkrijk]] gehouden. Hierbij werd de mening van het volk gevraagd over de vraag of het Verenigd Koninkrijk bij de EU moet blijven of de EU moet verlaten. Een meerderheid wilde uit de EU stappen en was daarmee voor een Brexit. Doordat premier [[David Cameron]] campagne had gevoerd voor de optie om te blijven was zijn positie erg wankel geworden. Enkele uren na de definitieve uitslag maakte hij bekend uiterlijk in oktober af te zullen treden als premier en partijleider, omdat hij zichzelf niet de geschikte persoon vond om het land uit de EU te leiden. Uiteindelijk werd [[Theresa May]] president.
 
  +
{{zie hoofdartikel|referendum over het EU-lidmaatschap van het Verenigd Koninkrijk}}
  +
Nadat de [[UK Independence Party]] de grootste werd bij de verkiezingen voor het Europees Parlement in 2014, kwamen in 2015 de verkiezingen voor het Brits parlement in aantocht. Toenmalig premier [[David Cameron]] stond met zijn partij, de Conservative Party, in de peilingen op verlies en zou veel zetels zijn verloren aan de UK Independence Party. De Conservative Party zat toentertijd in de regering samen (met Liberal Democrats) en was de grootste partij. In aanloop naar de verkiezingen beloofde Cameron een referendum over het Britse lidmaatschap van het Verenigd Koninkrijk. Veel aanhangers van de Brexit riepen om zo'n referendum; ook binnen de Conservative Party.
   
  +
De Conservative Party werd inderdaad als grootste partij verkozen. Veel mensen, die aanvankelijk op de UK Independence Party zou stemmen, stemden op de Conservative Party. De Brexit is namelijk het belangrijkste punt voor de UK Independence Party en door een referendum over de Brexit af te kondigen, wist Cameron kiezers weg te halen bij de UK Independence Party. Deze partij kwam met slechts één zetel in het parlement.
De datum waarop het Verenigd Koninkrijk uit de EU zou treden, was oorspronkelijk 29 maart 2019. Dat is niet doorgegaan omdat het akkoord dat May met de EU had bereikt steeds werd weggestemd door het Britse [[Lagerhuis (Verenigd Koninkrijk)|Lagerhuis]]. Binnen het Britse parlement kan men het vooral niet eens worden over de grens tussen [[Noord-Ierland]] en [[Ierland]]. Na de brexit wordt dit een buitengrens van de EU (omdat Ierland wel gewoon lid van de EU blijft), maar dat zou betekenen dat daar ook weer [[douane]] zou komen. In het [[Goedevrijdagakkoord]] van 1998 is bepaald dat dit nooit meer de bedoeling is. Om dit op te lossen was er een zogeheten ''[[backstop]]'' in het akkoord opgenomen, maar veel Britten willen dit niet. De brexitdatum werd eerst uitgesteld naar 12 april 2019, en is nu 31 oktober 2019.
 
  +
  +
Het idee achter de Brexit was dat Cameron de roep om een Brexit weer kon indutten. Na het referendum van 1975 verdween de Brexit als kwestie. Het idee was dat Cameron de Britse bevolking zou overtuigen van de goedheid van de EU en de Brexit werd verworpen. Hierdoor zou de UK Independence Party ook minder aandacht krijgen.
  +
  +
===Verdeeldheid===
  +
Nu de Conservative Party als grootste werd verkozen, moest Cameron zijn referendum nakomen. Op 27 mei 2015 werd het referendum afgekondigd en vond op 23 juni 2016 plaats. Het referendum zorgde voor een enorme verdeeldheid binnen de Britse politiek. De Labour Party was samen met Liberal Democrats en een aantal kleinere linkse partijen tegenstander van de Brexit. Zij wilden dat het VK in de Europese Unie bleef en waren dus voor een ''Bremain'' (samenstelling van Britain en remain; blijven). Zij worden aangeduid als het ''Remain Camp'' of ''anti-Brexit'' in de Britse politiek. Aan de andere kant waren de UK Independence Party en kleinere rechtse partijen voorstander van de Brexit. Zij worden ''pro-Brexit'' of het ''Leave Camp'' genoemd.
  +
  +
Binnen de Conservative Party was afgesproken dat de partijleden zelf campagne mochten voeren, aangezien een deel van de partij voor en het andere deel tegen was. Onder de leden die voor waren vielen onder meer [[Boris Johnson]] en [[Michael Gove]], terwijl premier David Cameron en [[Theresa May]] tegen waren. Dit vormde een splijting binnen de partij.
  +
  +
===Uitslag===
  +
72% van de Britse bevolking ging uiteindelijk naar de stembus. De resultaten waren als volgt:
  +
* 51,9% stemde voor een uittrede uit de EU
  +
* 48,1% stemde tegen een uittrede uit de EU
  +
  +
Opvallend is dat in [[Schotland]] en [[Noord-Ierland]] de meeste Britten voor blijven stemden, terwijl in [[Engeland]] en [[Wales]] de meeste mensen voor vertrekken stemden.
  +
  +
Schotland ziet de Europese Unie namelijk als een mogelijkheid om later een zelfstandig land te worden en als belangrijke samenwerking. Twee jaar eerder, in 2014, hielden de Schotten een referendum over hun onafhankelijkheid. Schotland stemde toen om in het Verenigd Koninkrijk te blijven, onder meer of het onduidelijk was of Schotland nog wel lid mocht blijven van de Europese Unie. In Noord-Ierland speelde ook de vrede rol. In de jaren 70 en 80 was een oorlog tussen de katholieken en protestanten in Noord-Ierland, over het feit of Noord-Ierland bij het Verenigd Koninkrijk of Ierland hoorde. In het [[Goede Vrijdagakkoord]] werd besloten dat Noord-Ierland bij het Verenigd Koninkrijk bleef, maar de Ierse grens open bleef, zodat er geen harde grens was. Een eventueel uittrede uit de Europese Unie zou betekenen dat deze grens weer werd opgetrokken met een mogelijke oorlog als gevolg.
  +
  +
In Engeland en Wales werden veel arbeiders en gepensioneerden aangemoedigd voor de Brexit te stemmen door het Leave Camp, terwijl de meeste stemmers van het Remain Camp thuisbleven. Een uitzondering hierop vormden veel grote steden, zoals Londen. In september 2019 werd duidelijk dat de meerderheid voor de Brexit in Wales werd veroorzaakt door rijke Engelse gepensioneerden, die in Wales een huis hadden. Zouden deze niet gaan stemmen, zou Wales ook voor blijven hebben gestemd.
   
 
==Gevolgen==
 
==Gevolgen==

Versie van 30 sep 2019 15:36

Under construction icon-red.svg Werk in uitvoering!
Aan dit artikel wordt de komende uren of dagen nog gewerkt.
Belangrijk: Laat dit sjabloon niet langer staan dan nodig is, anders ontmoedig je anderen om het artikel te verbeteren.
De maximale houdbaarheid van dit sjabloon is twee weken na de laatste bewerking aan het artikel.
Kijk in de geschiedenis of je het artikel kunt bewerken zonder een bewerkingsconflict te veroorzaken.
Toelichting: Grote update
Under construction icon-red.svg
Dit artikel is nog niet af.
Nieuws.gif
In het nieuws
Dit artikel bevat onderwerpen die in het nieuws zijn. De informatie in dit artikel kan dus al snel verouderd zijn!
Je wordt uitgenodigd op bewerk te klikken om dit artikel aan te vullen.


Groot-Brittannië (in het oranje) aangegeven in de Europese Unie (blauw)

Met Brexit (spreek uit als Breksit) wordt het vertrek van het Verenigd Koninkrijk uit de Europese Unie bedoeld. Het woord Brexit is een samenstelling van Brittain ((Groot-)Brittannië) en exit (uitgang/vertrek). Het is ook geïnspireerd op grexit. Dit was eerder de naam voor een mogelijk vertrek van Griekenland uit de eurozone.

Achtergrond

Britse lidmaatschap van de EU

Als je kijkt naar de geschiedenis van de Brexit, moet men eigenlijk helemaal teruggaan naar het begin van de Europese Unie. Na de Tweede Wereldoorlog hield de Britse premier Winston Churchill in 1946 een toespraak. In deze toespraak besprak hij de voordelen van een "verenigd Europa". Eén van de voordelen was dat er nooit meer oorlog zou zijn, aangezien alle landen bij dezelfde staat hoorde. Bij dit verenigde Europa hoorde grofweg alle landen die door Nazi-Duitsland in de Tweede Wereldoorlog waren aangevallen, waaronder Italië, Frankrijk, de Benelux, Duitsland en een groot gedeelte van Oost-Europa. De neutrale landen, zoals Zwitserland, Spanje en Zweden, hoorden hier niet bij. Churchill was alleen niet duidelijk of het Verenigd Koninkrijk zich moest aansluiten bij dit verenigde Europa.

In 1951 werd de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal opgericht, wat in 1958 werd omgezet in de Europese Economische Gemeenschap(EEG). Deze bestond uit zes landen; Italië, Frankrijk, Luxemburg, België, Nederland en West-Duitsland. Aanvankelijk wilde het Verenigd Koninkrijk kort na het ontstaan ook toetreden samen met Ierland, Noorwegen en Denemarken. De Franse president Charles de Gaulle was hier echter op tegen. De Gaulle was erg tegen de culturele invloed van de Verenigde Staten in Europa. Het toetreden van het Verenigd Koninkrijk tot de Europese Unie zouden de VS meer invloed geven op de cultuur in Europa, waarmee op den duur de Franse cultuur kon verdwijnen, volgens hem. Hoewel alle andere landen voorstemden, stemde Frankrijk tegen. Aangezien alle landen akkoord moesten gaan, mocht het VK niet toetreden. Noorwegen, Denemarken en Ierland waren economisch erg afhankelijk van het VK en traden daarom ook niet toe. Een paar landen richtten later de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA) op in 1960, waar ook Portugal, Zwitserland, Zweden en Oostenrijk bij hoorden. De EVA was de tegenhanger van de EEG. Hoewel de EVA nog steeds bestaat - Zwitserland, Noorwegen, IJsland en Liechtenstein zijn lid - stapten veel landen uit de EVA om tot de EEG (later EU) toe te treden.

Het Verenigd Koninkrijk stapten in 1973 samen met Denemarken uit de EVA om samen met Ierland en Denemarken toe te treden tot de Europese Unie. Frankrijk had toentertijd een andere president en stemde niet meer tegen. Het idee was dat op den duur alle Europese landen verenigd werden in een handelsorganisatie, om een sterk blok te vormen tegenover de Verenigde Staten en de Sovjet-Unie.

Brexit voor 2016

Al in 1973 was er gedoe over het Brits lidmaatschap van de Europese Unie. In die tijd had het Verenigd Koninkrijk twee grote politieke partijen, de Labour Party and de Conservative Party. De Conversative Party, die toen regeerde, was toentertijd voor het Europese lidmaatschap. Volgens de partij zou een Brits lidmaatschap ervoor zorgen dat de economie zou opbloeien en het Verenigd Koninkrijk zou profiteren van de handel. De Labour Party, die toen in oppositie zat, was tegen het lidmaatschap. De EEG zou ervoor zorgen dat alleen grote bedrijven zouden profiteren, terwijl de gewone burger er niets van merkte. Een parlementslid van de Labour Party stelde voor om een referendum te houden in 1975. 67% van de Britten steunde toen het Britse lidmaatschap en dus bleef het VK lid van de Europese Economische Gemeenschap.

Na het referendum bleef de Labour Party tegen de Europese Economische Gemeenschap, terwijl de Conservative Party voor was. Dit veranderde in 1983. Toen premier Margaret Thatcher van de Conservative Party aan de macht kwam werd de koers van de Conservative Party meer kritisch. Thatcher vond dat het Verenigd Koninkrijk minder geld hoefde af te dragen aan de EEG, aangezien het minder subsidies voor de landbouw kreeg. Het VK was toentertijd na Ierland de armste staat van de EEG en profiteerde heel weinig van de EEG. Thatcher kreeg een korting, die nog steeds overeind staat. De Labour Party werd juist positiever over de EEG. Volgens de partij zou de EEG bijdragen aan een sociaal Europa. Een toespraak van de voorzitter van de Europese Commissie op dat moment, Jacques Delors, hielp hier enorm bij. Het werd duidelijk dat de partijen van standpunt waren gewisseld eind jaren negentig. Thatcher reageerde in het Britse parlement enorm fel op de plannen van de Europese Commissie voor het maken van een nieuwe gezamenlijke munt, de euro. Deze reactie zou hebben bijgedragen aan het aftreden van Thatcher enkele weken later.

Na de oprichting van de Europese Unie en de komst van de euro groeide de euroscepsis in het Verenigd Koninkrijk. Hoewel het VK de euro officieel niet hoeft in te voeren (via een speciaal verdrag), groeide de invloed van de Europese Unie wel. Vanaf 1993 werden er kleinere partijen opgericht die richtten op een campagne om uit de EU te stappen. Toen de Conservative Party in 2001 veel zetels verloor aan deze partijen, groeide ook de euroscepsis binnen deze partij. De UK Independence Party, een partij die zich richt op de Brexit, groeide hierdoor en behaalde bij de verkiezingen voor het Europees Parlement steeds meer zetels.

Politieke partijen

Politieke partij Standpunt Vergelijkbaar met Richting Europese fractie
Conservative Party "Voor lidmaatschap van de Europese Unie, maar tegen te veel macht van de EU in het Verenigd Koninkrijk. Het Verenigd Koninkrijk moet zelf de macht blijven houden in eigen land." CDA/CD&V/N-VA Rechts-midden Europese Conservatieven en Hervormers
Labour Party "Voor lidmaatschap van de Europese Unie. De EU mag zich niet te veel bemoeien met het Verenigd Koninkrijk, maar bepaalde zaken kunnen beter geregeld worden door de Europese Unie." PvdA/Sp.a Links-midden Progressieve Alliantie van Socialisten en Democraten
Liberal Democrats "Het Verenigd Koninkrijk moet meer integreren in de Europese Unie, door bijvoorbeeld de pond te vervangen door de Euro. Wel moeten de nationale parlementen meer zeggenschap krijgen." D66/Open vld Midden Renew Europe (voorheen ALDE)
UK Independence Party "Het Verenigd Koninkrijk moet de Europese Unie verlaten, omdat het te veel macht heeft en te veel geld kost." PVV/Vlaams Belang Rechts Europa van Vrijheid en Directe Democratie (tegenwoordig niet vertegenwoordigt)
Scottish National Party (SNP; alleen in Schotland) "Het Verenigd Koninkrijk moet lid blijven van de Europese Unie. Schotland kan zich op deze manier afscheiden van het Verenigd Koninkrijk en eigen staat vormen binnen de EU." - Links De Groenen/Europese Vrije Alliantie
Plaid Cymru (alleen in Wales) "Het Verenigd Koninkrijk moet lid blijven van de Europese Unie. Wales kan zich op deze manier afscheiden van het Verenigd Koninkrijk en eigen staat vormen binnen de EU." - Links De Groenen/Europese Vrije Alliantie
Green Party of England and Wales (GPEW; alleen in Engeland en Wales) "Het Verenigd Koninkrijk moet lid blijven van de Europese Unie, maar de Europese Unie moet hervormt en democratischer worden." GroenLinks/Groen Links De Groenen/Europese Vrije Alliantie
Ulster Unionist Party (UUP; alleen in Noord-Ierland) "Het Verenigd Koninkrijk moet lid blijven van de Europese Unie, maar de EU moet niet te veel macht krijgen in het VK." - Middenrechts Niet vertegenwoordigd
Democratic Unionist Party (DUP; alleen in Noord-Ierland) "Het Verenigd Koninkrijk moet de Europese Unie verlaten, om te voorkomen dat Noord-Ierland zich afscheid van het VK." - Rechts Europese Conservatieven en Hervormers (tegenwoordig niet-fractie gebonden)
Sinn Féin (alleen in Noord-Ierland) "Het Verenigd Koninkrijk moet lid blijven van de Europese Unie, zodat Noord-Ierland zich kan afscheiden en zich bij Ierland kan voegen." - Links Europees Unitair Links/Noords Groen Links

Het referendum

Waarom een referendum?

Zie referendum over het EU-lidmaatschap van het Verenigd Koninkrijk voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Nadat de UK Independence Party de grootste werd bij de verkiezingen voor het Europees Parlement in 2014, kwamen in 2015 de verkiezingen voor het Brits parlement in aantocht. Toenmalig premier David Cameron stond met zijn partij, de Conservative Party, in de peilingen op verlies en zou veel zetels zijn verloren aan de UK Independence Party. De Conservative Party zat toentertijd in de regering samen (met Liberal Democrats) en was de grootste partij. In aanloop naar de verkiezingen beloofde Cameron een referendum over het Britse lidmaatschap van het Verenigd Koninkrijk. Veel aanhangers van de Brexit riepen om zo'n referendum; ook binnen de Conservative Party.

De Conservative Party werd inderdaad als grootste partij verkozen. Veel mensen, die aanvankelijk op de UK Independence Party zou stemmen, stemden op de Conservative Party. De Brexit is namelijk het belangrijkste punt voor de UK Independence Party en door een referendum over de Brexit af te kondigen, wist Cameron kiezers weg te halen bij de UK Independence Party. Deze partij kwam met slechts één zetel in het parlement.

Het idee achter de Brexit was dat Cameron de roep om een Brexit weer kon indutten. Na het referendum van 1975 verdween de Brexit als kwestie. Het idee was dat Cameron de Britse bevolking zou overtuigen van de goedheid van de EU en de Brexit werd verworpen. Hierdoor zou de UK Independence Party ook minder aandacht krijgen.

Verdeeldheid

Nu de Conservative Party als grootste werd verkozen, moest Cameron zijn referendum nakomen. Op 27 mei 2015 werd het referendum afgekondigd en vond op 23 juni 2016 plaats. Het referendum zorgde voor een enorme verdeeldheid binnen de Britse politiek. De Labour Party was samen met Liberal Democrats en een aantal kleinere linkse partijen tegenstander van de Brexit. Zij wilden dat het VK in de Europese Unie bleef en waren dus voor een Bremain (samenstelling van Britain en remain; blijven). Zij worden aangeduid als het Remain Camp of anti-Brexit in de Britse politiek. Aan de andere kant waren de UK Independence Party en kleinere rechtse partijen voorstander van de Brexit. Zij worden pro-Brexit of het Leave Camp genoemd.

Binnen de Conservative Party was afgesproken dat de partijleden zelf campagne mochten voeren, aangezien een deel van de partij voor en het andere deel tegen was. Onder de leden die voor waren vielen onder meer Boris Johnson en Michael Gove, terwijl premier David Cameron en Theresa May tegen waren. Dit vormde een splijting binnen de partij.

Uitslag

72% van de Britse bevolking ging uiteindelijk naar de stembus. De resultaten waren als volgt:

  • 51,9% stemde voor een uittrede uit de EU
  • 48,1% stemde tegen een uittrede uit de EU

Opvallend is dat in Schotland en Noord-Ierland de meeste Britten voor blijven stemden, terwijl in Engeland en Wales de meeste mensen voor vertrekken stemden.

Schotland ziet de Europese Unie namelijk als een mogelijkheid om later een zelfstandig land te worden en als belangrijke samenwerking. Twee jaar eerder, in 2014, hielden de Schotten een referendum over hun onafhankelijkheid. Schotland stemde toen om in het Verenigd Koninkrijk te blijven, onder meer of het onduidelijk was of Schotland nog wel lid mocht blijven van de Europese Unie. In Noord-Ierland speelde ook de vrede rol. In de jaren 70 en 80 was een oorlog tussen de katholieken en protestanten in Noord-Ierland, over het feit of Noord-Ierland bij het Verenigd Koninkrijk of Ierland hoorde. In het Goede Vrijdagakkoord werd besloten dat Noord-Ierland bij het Verenigd Koninkrijk bleef, maar de Ierse grens open bleef, zodat er geen harde grens was. Een eventueel uittrede uit de Europese Unie zou betekenen dat deze grens weer werd opgetrokken met een mogelijke oorlog als gevolg.

In Engeland en Wales werden veel arbeiders en gepensioneerden aangemoedigd voor de Brexit te stemmen door het Leave Camp, terwijl de meeste stemmers van het Remain Camp thuisbleven. Een uitzondering hierop vormden veel grote steden, zoals Londen. In september 2019 werd duidelijk dat de meerderheid voor de Brexit in Wales werd veroorzaakt door rijke Engelse gepensioneerden, die in Wales een huis hadden. Zouden deze niet gaan stemmen, zou Wales ook voor blijven hebben gestemd.

Gevolgen

In het Verenigd Koninkrijk

Na de uitslag van het referendum trad David Cameron als premier af en werd Theresa May als nieuwe premier aangesteld. Na het referendum bleken de Schotland en Noord-Ierland massaal tegen de brexit te hebben gestemd. Ook de stad Londen, andere grote Britse steden en het gebied Gibraltar bij Spanje stemden massaal tegen. Op Man en de Kanaaleilanden werd niet gestemd, aangezien deze gebieden formeel niet tot de EU behoren. Dit leidt tot op de dag vandaag tot grote verdeeldheid.

Schotland en Noord-Ierland wilden aanvankelijk in de EU blijven. Schotland overweegt momenteel zelfs een tweede referendum voor onafhankelijkheid om zo in de EU te kunnen blijven. Noord-Ierland wil in de EU blijven vanwege de open grens met Ierland. In het Goedevrijdagakkoord uit 1998 is besloten dat de grens tussen de twee landen geopend werd om de onrust die in het gebied heerste te bedwingen. De Noord-Ierse bevolking vreest dat het sluiten van de grens opnieuw tot onrust leidt. Noord-Ierland overweegt net als Schotland een referendum voor onafhankelijkheid. Gibraltar overweegt om een referendum te houden om onderdeel van Spanje te worden. De Spaanse regering heeft gezegd Gibraltar hier in te willen steunen, tot woede van de Britse regering. Veel mensen uit Gibraltar werken in Spanje en andersom. May heeft beloofd dat er een aparte regeling voor Gibraltar komt.

Veel mensen willen zelfs een tweede referendum. Zij waren van mening dat de tegenstanders van de brexit niet hadden meegestemd omdat zij het toch ondenkbaar vonden dat het Verenigd Koninkrijk de EU zou gaan verlaten. May heeft verklaard dat zij de mening van het volk wil opvolgen en er daarom geen tweede referendum komt. In oktober 2018 liepen opnieuw 700.000 mensen een mars om een tweede referendum toch af te dwingen. Regelmatig wordt hiervoor gedemonstreerd.

De onzekerheid over de brexit heeft ook tot economische problemen geleid. De Britse pond zakte in, waardoor importeren erg duur is geworden. Vooral bedrijven die handelen met buitenlandse producten hebben hier last van. Veel bedrijven verhuisden daarom naar andere Europese landen. Zo werden de web-diensten van Google voortaan overgenomen door de vestiging in Ierland en verhuisde het Europese Medicijngenootschap naar Amsterdam. Ook veel banken, die vooral in Londen gevestigd zitten, verhuizen massaal naar Dublin, Parijs en Frankfurt am Main.

In Europa

In Europa leidde de brexit ook tot veel gedoe. In veel West- en Noord-Europese landen zijn er inmiddels stemmen om een gelijke brexit in dat land te organiseren. Het verlaten van de EU is dan ook een vast onderdeel geworden van het verkiezingsprogramma. In Frankrijk was Marine Le Pen degene die voor een zogeheten frexit stemde, maar werd verslagen door Emmanuel Macron. In Nederland wil Geert Wilders een zogeheten nexit, waarbij Nederland de EU verlaat. Redenen om de EU te verlaten zijn vooral de "Europese identiteit", de machtspositie van de EU en het gebrek aan leiderschap tijdens de Vluchtelingencrisis van 2015. Tot nu toe heeft nog geen enkel ander land gezegd uit de EU te willen. Echter, er zijn wel beweging in onder andere Frankrijk, Nederland, België, Zweden en Italië die dat willen.

Veel Europese bedrijven merken de Brexit, vooral degene de handelen met Britse bedrijven. In de haven van Rotterdam, Antwerpen en Hamburg moeten de veiligheidscontroles worden opgeschroefd, wat leidt tot langere wachtrijen en meer kosten aan douane. Ook moeten Europese landen meer betalen aan kosten voor de EU, aangezien er de komende jaren een tekort wordt verwacht. Landen die vissen op de Noordzee hebben ook last van de brexit. De meeste vis zwemt in Britse wateren, waar voorheen gewoon gevist kon worden. Na de brexit valt men terug op het oude visserijverdrag uit 1964, waardoor er meer controles en vergunningen nodig zijn.

In het Verenigd Koninkrijk leven miljoenen EU-burgers en buiten het Verenigd Koninkrijk leven 3 miljoen Britten. Het is nog altijd onduidelijk wat er gebeurt met deze mensen. Veel landen hebben een tussenakkoord gesloten voor de Britten in hun land, zodat ze een aantal maanden daar kunnen blijven worden. Anders moeten zij de nationaliteit van dat land aanvragen. Duitsland heeft besloten de Britten in dat land daarbij te helpen. De Nederlandse regering weigert vooralsnog de Britten meteen de Nederlandse nationaliteit te geven. In het Verenigd Koninkrijk is geen akkoord gesloten over de vele EU-burgers in hun land.

Afkomstig van Wikikids , de interactieve Nederlandstalige Internet-encyclopedie voor en door kinderen. "https://wikikids.nl/index.php?title=Brexit&oldid=577729"