Albertine Agnes van Nassau

Albertine Agnes, Prinses van Oranje, Vorstin van Nassau-Dietz (1634-1696)

Albertine Agnes van Nassau (Den Haag, 9 april 1634 — Oranjewoud, Friesland, 24 mei 1696), was de vijfde en jongste dochter van Prins van oranje en Graaf van Oranje Nassau Frederik Hendrik en Amalia van Solms. Albertina is een zus van Willem II van Oranje. Albertine Agnes was de zesde van negen kinderen van haar ouders. Sommige van haar broers en zussen stierven in de kindertijd. Albertine en vier andere broers en zussen werden volwassen. Haar overlevende broers en zussen waren: Willem II - Prins van Oranje, Luise Henriette van Nassau, Henriette Catharina van Nassau en Maria van Nassau. Ze is een lid van het huis Nassau.

Het huidige Nederlandse koningshuis stamt via haar af van Willem van Oranje, die haar opa was. Hij stichte het Huis Oranje Nassau. Haar oma was Louise de Coligny, de 4e vrouw van Willem van Oranje.

Willem IV van Oranje, die uit de lijn van de Friese Nassaus stamde, was haar achterkleinzoon.

Huwelijk

Albertine Agnes trouwde op 2 mei 1652 in Kleef met haar achterneef, de Friese stadhouder Willem Frederik van Nassau-Dietz (1613-1664). Uit dit huwelijk werden geboren:

• Amalia (1655-1695), gehuwd met Johan Willem van Saksen-Eisenach (1666-1729)
• Hendrik Casimir II (1657-1696), gehuwd met Henriëtte Amalia van Anhalt-Dessau (1666-1726), die de lijn naar het huidige koningshuis voortzet. Het Huis Oranje Nassau
• Sophia Hedwig (1664-1667)

Na de dood van haar man Willem Frederik in 1664 werd ze regentes voor haar zoon Hendrik Casimir II in Friesland. Tijdens het regentschap moest Albertine Agnes zich verschillende keren verdedigen tegen de aanvallen van de Engelsen en Bernhard von Galen, de bisschop van Münster. In 1665 verklaarden zowel Engeland als het bisdom Münster de Nederlanden de oorlog. Omdat het meeste geld voor defensie voor de vloot was gebruikt, was het leger verwaarloosd. Toen Groningen werd belegerd, haastte Albertine Agnes zich naar de stad om morele steun te geven. Koning Lodewijk XIV van Frankrijk, toen nog een bondgenoot, dwong de troepen van haar vijanden zich terug te trekken. Maar zes jaar later in 1672 werd Nederland aangevallen vanuit het zuiden, door de Fransen onder Lodewijk XIV en vanuit het noorden door de bisschop van Münster en aartsbisschop van Keulen. Ze organiseerde de verdediging en hield het moreel (de wil om door te vechten) hoog.

Albertine Agnes kocht in 1676 een landgoed nabij Heerenveen, dat ze Oranjewoud noemde. Hier liet Albertine lange lanen, singels en tuinen in barok aanleggen en liet een begin maken met de bouw van een paleis: Paleis Oranjewoud. Eerst werden de twee vleugels hiervan gebouwd. Op dit buiten (landgoed) is zij overleden. Haar stoffelijk overschot werd bijgezet in de Grafkelder van de Friesche Nassau's in Leeuwarden. Deze ligt onder het koor van de Grote of Jacobijnerkerk. Leeuwarden behoort met Delft en Breda tot de drie Nederlandse steden met een koninklijke grafkelder.

In 1672 liet ze het Schloss Oranienstein bouwen als haar nieuwe residentie in Dietz aan de Lahn.

Voorouders

Albertina Agnes met haar kinderen Amalia, Hendrik Casimir en Sophia Hedwig

Albertine Agnes's voorouders in drie generaties voor haar

Albertine Agnes van Nassau	Vader: Frederik Hendrik van Oranje-Nassau	Opa vaderskant: Willem I van Oranje (Willem de Zwijger)	Overgrootvader vaderskant: Willem I van Nassau-Dillenburg
			Overgrootmoeder vaderskant: Juliana of Stolberg
		Oma vaderskant: Louise de Coligny 4e echtgenote van Willem	Overgrootvader vaderskant: Gaspard de Coligny
			Overgrootmoeder vaderskant: Charlotte de Laval
	Moeder: Amalia van Solms-Braunfels	Opa moederskant: John Albert I, Graaf van Solms-Braunfels	Overgrootvader moederskant: Conrad, Graaf van Solms-Braunfels
			Overgrootmoeder moederskant: Elisabeth van Nassau-Dillenburg
		Oma moederskant: Agnes van Sayn-Wittgenstein	Overgrootvader moederskant: Lodewijk I, Graaf van Sayn-Wittgenstein
			Overgrootmoeder moederskant: Elisabeth van Solms-Laubach