West-Indische Compagnie
De West-Indische Compagnie, afgekort WIC, werd op gericht om te handelen in tabak, slaven, suiker, goud en geld. De WIC is opgericht in 1602 en bestond tot 1675. De WIC deed aan monopolie. Dit hield in dat alleen de WIC dit mocht doen. Zo mocht bijvoorbeeld de WIC als enige handelen met Amerika en (west-)Afrika. Ook deed WIC aan kaapvaart. Hierbij veroverde ze schepen. Eén van de populairste voorbeelden hiervan is Piet Heijn die in 1628 de Zilvervloot overviel. De WIC verdiende ook geld met de handel met Suriname, Nieuw-Nederland, Nederlands Acadië, Nederlands-Brazilië, Guyana, sommige Antillen en nog een paar plaatsen in Afrika. De slaven werkte op plantages en verbouwde onder andere suiker en tabak. De WIC werd bestuurd door de Heren XIX en is vergelijkbaar met de VOC.
Dit artikel is een beginnetje. Je wordt uitgenodigd op bewerk te klikken om dit artikel aan te vullen.
Meer informatie over dit onderwerp vind je hier: |
Dit artikel is een beginnetje.
|