Israëlisch-Palestijns conflict: verschil tussen versies
Regel 1: | Regel 1: | ||
{{Werk}} |
{{Werk}} |
||
{{Disclaimer Israëlisch-Palestijns conflict}} |
{{Disclaimer Israëlisch-Palestijns conflict}} |
||
− | [[Bestand:Israel relief location map.jpg|thumb|De plek waar [[Israël]] en [[Palestina]] liggen]] |
+ | [[Bestand:Israel relief location map.jpg|thumb|De plek waar [[Israël]] en [[Staat Palestina|Palestina]] liggen]] |
Het '''Israëlisch-Palestijns conflict''' is een conflict tussen [[Israëliërs]] en [[Palestijnen]] dat al heel lang speelt. Het is een onderdeel van het [[Arabisch-Israëlisch conflict]]. Het Israëlisch-Palestijns conflict gaat met name over wie waar mag wonen, en wie het recht heeft op een eigen staat, en waar die dan mag zijn. |
Het '''Israëlisch-Palestijns conflict''' is een conflict tussen [[Israëliërs]] en [[Palestijnen]] dat al heel lang speelt. Het is een onderdeel van het [[Arabisch-Israëlisch conflict]]. Het Israëlisch-Palestijns conflict gaat met name over wie waar mag wonen, en wie het recht heeft op een eigen staat, en waar die dan mag zijn. |
||
== Geschiedenis == |
== Geschiedenis == |
||
Regel 14: | Regel 14: | ||
=== Ottomaanse Rijk === |
=== Ottomaanse Rijk === |
||
[[Bestand:Yavuz_Sultan_I._Selim_Han.jpg|miniatuur|180px|Sultan Selim I veroverde Palestina en andere gebieden in het Midden-Oosten]] |
[[Bestand:Yavuz_Sultan_I._Selim_Han.jpg|miniatuur|180px|Sultan Selim I veroverde Palestina en andere gebieden in het Midden-Oosten]] |
||
− | Ongeveer 2500 jaar na de splitsing van historisch Palestina in de koninkrijken Israël en Juda claimde het [[Ottomaanse Rijk]] het gebied. Dat was in 1516. Er was sprake van een relatieve vrijheid van godsdienst. Mensen die geen [[moslim]] waren maar wel in het Ottomaanse Rijk leefden werden [[Dhimmi|dhimmi's]] genoemd. Dat waren bijvoorbeeld joden en christenen. Het plaatselijk bestuur werd overgelaten aan de lokale [[ |
+ | Ongeveer 2500 jaar na de splitsing van historisch Palestina in de koninkrijken Israël en Juda claimde het [[Ottomaanse Rijk]] het gebied. Dat was in 1516. Er was sprake van een relatieve vrijheid van godsdienst. Mensen die geen [[moslim]] waren maar wel in het Ottomaanse Rijk leefden werden [[Dhimmi|dhimmi's]] genoemd. Dat waren bijvoorbeeld joden en christenen. Het plaatselijk bestuur werd overgelaten aan de lokale [[grootgrondbezitter]]s, vaak rijke families. Zij werden de [[A'ayan]] genoemd. De functie van A'ayan werd alleen toegekend aan moslims. Aan het einde van de achttiende eeuw (1700-1800) werden Europese goederen al vaker ingevoerd. De steden [[Beiroet]], [[Jaffa]] en [[Haifa]] waren daarvoor het belangrijkst. In de negentiende eeuw (1800-1900) nam de invoer sterk toe. Belangrijk om aan te merken is dat het gebied in deze periode voornamelijk bevolkt werd door moslims, en dat immigratie van joden nauwelijks voor kwam. In 1860 hervormde het Ottomaanse Rijk de wetten voor landbouw, waardoor er vanuit Europa meer geïnvesteerd werd in landbouw. Palestijnse grootgrondbezitters hadden hier het meeste profijt van. |
Langzaamaan viel het Ottomaanse Rijk uiteen, en de echte klap kwam tijdens de [[Eerste Wereldoorlog]]. Europese grootmachten streden toen met elkaar, en iedereen wilde een stuk van het Ottomaanse Rijk. Uiteindelijk kreeg [[Groot-Brittannië]] Palestina. Maar daarvoor moest wel wat onderhandeld worden. |
Langzaamaan viel het Ottomaanse Rijk uiteen, en de echte klap kwam tijdens de [[Eerste Wereldoorlog]]. Europese grootmachten streden toen met elkaar, en iedereen wilde een stuk van het Ottomaanse Rijk. Uiteindelijk kreeg [[Groot-Brittannië]] Palestina. Maar daarvoor moest wel wat onderhandeld worden. |
||
Regel 55: | Regel 55: | ||
{{zie hoofdartikel|Mandaatgebied Palestina}} |
{{zie hoofdartikel|Mandaatgebied Palestina}} |
||
[[Bestand:Ensign of the Palestine Mandate (1927–1948).svg|miniatuur|Vlag van het mandaatgebied]] |
[[Bestand:Ensign of the Palestine Mandate (1927–1948).svg|miniatuur|Vlag van het mandaatgebied]] |
||
− | Het [[Mandaatgebied Palestina]] was een [[mandaatgebied]] van de [[Volkenbond]]. Het [[Volkenbondmandaat voor Palestina|mandaat]] werd toegekend aan het [[Verenigd Koninkrijk (land)|Verenigd Koninkrijk]]. Dat betekende dat het Verenigd Koninkrijk het land bestuurde. Het mandaatgebied bestond van 1920 tot 1948. Het mandaatgebied was een gebied uit de A-categorie. Dat betekent dat het mandaatgebied al een heel eind op weg was naar zelfstandigheid (eigen bestuur). De B-categorie kon in principe zelfstandig worden. De landen die daartoe behoorden waren de Afrikaanse mandaatgebieden. En de C-categorie kon hoogstwaarschijnlijk nooit onafhankelijk worden. Dit waren de gebieden Zuid-West |
+ | Het [[Mandaatgebied Palestina]] was een [[mandaatgebied]] van de [[Volkenbond]]. Het [[Volkenbondmandaat voor Palestina|mandaat]] werd toegekend aan het [[Verenigd Koninkrijk (land)|Verenigd Koninkrijk]]. Dat betekende dat het Verenigd Koninkrijk het land bestuurde. Het mandaatgebied bestond van 1920 tot 1948. Het mandaatgebied was een gebied uit de A-categorie. Dat betekent dat het mandaatgebied al een heel eind op weg was naar zelfstandigheid (eigen bestuur). De B-categorie kon in principe zelfstandig worden. De landen die daartoe behoorden waren de Afrikaanse mandaatgebieden. En de C-categorie kon hoogstwaarschijnlijk nooit onafhankelijk worden. Dit waren de gebieden Zuid-West-Afrika ([[Namibië]] en omgeving), eilanden bij Japan en eilanden in de [[Grote Oceaan]] nabij [[Australië (land)|Australië]] en [[Nieuw-Zeeland]]. |
Het mandaatgebied was een gevolg van de Balfour-verklaring, waar [[Chaim Weizmann]], een [[Zionisme|zionistische]] lobbyist, heel veel voor onderhandeld heeft. Palestina was volgens sommigen destijds een ruig land, waar niet veel stond. Weizmann was fel tegen een Arabische staat in Palestina. De Volkenbond beslist medio 1922 dat het grondgebied van het mandaatgebied ten westen van de Jordaan moet komen. Aan de oostelijke oever komt [[Transjordanië]] te liggen, nu [[Jordanië]]. Dit stuk land wordt wel Arabisch. In 1929 doen de Arabieren een aanval op Joodse nederzettingen. De Britten krijgen van de Volkenbond de schuld vanwege nalatig gedrag. De handhaving van de orde in het mandaatgebied was de zaak van de Britten, niet van de Volkenbond. |
Het mandaatgebied was een gevolg van de Balfour-verklaring, waar [[Chaim Weizmann]], een [[Zionisme|zionistische]] lobbyist, heel veel voor onderhandeld heeft. Palestina was volgens sommigen destijds een ruig land, waar niet veel stond. Weizmann was fel tegen een Arabische staat in Palestina. De Volkenbond beslist medio 1922 dat het grondgebied van het mandaatgebied ten westen van de Jordaan moet komen. Aan de oostelijke oever komt [[Transjordanië]] te liggen, nu [[Jordanië]]. Dit stuk land wordt wel Arabisch. In 1929 doen de Arabieren een aanval op Joodse nederzettingen. De Britten krijgen van de Volkenbond de schuld vanwege nalatig gedrag. De handhaving van de orde in het mandaatgebied was de zaak van de Britten, niet van de Volkenbond. |
||
Regel 81: | Regel 81: | ||
De [[Ben-Gurionbrief]] is een brief van [[David Ben-Gurion]] aan zijn zoon Amos. De brief is gestuurd naar aanleiding van het rapport van de Commissie-Peel. De brief is omstreden vanwege het feit dat Ben-Gurion later de staat Israël heeft uitgeroepen en daar premier van is geworden. De inhoud van de brief is namelijk controversieel, met als extra kanttekening dat de zin "we moeten de Arabieren verdrijven" is doorgehaald. Ben-Gurion deed dat volgens onderzoekers nooit. Volgens sommigen betekent de zin dan ook dat Ben-Gurion juist niet wilde dat de Arabieren verdreven werden. |
De [[Ben-Gurionbrief]] is een brief van [[David Ben-Gurion]] aan zijn zoon Amos. De brief is gestuurd naar aanleiding van het rapport van de Commissie-Peel. De brief is omstreden vanwege het feit dat Ben-Gurion later de staat Israël heeft uitgeroepen en daar premier van is geworden. De inhoud van de brief is namelijk controversieel, met als extra kanttekening dat de zin "we moeten de Arabieren verdrijven" is doorgehaald. Ben-Gurion deed dat volgens onderzoekers nooit. Volgens sommigen betekent de zin dan ook dat Ben-Gurion juist niet wilde dat de Arabieren verdreven werden. |
||
{{citaat|We must expel Arabs and take their place. Up to now, all our aspirations have been based on an assumption – one that has been vindicated throughout our activities in the country – that there is enough room in the land for the Arabs and ourselves. But if we are compelled to use force – not in order to dispossess the Arabs of the Negev or Transjordan, but in order to guarantee our right to settle there – our force will enable us to do so.|David Ben-Gurion in een brief aan zijn zoon Amos}} |
{{citaat|We must expel Arabs and take their place. Up to now, all our aspirations have been based on an assumption – one that has been vindicated throughout our activities in the country – that there is enough room in the land for the Arabs and ourselves. But if we are compelled to use force – not in order to dispossess the Arabs of the Negev or Transjordan, but in order to guarantee our right to settle there – our force will enable us to do so.|David Ben-Gurion in een brief aan zijn zoon Amos}} |
||
− | Vrije vertaling: |
+ | Vrije vertaling: |
+ | |||
+ | |||
''We moeten de Arabieren verdrijven en hun plaats innemen. Tot nu toe zijn al onze ambities gebaseerd op de veronderstelling – een veronderstelling die door al onze activiteiten in het land is bevestigd – dat er genoeg ruimte in het land is voor de Arabieren en voor onszelf. Maar als we gedwongen worden geweld te gebruiken – niet om de Arabieren van de Negev of Transjordanië te onteigenen, maar om ons recht te garanderen om zich daar te vestigen – zal ons geweld ons daartoe in staat stellen.'' |
''We moeten de Arabieren verdrijven en hun plaats innemen. Tot nu toe zijn al onze ambities gebaseerd op de veronderstelling – een veronderstelling die door al onze activiteiten in het land is bevestigd – dat er genoeg ruimte in het land is voor de Arabieren en voor onszelf. Maar als we gedwongen worden geweld te gebruiken – niet om de Arabieren van de Negev of Transjordanië te onteigenen, maar om ons recht te garanderen om zich daar te vestigen – zal ons geweld ons daartoe in staat stellen.'' |
||
Regel 100: | Regel 102: | ||
===Tweede Wereldoorlog en Holocaust=== |
===Tweede Wereldoorlog en Holocaust=== |
||
{{zie hoofdartikel|Tweede Wereldoorlog}} |
{{zie hoofdartikel|Tweede Wereldoorlog}} |
||
− | [[Bestand:Bundesarchiv_Bild_146-1987-004-09A,_Amin_al_Husseini_und_Adolf_Hitler.jpg|miniatuur|Amin al-Hoesseini en Adolf Hitler in 1941]]Tijdens de [[Tweede Wereldoorlog]] heeft [[Nazi-Duitsland]] ongeveer 6 miljoen Joden vermoord. Dit heet de [[Holocaust]], of de Shoah in het [[Hebreeuws]]. De Britten hadden toen als doel in het mandaatgebied om de Joodse immigratie zoveel mogelijk te beperken, zodat de Arabieren niet de kant van Duitsland kozen in de oorlog. Dat was best lastig, aangezien een van de hoogste en invloedrijkste leiders van de Islam, de al eerder genoemde grootmoefti van Jeruzalem [[Amin al-Hoesseini]], erg pro-Duits was. Hij heeft zelfs tot twee keer toe [[Adolf Hitler]] ontmoet, in 1941 en in 1943. Hoewel het de Britten uiteindelijk lukte de Arabieren rustig te houden, kwamen de Joden in opstand. De Joden verweten de Britten dat ze wisten dat er [[ |
+ | [[Bestand:Bundesarchiv_Bild_146-1987-004-09A,_Amin_al_Husseini_und_Adolf_Hitler.jpg|miniatuur|Amin al-Hoesseini en Adolf Hitler in 1941]]Tijdens de [[Tweede Wereldoorlog]] heeft [[Nazi-Duitsland]] ongeveer 6 miljoen Joden vermoord. Dit heet de [[Holocaust]], of de Shoah in het [[Hebreeuws]]. De Britten hadden toen als doel in het mandaatgebied om de Joodse immigratie zoveel mogelijk te beperken, zodat de Arabieren niet de kant van Duitsland kozen in de oorlog. Dat was best lastig, aangezien een van de hoogste en invloedrijkste leiders van de Islam, de al eerder genoemde grootmoefti van Jeruzalem [[Amin al-Hoesseini]], erg pro-Duits was. Hij heeft zelfs tot twee keer toe [[Adolf Hitler]] ontmoet, in 1941 en in 1943. Hoewel het de Britten uiteindelijk lukte de Arabieren rustig te houden, kwamen de Joden in opstand. De Joden verweten de Britten dat ze wisten dat er [[concentratiekamp]]en waren maar dat er niks aan gedaan werd. Ook gingen de Britten niet in op een voorstel van Duitsland om duizenden Hongaarse Joden te ruilen tegen materieel. Beide gebeurtenissen zorgden ervoor dat de Joden vonden dat de Britten niets deden om de Joden in Europa te redden. Dat verminderde niet na afloop van de oorlog, toen de Britten nog steeds niets wilde weten van meer Joodse immigratie. De Joden vonden dat de Europese Joden die de Holocaust hadden overleefd, met name de Oost-Europese Joden, naar Israël moesten worden gebracht. Organisatie's als [[Haganah]] kwamen in opstand. Zij pleegden aanslagen op Britten en infrastructuur, en brachten Joden naar het mandaatgebied. De Britten gingen in 1947 weg omdat ze de situatie niet meer in de hand konden houden, en de Verenigde Naties namen het mandaatgebied over. |
===Resolutie 181: de Tweestatenoplossing=== |
===Resolutie 181: de Tweestatenoplossing=== |
Versie van 29 okt 2023 22:51
Werk in uitvoering! Aan dit artikel wordt de komende uren of dagen nog gewerkt. Belangrijk: Laat dit sjabloon niet langer staan dan nodig is, anders ontmoedig je anderen om het artikel te verbeteren. De maximale houdbaarheid van dit sjabloon is twee weken na de laatste bewerking aan het artikel. Kijk in de geschiedenis of je het artikel kunt bewerken zonder een bewerkingsconflict te veroorzaken. |
Dit artikel is nog niet af. |
Disclaimer Israëlisch-Palestijns conflict Wanneer er in het artikel sprake is van Palestina wordt hiermee historisch Palestina bedoeld. Dat is de algemeen aanvaarde naam voor het gebied waar nu Israël, de Palestijnse gebieden (de Staat Palestina in de Gazastrook en de Westelijke Jordaanoever), Jordanië en Libanon liggen. |
Het Israëlisch-Palestijns conflict is een conflict tussen Israëliërs en Palestijnen dat al heel lang speelt. Het is een onderdeel van het Arabisch-Israëlisch conflict. Het Israëlisch-Palestijns conflict gaat met name over wie waar mag wonen, en wie het recht heeft op een eigen staat, en waar die dan mag zijn.
Geschiedenis
Bijbel
In de tijd van de Bijbel was er een hongersnood in het gebied waar nu Israël en de Palestijnse gebieden liggen, historisch Palestina. Daarom trok de bevolking onder leiding van Jakob weg uit het gebied, naar Egypte. Dit onderdeel wordt Genesis genoemd. Na er enkele eeuwen te hebben doorgebracht wilde de bevolking weer terug naar het gebied, dat inmiddels de naam Kanaän droeg, en bewoond werd door een ander volk. Onder leiding van Mozes ging het volk dat afstamde van Jakob, de Israëlieten, weg uit Egypte, terug naar Kanaän. Mozes stierf onderweg, en onder leiding van Jozua werd Kanaän weer heroverd door de Israëlieten. Het gebied heette nu weer Palestina. Dit gedeelte heet de Exodus. Later werd het gebied gesplitst in het noordelijke Koninkrijk Israël en het zuidelijke Koninkrijk Juda.
Diaspora
De Joodse diaspora was de verspreiding van de Joden over de wereld. De diaspora begon omstreeks 598 v.Chr. met beperkingen opgelegd door Nebukadnezar II van Babylonië voor de Joodse elite. Met het beleg van Jeruzalem in 587 v.Chr. vluchtte een groot deel van de Joden naar Egypte. Na het beleg en de vernietiging van Jeruzalem een jaar later werden alle in Jeruzalem wonende Joden verbannen, maar ze kwamen jaren later, in 538 v.Chr., weer terug. Toen versloegen de Perzen de Babyloniërs en stonden de Perzen de Joden toe om terug te keren naar Jeruzalem. Dit betekende het einde van de zogenoemde Babylonische ballingschap. Overigens bleven de meesten buiten het gebied Palestina wonen. Tijdens de Romeinse tijd werd in het jaar 70 de tweede Tempel in Jeruzalem verwoest, en kwam er een nieuwe verbanningsgolf. In 135 n.Chr. kwam er een einde aan de onrusten na het neerslaan van de Joodse Bar Kochba-opstand. Hierna begon de Galut, die zou duren tot de oprichting van de staat Israël in 1948. Dit was een periode dat de meeste Joden verspreid over de wereld leefden, anders werden behandeld en soms het mikpunt van antisemitisme werden.
Ottomaanse Rijk
Ongeveer 2500 jaar na de splitsing van historisch Palestina in de koninkrijken Israël en Juda claimde het Ottomaanse Rijk het gebied. Dat was in 1516. Er was sprake van een relatieve vrijheid van godsdienst. Mensen die geen moslim waren maar wel in het Ottomaanse Rijk leefden werden dhimmi's genoemd. Dat waren bijvoorbeeld joden en christenen. Het plaatselijk bestuur werd overgelaten aan de lokale grootgrondbezitters, vaak rijke families. Zij werden de A'ayan genoemd. De functie van A'ayan werd alleen toegekend aan moslims. Aan het einde van de achttiende eeuw (1700-1800) werden Europese goederen al vaker ingevoerd. De steden Beiroet, Jaffa en Haifa waren daarvoor het belangrijkst. In de negentiende eeuw (1800-1900) nam de invoer sterk toe. Belangrijk om aan te merken is dat het gebied in deze periode voornamelijk bevolkt werd door moslims, en dat immigratie van joden nauwelijks voor kwam. In 1860 hervormde het Ottomaanse Rijk de wetten voor landbouw, waardoor er vanuit Europa meer geïnvesteerd werd in landbouw. Palestijnse grootgrondbezitters hadden hier het meeste profijt van.
Langzaamaan viel het Ottomaanse Rijk uiteen, en de echte klap kwam tijdens de Eerste Wereldoorlog. Europese grootmachten streden toen met elkaar, en iedereen wilde een stuk van het Ottomaanse Rijk. Uiteindelijk kreeg Groot-Brittannië Palestina. Maar daarvoor moest wel wat onderhandeld worden.
Beloftes van Groot-Brittannië
Tijdens de Eerste Wereldoorlog heeft Groot-Brittannië met veel mensen gesproken over het lot van Palestina na de oorlog. Hieronder staan enkele van hun beloftes.
Hoessein-McMahoncorrespondentie
Van juli 1915 tot februari 1916 was er een briefwisseling tussen de sjarief van Mekka, Hoessein bin Ali, en Sir Henry McMahon, de Hoge Commissaris in Egypte, de zogenoemde Hoessein-McMahoncorrespondentie. McMahon verzocht hierin de sjarief om steun tegen de Ottomanen, in ruil voor onafhankelijkheid voor de Arabieren in het Midden-Oosten. Hoessein bin Ali verzocht Groot-Brittannië voor onafhankelijkheid. Volgens hem moest alles tussen Mersin, de Middellandse Zee, het zuiden van het Arabisch schiereiland en Perzië onafhankelijk gebied worden. McMahon vond daarentegen dat de gebieden Mersin en Alexandretta en Syrische gebieden ten westen van Homs, Damascus, Hama en Aleppo niet als "puur Arabisch" gezien konden worden, en daarom niet onafhankelijk Arabisch konden worden. Bovendien vielen deze gebieden in de Franse invloedszone. Hoessein accepteerde dit, maar slechts tot na de oorlog. Daarna wilde hij opnieuw vragen om de missende gebieden. Het gebied Palestina viel buiten de genoemde uitzonderingen, dus Hoessein en McMahon gingen er vanuit dat Palestina na de oorlog een Arabische staat, of onderdeel van een Arabische staat zou worden. De correspondentie stelde trouwens niet vast wie de leider van de Arabieren werd.
Sykes-Picotverdrag
Het verdrag tussen de Fransman Georges Picot en de Engelsman Mark Sykes met instemming van Italië en Rusland in mei 1916, het Sykes-Picotverdrag, hield in dat een deel van het Midden-Oosten verdeeld werd tussen Frankrijk en Engeland. Dit zorgde voor woede in de Arabische wereld. Frankrijk zou Libanon, de Syrische kust en de steden Beiroet, Damascus en Aleppo krijgen. In ruil daarvoor kreeg Groot-Brittannië een stuk land van Koeweit tot Bagdad, met de grote stad Basra. Verder werd er een lijn getrokken voor de invloedszones. Deze liep ongeveer van Amman tot Kirtuk. Verder zou alles ten westen van de Jordaan, Palestina, internationaal worden. Ook werd besloten de Hoessein-McMahoncorrespondentie niet na te leven. Als gevolg hiervan waren de Arabieren woedend. In Damascus werd de zoon van Hoessein, Faisal I, uitgeroepen tot koning van Arabië. Frankrijk, die dit gebied kreeg volgens het verdrag, was het hier absoluut niet mee eens, en Faisal werd afgezet. Uiteindelijk werd besloten dat Hoessein koning werd van Hidjaz, een koninkrijk met de steden Mekka en Medina, dat Hoesseins zoon Faisal koning werd van Irak, en dat Hoesseins andere zoon Abdoellah koning werd van Jordanië.
Balfour-verklaring
De Balfour-verklaring, genoemd naar de maker ervan, de Britse minister van Buitenlandse Zaken Arthur Balfour, hield in dat Groot-Brittannië zich in ging zetten voor een Nationaal Tehuis voor het Joodse Volk in Palestina. Het is een brief verstuurd aan Lord Rothschild op 2 november 1917, een Brits lid van de Joodse bankiersfamilie Rothschild. De verklaring staat hieronder:
De vertaling van het belangrijkste deel tussen haakjes:
In eenvoudige taal staat er dat Groot-Brittannië zal helpen met het bouwen van een land voor Joden in Palestina. Een belangrijke kanttekening hierbij is dat Balfour zegt dat de rechten van niet-Joden in Palestina niet geschonden mogen worden, dus dat ze die mensen gewoon hun geloof moeten laten uitoefenen en andere rechten die ze hebben niet mogen ontnemen.
Mandaatgebied Palestina
Het Mandaatgebied Palestina was een mandaatgebied van de Volkenbond. Het mandaat werd toegekend aan het Verenigd Koninkrijk. Dat betekende dat het Verenigd Koninkrijk het land bestuurde. Het mandaatgebied bestond van 1920 tot 1948. Het mandaatgebied was een gebied uit de A-categorie. Dat betekent dat het mandaatgebied al een heel eind op weg was naar zelfstandigheid (eigen bestuur). De B-categorie kon in principe zelfstandig worden. De landen die daartoe behoorden waren de Afrikaanse mandaatgebieden. En de C-categorie kon hoogstwaarschijnlijk nooit onafhankelijk worden. Dit waren de gebieden Zuid-West-Afrika (Namibië en omgeving), eilanden bij Japan en eilanden in de Grote Oceaan nabij Australië en Nieuw-Zeeland.
Het mandaatgebied was een gevolg van de Balfour-verklaring, waar Chaim Weizmann, een zionistische lobbyist, heel veel voor onderhandeld heeft. Palestina was volgens sommigen destijds een ruig land, waar niet veel stond. Weizmann was fel tegen een Arabische staat in Palestina. De Volkenbond beslist medio 1922 dat het grondgebied van het mandaatgebied ten westen van de Jordaan moet komen. Aan de oostelijke oever komt Transjordanië te liggen, nu Jordanië. Dit stuk land wordt wel Arabisch. In 1929 doen de Arabieren een aanval op Joodse nederzettingen. De Britten krijgen van de Volkenbond de schuld vanwege nalatig gedrag. De handhaving van de orde in het mandaatgebied was de zaak van de Britten, niet van de Volkenbond.
Arabisch-Palestijnse opstand
De Arabisch-Palestijnse opstand was een opstand die duurde van 19 april 1936 tot augustus 1939. De Palestijnen protesteerden toen tegen de Britten en tegen de Joodse immigratie. De opstand werd geleid door Amin al-Hoesseini, de leider van het Arabisch Hoger Comité en moefti van Jeruzalem. El Hoesseini zou later bekend worden als bewonderaar van Adolf Hitler. De opstand had voornamelijk de vorm van een massale staking door Arabieren. Ze werkten dus niet meer. Verder werden Joodse gemeenschappen aangevallen en werden Britse ambtenaren vermoord. Ook werd de infrastructuur, zoals wegen en spoorlijnen, aangevallen. In de drie jaar lange periode zijn 7000 doden gevallen.
De demonstranten hadden 3 harde eisen:
- Stopzetting van de joodse immigratie
- Een verbod op het verkopen van grond aan joden
- Instelling van een representatieve regering
Punt 1 betekende dat er geen Joden meer naar Palestina mochten verhuizen. Punt 2 betekende dat de grond die nog niet in Joodse handen was niet meer verkocht mocht worden aan de Joden, wat wel gebeurde. En punt 3 betekende dat Palestijnen vertegenwoordigd moesten worden in de regering van Palestina, want dat was niet het geval.
Rapport-Peel
Naar aanleiding van deze opstand is er een koninklijke onderzoekscommissie heen gestuurd, onder leiding van William Robert Wellesley Peel, de Commissie-Peel. Deze commissie stelde dat er geen vrede kon komen zonder zowel een Joodse als een Arabisch-Palestijnse staat. Het Joodse gedeelte zou het noordelijke stuk bevatten. Dit stuk bestond uit een stuk kust, de Jizreëlvallei (bij Nazareth) en een groot deel van Galilea (het huidige noordoosten van Israël). Ook was er een internationaal gedeelte bestuurd door de Britten, grofweg het gebied tussen Jeruzalem en Tel Aviv. Het overige stuk, de Negev, Samaria (rondom Nabloes), delen van Judea en een kuststrook, bestaande uit de Gazastrook en een deel ten noorden daarvan. De Joden zouden dan allemaal naar het Joodse gedeelte verhuizen en de Arabieren naar het Arabische gedeelte. Maar de Arabieren en de Britse regering wezen het plan af. De Joden konden zich er redelijk in vinden, maar de meningen waren wel enigszins verdeeld.
Ben-Gurionbrief
De Ben-Gurionbrief is een brief van David Ben-Gurion aan zijn zoon Amos. De brief is gestuurd naar aanleiding van het rapport van de Commissie-Peel. De brief is omstreden vanwege het feit dat Ben-Gurion later de staat Israël heeft uitgeroepen en daar premier van is geworden. De inhoud van de brief is namelijk controversieel, met als extra kanttekening dat de zin "we moeten de Arabieren verdrijven" is doorgehaald. Ben-Gurion deed dat volgens onderzoekers nooit. Volgens sommigen betekent de zin dan ook dat Ben-Gurion juist niet wilde dat de Arabieren verdreven werden.
Vrije vertaling:
We moeten de Arabieren verdrijven en hun plaats innemen. Tot nu toe zijn al onze ambities gebaseerd op de veronderstelling – een veronderstelling die door al onze activiteiten in het land is bevestigd – dat er genoeg ruimte in het land is voor de Arabieren en voor onszelf. Maar als we gedwongen worden geweld te gebruiken – niet om de Arabieren van de Negev of Transjordanië te onteigenen, maar om ons recht te garanderen om zich daar te vestigen – zal ons geweld ons daartoe in staat stellen.
Een ander stuk is het stuk waarin Ben-Gurion aangeeft dat wat hem betreft het verkrijgen van land het begin is van een staat, dus niet het einde. Hij geeft hier ook aan dat hij door wil gaan met het "bevrijden" van het land.
Vrije vertaling:
De beslissende vraag is: bevordert of vertraagt de oprichting van een Joodse staat [in slechts een deel van Palestina] de omvorming van dit land in een Joods land? Mijn veronderstelling (en daarom ben ik een fervent voorstander van een staat, ook al is deze nu gekoppeld aan verdeling) is dat een Joodse staat op slechts een deel van het land niet het einde is, maar het begin. Wanneer we duizend of tienduizend dunams* verwerven, voelen we ons opgetogen. Het doet ons geen pijn dat we door deze verwerving niet het hele land in bezit hebben. Dit komt omdat deze toename in bezit niet alleen op zichzelf gevolgen heeft, maar omdat we daardoor onze kracht vergroten, en elke toename in kracht helpt bij het bezit van het land als geheel. De vestiging van een staat, al is het maar op een deel van het land, is de maximale versterking van onze kracht op dit moment en een krachtige impuls voor onze historische inspanningen om het hele land te bevrijden.
*Een dunam is een maateenheid die oorspronkelijk uit het Ottomaanse Rijk komt. In Israël en de Palestijnse gebieden is het een eenheid die gelijk staat aan 1.000 vierkante meter.
MacDonald White Paper
Het MacDonald White Paper was een witboek gemaakt door de Britse staatssecretaris voor Koloniën over het beleid in het Mandaatgebied Palestina. Na eerdere mislukte pogingen tot het maken van een oplossing waar zowel Joden als Arabieren zich in konden vinden werd dit witboek aangenomen door het Lagerhuis, dat leidend werd voor het Britse beleid tot het einde van het mandaatgebied in 1948.
De inhoud van het witboek bestaat uit drie onderdelen. Het eerste onderdeel houdt in dat het Mandaatgebied Palestina tien jaar na publicatie, dus in 1949, zelfbestuur moest krijgen. Het moest één staat worden, waarin Joden en Arabieren invloed krijgen naar percentage van de bevolking. Dus met hoe meer een groep was, hoe meer invloed de groep had. Het tweede punt was inperking van Joodse immigratie. Er zouden maximaal 10.000 Joden per jaar, vanaf 1940 tot 1944, worden toegelaten, plus ruimte voor 25.000 Joodse vluchtelingen. Na afloop van deze periode zou verdere migratie alleen worden toegestaan met instemming van een meerderheid van het Arabische volk. Het derde punt hield in dat Joden minder makkelijk land moesten kunnen kopen.
Tweede Wereldoorlog en Holocaust
Tijdens de Tweede Wereldoorlog heeft Nazi-Duitsland ongeveer 6 miljoen Joden vermoord. Dit heet de Holocaust, of de Shoah in het Hebreeuws. De Britten hadden toen als doel in het mandaatgebied om de Joodse immigratie zoveel mogelijk te beperken, zodat de Arabieren niet de kant van Duitsland kozen in de oorlog. Dat was best lastig, aangezien een van de hoogste en invloedrijkste leiders van de Islam, de al eerder genoemde grootmoefti van Jeruzalem Amin al-Hoesseini, erg pro-Duits was. Hij heeft zelfs tot twee keer toe Adolf Hitler ontmoet, in 1941 en in 1943. Hoewel het de Britten uiteindelijk lukte de Arabieren rustig te houden, kwamen de Joden in opstand. De Joden verweten de Britten dat ze wisten dat er concentratiekampen waren maar dat er niks aan gedaan werd. Ook gingen de Britten niet in op een voorstel van Duitsland om duizenden Hongaarse Joden te ruilen tegen materieel. Beide gebeurtenissen zorgden ervoor dat de Joden vonden dat de Britten niets deden om de Joden in Europa te redden. Dat verminderde niet na afloop van de oorlog, toen de Britten nog steeds niets wilde weten van meer Joodse immigratie. De Joden vonden dat de Europese Joden die de Holocaust hadden overleefd, met name de Oost-Europese Joden, naar Israël moesten worden gebracht. Organisatie's als Haganah kwamen in opstand. Zij pleegden aanslagen op Britten en infrastructuur, en brachten Joden naar het mandaatgebied. De Britten gingen in 1947 weg omdat ze de situatie niet meer in de hand konden houden, en de Verenigde Naties namen het mandaatgebied over.
Resolutie 181: de Tweestatenoplossing
Arabisch-Israëlische oorlog van 1947-1948
Zie ook hieronder voor de Nakba.
Staat Israël
Suezcrisis
Zesdaagse Oorlog
Nederzettingen
PLO
Resolutie 242 en erkenning van Israël
Jom Kipoeroorlog
Hamas
Intifada's
Veiligheidsbarrière Westelijke Jordaanoever
Onafhankelijkheid Gazastrook
Hek Gazastrook
Conflict 2021
Operatie al-Aqsa-storm en oorlog tussen Hamas en Israël
Gevolgen
Jodenhaat
Moslimhaat
Bondgenoten
Israël
Verenigde Staten
EU
Palestina
Iran
Hezbollah
Syrië
Saoedie-Arabië
Egypte
Israël en apartheid
Water
Israëliers
Mizrahim
Bedoeïnen
Zionisme
Palestijnen
Nationalisme
Overheid
Vluchtelingen
Nakba
Terugkeer
Israëlische Palestijnen
Palestijnse christenen
Mogelijke oplossingen
In het verleden zijn al enkele pogingen gedaan om vrede te krijgen, denk onder andere aan de Commissie-Peel en het McDonald White Paper. Ook nu nog zetten diplomaten zich in om een duurzame vredesoplossing te vinden voor het conflict.
Eenstaatoplossing
Tweestatenoplossing
Driestatenoplossing
Zie ook
- Israël
- Volkenbondmandaat voor Palestina
- Mandaatgebied Palestina
- Gazastrook
- Westelijke Jordaanoever
- Israëlische nederzetting
- Israël en apartheid
- Hamas
- Fatah
- Arabisch-Israëlisch conflict - over het conflict tussen Israël en de Arabische wereld
- Palestijnse Autoriteit
Bronnen
- Kenniscentrum Israël Palestina
- Israëlisch-Palestijns conflict (Wikipedia)
- Mandaatgebieden van de Volkenbond - historiek.net
- Achtergronden Israëlisch-Palestijns conflict - historiek.net
- De brief van Ben-Gurion, volledig. In het Engels.
- De Tweede Wereldoorlog en het Joodse verzet tegen de Britten - Centrum Informatie en Documentatie Israël (CIDI)