Toendraklimaat
Een toendraklimaat heb je op toendra's en andere soortgelijke gebieden. Het is een koud klimaat met weinig neerslag (vooral sneeuw) en 's zomers is het er ook koud. De gemiddelde temperatuur van de koudste maand is onder de -3 °C. In de warmste maand zit de gemiddelde temperatuur tussen de -1°C en 10 °C. Deze klimaten kun je voornamelijk vinden op de Polen, denk maar aan de Noordpool en de Zuidpool, ook vind je een toendraklimaat in Alaska. In China komt dit klimaat ook voor, dit heeft te maken dat China meerdere klimaten heeft en daarom is China de "standaard" meter van alle klimaten die op de wereld hebben bestaan.
Bij een toendraklimaat zijn ook verschillende kenmerken. Waarschijnlijk heb je dit ook geleerd bij een aantal aardrijkskundelessen:
- Het is hier nooit warmer dan 10 °C;
- Het wordt hier in de wintermaanden minimaal -3 °C;
- Er kunnen hier ook kleine planten groeien, dit is bijvoorbeeld laag groeiende gras, die komen ook alleen maar voor in de zomermaanden.
De inwoners van het toendraklimaat zijn de eskimo's. Zij noemen zichzelf ook wel de Inuit. Inuit betekent echte mensen. De eskimo's zijn zelfvoorzienend. Ze maken van steen, huiden en druifhout allerlei voorwerpen om te overleven. Meestal wonen de eskimo's in sneeuwhutten of iglo's. Maar tegenwoordig wonen ze net als ons in normale woningen van hout of steen. De eskimo's eten de dieren die leven op de toendra. De eskimo's zijn de enige menselijke bewoners die wonen in het toendraklimaat.
Hoewel de hoeveelheid neerslag vrij gering is, zijn de meeste bodems op een toendra moerassig. Dit komt doordat het water niet kan wegzinken in de bevroren onderlaag en doordat de verdamping ook zeer laag is. Op vele plaatsen wordt dan ook veen aangetroffen.