Tijdlijn van de invoering van het homohuwelijk
Hieronder vindt je een tijdlijn van de invoering van het homohuwelijk per land. Op dit artikel lees je precies hoe het homohuwelijk in ieder land ingevoerd en wanneer.
Sommige landen hebben overzeese gebieden met een grote mate van zelfbestuur. Deze gebieden kunnen zelf dingen bepalen over het huwelijk. Hierdoor kan het homohuwelijk niet toegestaan zijn in deze gebieden, terwijl dit wel in de rest van het land het geval is. Bijvoorbeeld: in Nederland is het homohuwelijk legaal, maar in de Nederlandse overzeese gebieden Sint Maarten, Aruba en Curaçao niet.
Nederland (2001)
In Nederland was er sinds het midden van de jaren 1980 een discussie rond het homohuwelijk aan de gang. Het toenmalige hoofd van de Gay Krant, Henk Krol, vroeg toen aan het parlement om het homohuwelijk in te voeren. In de jaren 1990 werden steeds meer mensen voorstander van het homohuwelijk. Toentertijd begon men ook opener te worden over seksualiteit. In 1995 zette de regering onder premier Wim Kok een commissie op om dit te onderzoeken. De commissie kwam in 1997 met de conclusie dat het homohuwelijk zou moeten ingevoerd. Na de Tweede Kamerverkiezingen van 1998 beloofde de regering dit in te voeren. De wetgeving werd in 2000 gediscussieerd in de Tweede Kamer.
Op 12 september 2001 werd de wetgeving voor het homohuwelijk aangenomen. 109 leden stemden voor, terwijl 33 tegen stemden. 8 leden weigerden om te stemmen. Het voorstel werd gesteund door de PvdA (met uitzondering van 4 leden), de VVD (met uitzondering van 2 leden), D66, GroenLinks en de SP. Het CDA (met uitzondering van 3 leden), de ChristenUnie en de SGP stemden tegen het voorstel. Op 10 december 2000 werd het voorstel ook door de Eerste Kamer aangenomen.
Sinds 1 april 2001 mogen mensen van gelijk geslacht trouwen in Nederland. De Amsterdamse burgemeester Job Cohen mocht het eerste huwelijk voltrekken, dat zelfs die nacht werd gehouden in het Amsterdamse stadhuis het Stopera. Op die dag trouwden drie mannelijke echtparen en een vrouwelijk echtpaar met elkaar. Bij de gebeurtenis was toen veel pers aanwezig en was vrij uniek.
Niet in heel Nederland kunnen lhbt'ers met elkaar trouwen. Op de Nederlandse Antillen was de wetgeving niet van pas. In 2010 zijn de Antillen opgegeven. Bonaire, Sint Eustatius en Saba werden gemeenten van Nederland, waardoor deze wetgeving daar ging gelden. Hierdoor is het sinds eind 2012 ook mogelijk op deze drie eilanden te trouwen. Aruba, Sint Maarten en Curaçao werden landen binnen het Koninkrijk der Nederlanden. Hierdoor hebben ze bepaalde rechten op het gebied van wetgeving. Deze drie "landen" hebben het homohuwelijk nog niet ingevoerd. Vanuit Nederland zelf is er wel druk van onder andere D66, VVD, PvdA en andere linkse en liberale partijen om het homohuwelijk ook daar in te voeren.
België (2003)
Ook in België begon in de jaren 1990 een discussie over de invoering met het homohuwelijk. In 1999 maakte de Federale Regering van Guy Verhofstadt bekend dat het homohuwelijk zou worden gelegaliseerd. Zijn regering bestond toentertijd uit liberale, socialistische en groene partijen die hier bijna allemaal voorstander van waren. Enkel de PRL (de voorloper van Mouvement Réformateur) was hiertegen. Na de invoering van het homohuwelijk in Nederland werd er in 2001 in België een commissie opgericht. De Belgische Raad van State gaf een negatief advies over het voorstel. Desondanks werd een wetsontwerp gemaakt en naar het parlement gestuurd.
Op 28 november 2002 stemde de Senaat voor de wet; twee dagen later werd de wet ook aangenomen door de Kamer van Volksvertegenwoordigers. De wet werd gesteund door de VLD (tegenwoordig Open vld), de CD&V, de PS, de sp.a (tegenwoordig Vooruit), Agalev (tegenwoordig Groen), de Volksunie (tegenwoordig N-VA) en Ecolo. De MR (op enkele leden na), Vlaams Blok (tegenwoordig Vlaams Belang) en cdh (tegenwoordig Les Engagés) stemde tegen.
Op 1 juni 2003 trad de wet in werking; de geaardheid van de twee personen was vanaf toen niet meer belangrijk. Net als in Nederland is het homohuwelijk in dezelfde wet opgenomen als de het klassieke huwelijk. Hiermee werd het huwelijk genderneutraal. Op 6 juni werd het eerste homohuwelijk gesloten in het land in de plaats Kapellen. Dit huwelijk was tussen twee vrouwen. Hoewel België in 2003 het homohuwelijk invoerde was het pas in 2006 legaal om voor homoparen om kinderen te adopteren. Sinds 2004 is het ook mogelijk om als Belgische lgbt'er te trouwen met iemand uit een land waar het homohuwelijk nog niet geldt.
Spanje (2005)
Hoewel Spanje een vrij katholiek land is, voerde het als derde landen het homohuwelijk op 3 juli 2005. De reden ligt aan de geschiedenis van Spanje. Onder de dictatuur van Francisco Franco (tot 1979) was homoseksualiteit verboden, maar sinds de jaren 80 werden steden als Madrid en Barcelona "homovriendelijk". Daarnaast kreeg Spanje een progressieve premier, José Luis Rodríguez Zapatero, die ook voor de invoering was.
De Partido Popular en de Katholiek Kerk waren tegen de invoering van het homohuwelijk, maar op 30 juni 2005 werd de wet voor legalisering goedgekeurd met 40 stemmen verschil. De wet werd gezien als een mijlpaal voor homorechten in Spanje. Op 11 juli 2005 trouwde het eerste homokoppel in Tres Cantos, dichtbij Madrid.
Canada (2005)
Canada bestaat uit 11 provincies en 3 territoria die elk een eigen wetgeving hebben op het gebied van huwelijk. Tussen 2003 en 2005 voerden 8 provincies (Ontario, Brits-Columbia, Québec, Manitoba, Nova Scotia, Saskatchewan, Newfoundland en Labrador en New Brunswick) en 1 territorium (Yukon) het homohuwelijk in. Dit leverde de situatie op waar twee derde van het land het homohuwelijk legaal was. In de overige twee provincies (Alberta en Prins Edwardeiland) en twee territoria (Northwest Territories en Nunavut) was dit nog het geval.
Op 20 juli 2005 legaliseerde Canada het homohuwelijk in gehele land, aangezien het al voor grootste gedeelte legaal was. Alleen de conservatieve provincie Alberta was tegen legalisering en probeerde het zelfs tegen te houden. De andere provincie en 2 territoria stonden de legalisering vrijwillig toe.
Zuid-Afrika (2006)
Aan het legaliseren van het homohuwelijk in Zuid-Afrika ging een rechtszaak vooraf. In Zuid-Afrika gold toen het huwelijk zoals in het Rooms-Hollands recht stond vermeld. Een lesbisch koppel spande hierdoor een rechtszaak aan tegen de Zuid-Afrikaanse staat, aangezien de wet discrimineerde op basis van seksuele geaardheid. In 2004 kregen het lesbische koppel al gelijk, maar Zuid-Afrika ging in hoger beroep. Het lesbische koppel ging hierdoor in tegenberoep. Dit leidde uiteindelijk tot een landelijk debat, waarbij zelfs een aparte homorechten-organisatie een zaak aanspande tegen Zuid-Afrika. Hoewel het om twee aparte rechtszaken ging, werden ze op dezelfde dag behandeld.
Ook in hoger beroep kreeg de overheid te horen dat de huwelijkswet niet in overeenstemming was met de grondwet, die discriminatie verbood. De wet diende dus aangepast te worden. Met ruime meerderheid in het parlement werd een nieuwe, genderneutrale huwelijkswet aangenomen. Op 30 november 2006 werd de nieuwe wet geldig. Hiermee werd Zuid-Afrika het eerste (en tot nu toe enige) land in Afrika dat het homohuwelijk erkend.
Noorwegen (2009)
Homoseksualiteit werd in Noorwegen in 1972 legaal en sinds 1993 mochten homostellen aan geregistreerd partnerschap doen. Trouwen was toen nog niet mogelijk. Uit onderzoek bleek dat 66% van de Noorse bevolking voor het homohuwelijk was. Dit leidde, samen met veel acties, tot een wetsvoorstel. Op 11 juni 2008 stemde het parlement hiermee in en op 1 januari 2009 voerde het land het Homohuwelijk in. De Lutherse Kerk, de grootste religie in Noorwegen, wilde aanvankelijk het huwelijk niet voltrekken. In januari 2017 besloot de kerk om het huwelijk voortaan ook te voltrekken.
Zweden (2009)
In 2006 was 71% van de Zweden al voor het homohuwelijk. Na Noorwegen kwam het debat ook in Zweden terecht. Op 1 april 2009 nam het parlement een wetsvoorstel aan. Zowel de regeringspartijen als de oppositie was hier voor; slechts een partij was tegen. Daarnaast was ook een groot deel van bevolking voor de nieuwe wet en zelfs de Zweedse Kerk moedigde het huwelijk aan. Sinds 1 mei 2009 kunnen ook stellen met hetzelfde geslacht in Zweden trouwen.
Mexico (2009-2022)
Mexico bestaat uit 31 staten een Federaal District. De gebieden gaan zelf over het huwelijk volgens de grondwet. Op 20 december 2009 werd in het Federale District Mexico-Stad het homohuwelijk ingevoerd. Dit was een primeur, aangezien het de eerste plek in heel Latijns-Amerika was waar het homohuwelijk was toegestaan. De wet trad in maart 2010 in werking.
Door de jaren heen werd het homohuwelijk in steeds meer deelstaten van Mexico toegestaan. De laatste deelstaat die het homohuwelijk invoerde was Guerrero, waar het legaal werd op 31 december 2022. Op die dag was het homohuwelijk in heel Mexico toegestaan.
Portugal (2010)
Na de invoering van het homohuwelijk in Spanje wakkerde dit ook de discussie in Portugal aan. Het parlement debatteerde hier jaren over. Uiteindelijk keurde het parlement de wet op 8 januari 2010 goed. De wet verbood nog altijd aan homostellen om kinderen te adopteren. Politieke partijen en organisaties hadden dit in samenwerking met de katholieke kerk voorkomen. In 2016 lukte de nieuwe premier António Costa om de steun voor een breder adoptierecht te verbreden. De regering ontwierp een nieuwe wet die he adoptierecht ook voor lhbt'ers mogelijk moest maken. Datzelfde jaar werd de wet nog ingevoerd.
IJsland (2010)
IJsland staat bekend als een van de homo-vriendelijkste landen ter wereld. In 2010 was de lesbische Jóhanna Sigurðardóttir premier van het land. Het IJslands parlement keurde op 11 juni 2010 een wet goed die het huwelijk genderneutraal maakte en de nieuwe wet ging op 27 juni dat jaar. Een van de eerste huwelijken was op die dag zelf, namelijk dat van de IJslandse premier en haar vriendin.
Argentinië (2010)
Argentinië keurde het homohuwelijk op 14 juli 2010 goed en was hiermee het eerste land in Zuid-Amerika. Nadat de Kamer van Volksvertegenwoordigers voor was, moest de wet nog door de Senaat heen. Dit leverde een debat op dat 14 uur duurde. Vooral conservatieve partijen en de katholieke kerk waren tegen. De regering en veel bekende Argentijnen waren voor het huwelijk. Tijdens het debat protesteerden veel Argentijnen voor en tegen de wet rondom het parlement. Later dat jaar wet de officieel ingevoerd.
Denemarken (2012)
Denemarken bestaat officieel het drie landen; Denemarken zelf, Groenland en de Faeröer. In de wet is geregeld dat elk gebied zelf hun zaken omtrent het huwelijk mag regelen. In Denemarken zelf is het sinds 15 juni 2012 het homohuwelijk toegestaan. Net als de andere noordelijke landen is Denemarken een vrij homo-vriendelijk land. De wet geld overigens alleen voor Denemarken zelf. In die tijd was het homohuwelijk in Groenland en de Faeröer nog niet mogelijk.
Groenland wilde het homohuwelijk eigenlijk al in 2010 invoeren, maar wilde eerst op Denemarken wachten. Na 2012 waren er verschillende politieke onenigheden die de wet vertraagde. De Groenlandse regering voerde op 27 mei 2015 een wet in die het homohuwelijk sinds 1 april 2016 mogelijk maakt.
De Faeröer stemde op 29 april 2016 voor de wet die het homohuwelijk mogelijk maakte. Sinds 1 juli 2017, maar goedkeuring van de Deense regering, werd de wet officieel gemaakt. Overigens is de Faeröerse kerk niet verplicht om het homohuwelijk te sluiten, anders dan in Denemarken.
Brazilië (2013)
Het Hooggerechtshof van Brazilië oordeelde al in 2013 dat een huwelijk voor enkel heterokoppels niet in overeenstemming is met de grondwet. Voor het gerechtshof hadden lhbt'ers recht op een gelijksoortig partnerschap, wat al snel een huwelijk was. Het Federaal District (de hoofdstad Brasilia) en 12 van de 26 hadden het homohuwelijk al tussen 2012 en 2013 ingevoerd. Op 14 mei 2013 werd het homohuwelijk in het hele land legaal, nadat de nationale raad voor justitie had besloten geen enkele ambtenaar het homohuwelijk mocht weigeren.
Frankrijk (2013)
In 2011 maakte Frankrijk een voorstel voor een wet en president François Hollande de nieuwe wet te zullen steunen na de verkiezingen. Zijn partij haalde een meerderheid, waardoor de wet begin 2013 goed werd gekeurd door beide kamers van het parlement. Uiteindelijk keurde de Nationale Vergadering de officiële versie goed. Een paar conservatieve parlementsleden waren echter tegen en vroegen het Grondrechtelijk Hof of de wet wel in overstemming was met de grondwet. Het Hof oordeelde dat alles klopte en op 29 mei 2013 trouwde voor het eerste twee mannen in Frankrijk. De Franse wet geldt in heel Frankrijk en alle overzeese gebieden. Het homohuwelijk werd hierdoor ook in Mayotte, Réunion, Frans-Guyana, Guadeloupe, Martinique, Frans-Polynesië, Saint-Barthélemy, Saint-Pierre en Miquelon, Sint-Maarten, Wallis en Futuna, de Franse Zuidelijke en Antarctische Gebieden en Nieuw-Caledonië legaal.
Uruguay (2013)
De Kamer van Afgevaardigden van Uruguay keurde in december 2012 een wet goed die het homohuwelijk moest invoeren en op 3 april 2013 keurde ook de Senaat de wet goed. De Uruguayaanse president ondertekende de wet en op 5 augustus 2013 werd de wet officieel ingevoerd. Dezelfde dag nog vond het eerste homohuwelijk plaats in de hoofdstad Montevideo.
Nieuw-Zeeland (2013)
In mei 2012 maakte Nieuw-Zeeland een wetsvoorstel voor het homohuwelijk. Na drie debatten in 2012 en 2013 gaf de gouverneur-generaal koninklijke bekrachtiging van het staatshoofd (de Engelse koningin). Hiermee werd de wet officieel. Sinds 19 augustus 2013 bestaat ook het homohuwelijk in Nieuw-Zeeland. Het huwelijk trok veel buitenlandse koppels aan, voornamelijk uit China en Australië waar het huwelijk toen nog niet bestond (sinds 2017 bestaat het huwelijk in Australië). Overigens geld de wet alleen in Nieuw-Zeeland en niet in de Nieuw-Zeelandse gebieden Niue, Tokelau en de Cookeilanden.
Verenigd Koninkrijk (2014-2020)
Het Verenigd Koninkrijk heeft een ingewikkelde indeling. Het land bestaat uit vier constituerende landen, drie kroongebieden en 14 overzeese gebieden. Elk land of gebied gaat zelf over zaken rondom het huwelijk. Desondanks is het homohuwelijk in bijna alle delen van het Verenigd Koninkrijk legaal.
Engeland, Wales en Schotland (2014)
De minister voor Vrouwen en Gelijkheden diende in januari 2013 een wet in die het homohuwelijk legaal moest maken in Wales en Engeland. De wet werd goedgekeurd door het Britse parlement en trad op 29 maart 2014 in werking.
In 2011 hield de regering van Schotland een raadpleging onder de bevolking over het homohuwelijk. Aangezien een aanzienlijk deel voor de invoering was, kondigde de regering in 2012 een wetsvoorstel aan. Op 27 juni 2013 stemde het parlement hierover en sinds 16 december 2014 is de wet in werking.
Noord-Ierland (2020)
In Noord-Ierland is het homohuwelijk nog niet mogelijk. De partij Sinn Fein is heel erg voor de invoering en heeft al meerdere keren wetsvoorstellen gemaakt. De laatste werd in 2015 door de DUP geblokkeerd. De DUP is de grootste partij van Noord-Ierland. Na de verkiezingen van 2017 verloor de DUP zijn meerderheid. Sinn Fein heeft besloten geen regering te vormen zonder dat het homohuwelijk wordt ingevoerd. Inmiddels is hierdoor nog steeds geen regering. De laatste jaren komt door de invoering van het homohuwelijk in de Republiek Ierland steeds meer steun voor het huwelijk. Op 9 juli 2019 stemde het Britse parlement met grote meerderheid in met een wetsvoorstel om het homohuwelijk mogelijk te maken. Het homohuwelijk wordt op zijn vroegst op 21 oktober 2019 legaal in het land. Enkel als Noord-Ierland een regering weet te vormen vóór 21 oktober kan het de wet tegenhouden. Overigens is 75% van de Noord-Ierse bevolking voorstander.
Brits Kroonbezit (2016-2020)
Het Brits Kroonbezit bestaat uit de eilanden Guersney, Jersey en Man. Guersney bestaat uit verschillende eilanden, waarbij de eilanden Sark en Alderney een grote mate van zelfbestuur hebben. Alle vijf de gebieden gaan over het homohuwelijk in eigen gebied.
Man was het eerste eiland dat het homohuwelijk invoerde op 22 juli 2016. Vervolgens volgde Guernsey op 2 mei 2017, maar deze wet gold alleen voor het hoofdeiland. De eilanden Alderney (14 juni 2018) en Sark (23 april 2020) namen hun eigen wetten aan na deze beslissingen. Jersey voerde het homohuwelijk op 1 februari 2018 in en sinds 1 juli dat jaar is het legaal.
Britse overzeese gebieden (2014-)
Na de invoering van het homohuwelijk in Engeland, Wales en Schotland werd het homohuwelijk ook in 2014 legaal ook legaal in de militaire bases Akrotiri en Dhekelia en het Brits Indische Oceaanterritorium. In 2016 werd dit ook zo op het Brits Antarctisch Territorium en Zuid-Georgia en de Zuidelijke Sandwicheilanden. Deze gebieden hebben geen permanente bewoners, dus is dit vooral symbolisch en vastgelegd in de wet van Engeland en Wales.
De volgende Britse overzeese gebieden hebben het homohuwelijk ingevoerd:
- De Pitcairneilanden: Deze eilandengroep voerden het homohuwelijk op 15 mei 2015 in. De eilandengroep telt slechts 54 inwoners, waarvan niemand homoseksueel is. De eilandengroep heeft het desondanks ingevoerd voor eventuele latere bewoners die homoseksueel zijn, voor toeristen die op de eilanden willen trouwen, en om te laten zien dat ze het homohuwelijk steunen.
- Gibraltar Op 15 december 2016 werd het homohuwelijk in Gibraltar legaal, nadat het hele parlement hier voor was.
- De Falklandeilanden: Sinds 13 april 2017 is het homohuwelijk ook op de Falklandeilanden legaal.
- In het gebied Sint-Helena, Ascension en Tristan da Cunha is elk van de drie eilanden zelf bevoegd over het huwelijk. Ascension voerde het homohuwelijk op 1 januari 2017 in, Tristan da Cunha op 4 augustus 2017 en Sint-Helena op 20 december 2017.
Momenteel is het homohuwelijk nog niet legaal op Bermuda, de Kaaimaneilanden, Anguilla, Montserrat en de Britse Maagdeneilanden. Op Bermuda was het homohuwelijk toegestaan tussen 2017 en 2022 na een uitspraak van de rechter. Dit zorgde voor tegenzin in het parlement. Na een lange rechtspraak werd het homohuwelijk in Bermuda weer ongedaan gemaakt.
Luxemburg (2015)
Luxemburg wilde het huwelijk al in 2009 legaliseren, maar de regering viel voordat de wet kon worden uitgevoerd. In 2013 probeerde de nieuwe regering dit opnieuw, maar dit leverde veel discussie op in het parlement. Op 18 juni 2014 keurde het parlement van het land de wet goed. De wet trad op 1 januari 2015 in. De Luxemburgse premier Xavier Bettel maakte dat jaar meteen gebruik van de wet en trouwde op 15 mei dat jaar met zijn vriend. Hiermee is hij de eerste regeringsleider in de Europese Unie in een homohuwelijk.
Verenigde Staten (2015)
In de Verenigde Staten was het homohuwelijk een controversieel onderwerp en is dit nog steeds. Volgens de wet zijn de 50 staten en 6 regio's zelf verantwoordelijk voor het huwelijk. Het huwelijk kwam in het begin van de 21e eeuw onder de aandacht nadat onder andere buurland Canada het legaliseerde en homoseksualiteit in 2003 in de laatste staten legaal werd. De staat Massachusetts voerde het huwelijk als eerste staat in. Overigens waren er al sinds de jaren 70 kleinere discussies en rechtszaken over het huwelijk. Het bekendste was de rechtszaak United States v. Windsor uit 2013. Een wet uit 1996 besloot dat de federale overheid alleen het huwelijk tussen mannen en vrouwen erkend. De rechtszaak zorgde er uiteindelijk voor dat de hoogste rechter van het land besloot dat de wet moest worden afgeschaft op 26 juni 2013. Ook moest het homohuwelijk in de gehele VS erkend worden. Eerder had president Barack Obama al gezegd dat hij het homohuwelijk wilde invoeren.
Op 26 juni 2015 oordeelde de rechter in een nieuwe rechtszaak, Obergefell v. Hodges, dat de overige 13 staten ook het homohuwelijk moesten invoeren volgens de Amerikaanse grondwet. Hiervoor was het homohuwelijk al in 37 staten, federaal district Washington D.C. en de regio Guam mogelijk. Overigens waren er in tussen al veel discussies in de staten zelf op gang gekomen. Alabama, een uiterst conservatieve staat, stemde (tot ieders verbazing) voor het homohuwelijk. Overigens is de wet nooit uitgevoerd, aangezien de uitspraak van de rechter voor de invoering was. Later in 2015 voerden ook Puerto Rico, de Noordelijke Marianen en de Amerikaanse Maagdeneilanden het homohuwelijk in. Amerikaans-Samoa is tot nu toe het enige gebied zonder homohuwelijk.
Ierland (2015)
In Ierland werd een referendum gehouden onder de bevolking over het invoeren of niet invoeren van het homohuwelijk. Ierland was hiermee het eerste land dat het zo regelde. De uitslag van het referendum was bindend; wat de meerderheid wilde wordt dan ook echt uitgevoerd. 62% van de Ierse bevolking was voor het invoeren. Hiervoor moest de grondwet gewijzigd worden. Op 23 mei 2015 werd het homohuwelijk ingevoerd.
Colombia (2016)
In juni 2011 oordeelde het Hoogegerechtshof van Colombia dat het land het huwelijk moest openstellen voor personen van hetzelfde geslacht. Volgens het hof moest de regering dit binnen twee jaar doen. De termijn werd echter overschreden. Hierdoor was het onduidelijk of het homohuwelijk hiermee werd ingevoerd of niet. Dit leverde een situatie op waarin het per plaats verschilde of het homohuwelijk legaal was, terwijl de overheid als enige gaat over het homohuwelijk. In 2016 kwam het hooggerechtshof met een uitspraak die een einde maakte aan het huwelijk. Het hof oordeelde dat het homohuwelijk nu legaal was; sinds 28 april 2016 staat dit zo in de wet.
Finland (2017)
In 2014 zorgde een handtekeningenactie ervoor dat het homohuwelijk in Finland door het parlement besproken moest worden. Meer dan 160.000 Finnen bleken dit te steunen. Zowel het parlement als de president keurde een wetsvoorstel in februari 2015 goed. De wet ging op 1 januari 2017 in. Sindsdien is het homohuwelijk genderneutraal en werd ook adoptie mogelijk.
Malta (2017)
De Maltese premier Joseph Muscat beloofde in 2014 dat als hij herkozen zou worden hij het homohuwelijk als eerste wet zou voorleggen aan het parlement. Muscat maakte deze belofte waar en op 14 april 2014 stemde het gehele parlement, op slechts één lid na, voor de wet. Hoewel de Katholieke Kerk fel protesteerde, werd het homohuwelijk in Malta een feit. De wet trad op 1 september 2017 in werking.
Duitsland (2017)
In Duitsland was het homohuwelijk jarenlang onderdeel van een fel debat. Hoewel de meeste politieke partijen voor waren, waren de coalitiepartijen CDU en CSU tegen. Bondskanselier Angela Merkel van het CDU gaf uiteindelijk aan dat het invoeren van het homohuwelijk een persoonlijke kwestie is en ieder parlementslid dit voor zichzelf moest beslissen. Dit houd in dat de parlementsleden niet de mening van hun partij hoefden op te volgen. De SPD, Die Grünen en Die Linke dienden meteen een wetsvoorstel in voor het invoeren van het homohuwelijk. In de Bondsdag stemde uiteindelijk het grootste gedeelte voor de invoering van de wet; Merkel zelf stemde tegen. Sinds 1 oktober 2017 is het homohuwelijk in Duitsland legaal.
Australië (2017)
Australië was het laatste grote Engelstalige land waar het homohuwelijk nog niet bestond. In augustus 2017 demonstreerden 20.000 mensen in Melbourne voor het huwelijk. Eind 2017 werd een peiling onder de bevolking georganiseerd; bijna 62% was voor het homohuwelijk. Nog voor het einde van 2017 diende premier Malcolm Turnbull een wetsvoorstel in en wist dit door het parlement heen te krijgen. Op 7 december 2017 werd het homohuwelijk in Australië een feit.
Oostenrijk (2019)
In Oostenrijk is geregistreerd partnerschap mogelijk voor personen van hetzelfde geslacht. Een lesbisch koppel stapte naar de rechter nadat Weense ambtenaren weigerden om hen te trouwen. Het Constitutioneel Hof oordeelde dat dit discriminatie was en dat de regering voor 1 januari 2019 de tijd had om het huwelijk open te stellen; anders gebeurt dit automatisch. De huidige Oostenrijkse regering bestaat uit conservatieve partijen en verklaarde dat dit niet eerder zou gebeuren dan die datum. Op 1 januari 2019 werd het uiteindelijk volledig legaal voor koppels van hetzelfde geslacht om te trouwen.
Taiwan (2019)
Op 27 oktober 2013 demonstreerden duizenden mensen voor de invoering van het homohuwelijk. Taiwan is zelf vrij progressief op het gebied van lhbt en de bevolking is vrij accepterend. Het hooggerechtshof oordeelde dat er sprake was van discriminatie in de huidige wetgeving en geeft de regering tot 24 mei 2019 de tijd om met een wet te komen. De discussie is nu of de huidige wet voor het huwelijk genderneutraal gemaakt worden of dat er een aparte wet voor het homohuwelijk komt. Taiwan zou door de invoering het eerst Aziatische land worden waar het homohuwelijk mogelijk is. Overigens kunnen homokoppels al sinds 21 februari 2019 trouwen. Deze huwelijken werden automatisch vanaf 24 mei 2019 erkend. Taiwan is hiermee het eerste Aziatische land dat het homohuwelijk erkend.
Ecuador (2019)
Al in januari 2018 stelde het Inter-Amerikaans Hof voor de Rechten van de Mens dat Ecuador het huwelijk moest openstellen voor paren van hetzelfde geslacht. Dit advies gaf het hof aan alle Latijns-Amerikaanse landen, maar enkel Costa Rica maakte hier werk van. In Ecuador boog het eigen gerechtshof zich over de kwestie. De eerste stemming had geen meerderheid als uitkomst. Op 12 juni 2019 stemde de rechters opnieuw, met 5 rechters voor en 4 rechters tegen. Hiermee werd het huwelijk opengesteld. Het homohuwelijk staat niet direct in de wetgeving (daar gaat het parlement over), maar de uitspraak van het hof moet worden overgenomen in de wet. De uitspraak zorgde ervoor dat het homohuwelijk direct legaal werd.
Costa Rica (2020)
In 2016 vroeg de president van Costa Rica aan het Inter-Amerikaans Hof voor de Rechten van de Mens of het land het homohuwelijk moest invoeren. Op 9 januari 2018 oordeelde het hof dat dat inderdaad moest. Het hooggerechtshof van Costa Rica zelf gaf de regering tot 14 mei 2020 hiervoor de tijd, anders gebeurde het na deze datum vanzelf. In februari 2019 deed een groep conservatieven een poging om het homohuwelijk in de grondwet te verbieden, maar het voorstel behaalde te weinig stemmen. In mei 2020 deed men nog een poging om het homohuwelijk uit te stellen vanwege het coronavirus, maar ook dit werd afgewezen. Uiteindelijk werd het homohuwelijk op 26 mei 2020 ingevoerd. Alleen al in de eerste week werden 82 homohuwelijken gesloten.
Chili (2022)
Hoewel Chili een erg conservatief land is, wilde de president in 2017 het homohuwelijk invoeren. Haar ambtstermijn liep echter af, voordat de wet rond was. De nieuwe president zet er geen druk achter. Nog steeds zijn er in Chili debatten over het homohuwelijk. Het Inter-Amerikaans Hof voor de Rechten van de Mens kwam met de uitspraak dat ieder mens dezelfde rechten moest hebben als heteroseksuelen. Chili steunt deze uitspraak. Inmiddels is 65% van de Chilenen voor de invoering van het homohuwelijk. Aangezien Chili momenteel een nieuwe grondwet aan het schrijven is, is er in 2021 besloten dat het homohuwelijk meteen in de nieuwe grondwet wordt meegenomen. Later dat jaar werd besloten om het homohuwelijk sneller in te voeren. Sinds 10 maart 2022 is er een homohuwelijk in Chili.
Zwitserland (2022)
Zwitserland is tevens een conservatief land, maar inmiddels is in drie buurlanden het homohuwelijk ingevoerd. Zwitserland is hiermee het laatste grote Duitstalige land, waar geen homohuwelijk is. In 2015 stelde de Christendemocratische Volkspartij om het homohuwelijk grondwettelijk te verbieden, waarop de Grünliberale Partei als reactie hierop kwam met een initiatief voor het openstellen van het huwelijk. Het wetsvoorstel voor het verbieden werd per referendum afgekeurd, tevens als een apart referendum in het kanton Zürich. Het initiatief voor de openstelling is inmiddels door het parlement heen en moet leiden tot een wet. In 2017 is besloten om de wet uit te stellen; in 2019 wordt er uitspraak over gedaan. Sinds het begin van 2019 worden de eerste voorzichtige stappen gedaan richting het homohuwelijk. In Zwitserland is het gebruikelijk om eerst eventuele obstakels op te lossen en hiermee is begonnen. Eind 2019 stemde het Zwitserse parlement voor het homohuwelijk. Tegenstanders hebben volgens het Zwitserse stemsysteem echter het recht om handtekeningen op te halen voor een referendum over het homohuwelijk. Dit gebeurde dan ook ook op 26 september 2021. Hierin gaf 64% van de Zwitsers aan voorstander van het homohuwelijk te zijn. Sinds 1 juli 2021 is het homohuwelijk toegestaan in Zwitserland.
Slovenië (2022)
In Slovenië was er een plan om het homohuwelijk in 2015 in te voeren. Hoewel er steun was in het parlement, wilden de conservatieve partijen een referendum uitroepen. Het referendum ging over de vraag over het homohuwelijk ingevoerd moest worden. Een kleine meerderheid van de Slovenen (55%) was tegenstander hiervan. Op 8 juli 2022 oordeelde het Sloveense Hooggerechtshof dat Slovenië het homohuwelijk moest toestaan, aangezien het verbod tegen de grondwet was. De Sloveense regering besloot het homohuwelijk daarom op 17 juli in te voeren. In 2022 was 55% van de Slovenen voorstander van het homohuwelijk. Slovenië is het eerste voormalige communistische land waar het homohuwelijk werd ingevoerd.
Cuba (2022)
Op Cuba was het homohuwelijk oorspronkelijk verboden volgens de grondwet. In 2019 kreeg het land een nieuwe grondwet. Er waren toen plannen om het homohuwelijk in te voeren en het verbod te schrappen. Deze grondwetwijziging werd in 2021 goedgekeurd. Er werd toen besloten dat er een referendum zou komen over het homohuwelijk. Op 25 september 2022 werd dit referendum gehouden en 67% van de bevolking stemde voor. Cuba is hiermee het eerste communistische land ter wereld waar het homohuwelijk werd ingevoerd.
Andorra (2023)
De regering van Andorra had in 2020 plannen om het homohuwelijk in te voeren. Op 21 juli 2022 keurde het parlement deze plannen goed. Om de wet te laten gelden moesten een van de twee co-prinsen van Andorra de wet ondertekenen. Andorra heeft twee staatshoofden (de Spaanse bisschop van Urgell en de Franse president). Uiteindelijk werd de wet op 17 augustus 2022 getekend door de Franse president Emmanuel Macron. De wet trad op 17 februari 2023 in werking. Vanaf die dag was het homohuwelijk ook daadwerkelijk toegestaan.
Nepal (2023)
Sinds 2008 waren er gesprekken in Nepal om het homohuwelijk in te voeren. Het hooggerechtshof gaf bevel aan de regering om hier een wet voor te maken. Tussen 2009 en 2011 ontwierp de regering een wet, maar de gesprekken gingen moeizaam. Nepal was in deze periode bezig met een nieuwe grondwet. Er waren plannen om het homohuwelijk in deze grondwet op te nemen. Ook zouden er bepalingen komen om lhbt-rechten in de grondwet te verankeren. Dit laatste kwam er wel in 2015, maar uiteindelijk werd het homohuwelijk geen onderdeel van de grondwet.
Op 28 juni 2023 bepaalde het hooggerechtshof dat het homohuwelijk per direct toegestaan is. Hoewel er nog geen officiële wet is voor het homohuwelijk, is het homohuwelijk in feite wel legaal in Nepal.
Estland (2024)
Estland erkende in 2017 homohuwelijken die in andere landen gesloten werden. Deze wet ontstond nadat twee getrouwde Zweedse mannen in 2016 naar Estland verhuisden. Zij konden zich niet als koppel registreren en spanden een rechtszaak aan. Het Estische Hooggerechtshof zei dat de twee mannen gelijk hadden. Hierna ontstond een discussie om het homohuwelijk ook in Estland toe te staan. Dit was deels als reactie op Rusland, waar veel anti-lhbt-wetten worden ingevoerd. Toch waren niet alle Esten het eens met de invoering. Zo wilden zij een referendum houden om het homohuwelijk in de grondwet te verbieden in 2019. In 2021 gaf premier Kaja Kallas aan voorstander van het homohuwelijk te zijn. Na het herverkiezing in 2023 maakte zij bekend dat haar regering het homohuwelijk zou invoeren. Op 20 juni 2023 werd de wet aangenomen. Deze zal op 1 januari 2024 ingaan. Iets minder dan 50% van de Esten was voorstander van het homohuwelijk in maart 2023.
Griekenland (2024)
Koppels van hetzelfde geslacht kunnen sinds 2015 geregistreerd partnerschap aanvragen. Hierna ontstond steeds meer steun voor de invoering van het homohuwelijk in Griekenland. De regering van premier Alexis Tsipras (SYRIZA) beloofde dat hij het homohuwelijk zou invoeren als zijn partij de verkiezingen van 2019 zou winnen. SYRIZA verloor echter de verkiezingen. In 2023 deed hij een nieuwe poging, maar zijn partij verloor opnieuw.
Op juli 2023 maakte premier Kyriakos Mitsotakis (Nea Dimokratia) bekend dat hij plande om het homohuwelijk in te voeren. Volgens een peiling uit december 2023 was 52% van de Grieken voorstander van het homohuwelijk. Een andere peiling uit januari 2024 gaf aan dat 62% van de Grieken voorstander was. Naast het centrumrechtse Nea Dimokratia en het linkse SYRIZA werd de wet ook gesteund door drie centrumlinkse partijen (PASOK, Plefsi Eleftherias en NEA). Desondanks stemden sommige parlementsleden uit deze partijen tegen de wet. De Communistische Partij van Griekenland en rechts-nationalistische partijen (zoals Spartanen en Griekse Oplossing) waren tegenstander. De Grieks-Orthodoxe Kerk voerde ook campagne tegen de wet. Desondanks werd de wet op 15 februari 2024 aangenomen. 176 van de 300 parlementsleden stemden voor. Hierdoor werd het homohuwelijk direct legaal in het land.
Griekenland werd hierdoor het eerste Orthodox-christelijke land waar het homohuwelijk legaal was.