Stokstaartje
Stokstaartje of meerkat Suricata suricatta | |||
---|---|---|---|
Niet bedreigd | |||
Leefgebied | zuidelijk Afrika | ||
Leefomgeving | woestijnachtig | ||
Behoort tot de | mangoestachtigen, Zoogdieren, Roofdieren | ||
|
Het stokstaartje (Suricata suricatta) is een zoogdier en een roofdier dat tot de mangoestachtigen behoort. Andere namen voor het stokstaartje zijn aardmannetje, meerkat en wachter van de woestijn. Hij komt vooral voor in het zudelijke deel in Afrika.
Een stokstaartje eet veel verschillende dingenzoals insecten, spinnen, schorpioenen en nog veel meer andere dingen. Hij wordt ongeveer 10 jaar oud. Zijn lijf is 25 tot 35 cm zin staart bijna even lang:18 tot 25 cm. Hij wordt een halve kilo tot 1 kilo.
Naam
Hij wordt ook wel aardmannetje genoemd. Het bewoont alle delen van de Kalahari in zuidelijk Afrika (Angola, Botswana, Namibië en Zuid-Afrika). In het Afrikaans (en het Engels) worden stokstaartjes meerkat genoemd. Daardoor wordt de naam 'meerkat' soms foutief in het Nederlands overgenomen uit films zoals bijvoorbeeld de Disneyfilm De Leeuwenkoning. In het Nederlands is meerkat echter een naam voor een groep apen (Cercopithecus). Het stokstaartje eet voornamelijk insecten, spinnen, schorpioenen en slakken. Van alle mangoesten zijn de stokstaartjes de meest sociale. Het stokstaartje wordt niet bedreigd. In sommige Afrikaanse huizen kun je stokstaartjes aantreffen.
Leefomgeving
Stokstaartjes leven in zuidelijk Afrika, vooral op de droge open vlakten. Ze leven in groepen van maximaal 30 dieren. De holen van grondeekhoorns lijken de geschikte plaats om te verblijven. De gangen bouwen ze uit tot ze een oppervlakte van 15 km omvatten. In deze gangen zijn speciale kamers aangelegd: slaapkamers, kraamkamers en zelfs toiletten. Deze laatste worden "schoongemaakt" door de mestkevers waarmee ze "samenleven". Elke dag rollen de mestkevers de uitwerpselen van de stokstaartjes naar buiten en leggen er hun eitjes in. Als deze eitjes uitkomen, hebben de stokstaartjes weer een nieuwe "schoonmaakploeg". De mestkevers kunnen ongestoord hun gang gaan, want de stokstaartjes zullen ze nooit eten (ze zijn namelijk erg giftig voor ze). Stokstaartjes delen de woestijn met hagedissen, schorpioenen en grondeekhoorns. Ze zijn zich bewust van het gevaar van roofvogels dat hen boven het hoofd hangt. Ze leven in een soort van hirarchie; sommige dieren staan op de uitkijk, andere gaan op jacht, nog andere zijn dan babysitters, die de kleintjes in het oog houden als hun ouders er niet zijn. 's Nachts trekken ze zich terug in hun holletje, want de gevaren die buiten op de loer liggen zijn groot.
Gedrag
Stokstaartjes hebben elk afzonderlijke taken. Een wachter staat op de achterpoten en steunt op zijn staart. Er zijn verschillende alarmsignalen: een fluitend geluid, dat 'opgepast' betekent, en een blaffend geluid, waarna de waarschuwer en de rest van de groep rennen voor hun leven. Een wachter beschikt over een goed gezichtsvermogen en kan al op grote afstand een ongevaarlijke gier onderscheiden van hun grootste vijand, de arend. Bij gevaar gaan alle stokstaartjes fanatiek graven; dit doen ze om een stofwolk te creren die het roofdier op de vlucht jaagt. Als het echter blijft, voeren ze schijn- en echte aanvallen uit, waarbij ze dan spugen en bijten. Als ze aan de verliezende hand zijn en op de rug liggen, tonen ze hun tanden en halen agressief uit met hun klauwen.
Voortplanting
Het alfavrouwtje is meestal het enige dat paart. Het vrouwtje stoot het mannetje steeds weg. Het mannetje ziet zich verplicht het vrouwtje letterlijk in de nek te bijten. Daarna volgt de paring. Het gewicht neemt met 40% toe. Het vrouwtje weegt dan iets meer dan een kilo. Elf weken later komen 2 tot 5 blinde en kale jongen ter wereld, die worden gezoogd tot ze ongeveer 3 maanden oud zijn (soms door de babysitters terwijl de moeder op jacht gaat). Drie weken na de geboorte zijn de jongen groot genoeg om hun eerste passen in de wijde wereld te zetten. Een stokstaartje is na twee maanden een miniatuurtje van de ouders.
Voeding
Stokstaartjes eten voornamelijk slakken, spinnen en insecten, maar als ze de kans krijgen zouden ze ook knaagdieren of op de grond nestelende vogels en hun eieren eten. Ook hagedissen en kleine dieren behoren tot hun menu. Zelfs giftige dieren, zoals schorpioenen en gifslangen, zijn voor het stokstaartje een echte lekkernij. Het stokstaartje heeft omnivore trekjes: zelfs plantaardige materiaal, zoals knollen en wortelen, staat op zijn menu. Stokstaartjes zijn echter gierig wat betreft het voedsel. Als er een der diertjes een voedselbron gevonden heeft, zal het de prooi meestal alleen (een stuk verderop van de andere stokstaartjes) verorberen. Komen de andere toch dichterbij, dan gaat het er grommend met de prooi vandoor. Alleen de zwakke en jonge dieren mogen mee-eten. Bij de grotere prooien, die ze met meerdere tegelijk doden, ontstaat er ruzie over wie wat
krijgt. Drinken doen ze nauwelijks: al het vocht dat ze nodig hebben halen ze uit hun voedsel.
Uiterlijke kenmerken
Stokstaartjes kunnen naar kleur variëren van lichtbruin tot grijs of zilvergrijs. Ze hebben donkere strepen. De kop is vuilwit en hun ogen lijken, door de donkere omranding eromheen, veel groter dan ze in werkelijkheid zijn. Deze donkere omranding doet dienst als een soort "zonnebril". Hun gehoor is even goed als dat van een mens. Ze zijn 25–35 cm groot met een staart van 18–25 cm. Ze wegen tussen de 500 gram en 1 kilogram en worden ongeveer 10 jaar oud. Uiterlijke verschillen tussen vrouwtjes en mannetjes zijn er niet.
Vijanden
De belangrijkste natuurlijke vijanden van de stokstaartjes zijn de arend en de jakhals. Ook worden ze wel eens gedood door slangen (zoals adders en cobra's) als die daar op jagen, maar de slang eet de stokstaart daarna normaal gesproken niet op. De arend wil graag de baby´s opeten en wil via de lucht naar beneden gaan voor een ei of een klein stokstaartje. De jakhals wil de grote stokstaartjes opeten. Maar de stokstaartjes schoppen in het zand waar door er een rookwolk ontstaat, dan gaat de vijand weg of blijft wachten. De jakhals wil vooral het stokstaartje snel pakken dat ze het niet door hebben. De slangen komen soms in gevecht met de stokstaartjes en doden niet vaak een stokstaartje maar soms.