Slag bij Hunterstown
| Slag bij Hunterstown | |
| Datum | 2 juli 1863 |
| Locatie | Hunterstown, Pennsylvania |
| Resultaat | Onbeslist |
| Strijdende partijen | |
 Verenigde Staten
|
.svg){kind=small} Confederatie
|
| Leiders | |
| George A. Custer | Wade Hampton III |
| Troepensterkte | |
| Twee cavalerieregimenten, 1 batterij | brigades |
| Verliezen | |
| ? | ? |
Portaal  Amerikaanse Burgeroorlog
| |
De Slag bij Hunterstown was een veldslag als onderdeel van de slag bij Gettysburg. Hier stonden op 2 juli om 4 uur in de namiddag George A. Custers regimenten uit Michigan tegenover het befaamde Cobb's Georgia Legion met de steun van Philips Georgia Legion, de 2nd South Carolina Cavalry en de 1st North Carolina Cavalry onder bevel van Wade Hampton III, die J.E.B. Stuart verving. Aan het hoofd stond Robert E. Lee.
Voor de slag
Voorbereidingen
De linies werden opgericht op één mijl (1,6 km) van elkaar met Custers troepen samen met een handvol artillerie op de Felty-Tate Ridge en de zuidelijken bij de Brinkerhoff's Ridge ten zuiden. In het dal daartussen zou een wreed lijf-aan-lijf gevecht ontstaan aan de boerderijen van de zekere "J.G. Gilbert" en "J. Felty" die tot die dag intact bleven. Het begon met Custers bevel om de 6th en de 7th Michigan Cavalry om af te stijgen en te voet naar de beide zijden van Hunterstown te gaan en zich daar op te stellen. Verborgen door de rijpe gouden tarwe waadden de noordelijken naar Felty's Farm, waar de zuidelijke scherpschutters een uitstekende dekking vonden om te schieten op de schuur ten westen van de weg. Felty's schuur was zelfs groot genoeg om er de batterij M van Penningtons 2nd U.S. Artillery 250 yards (230 m) naar het noorden te verbergen. Om de voorbereiding helemaal compleet te maken namen ook de mannen van de 7de Michigan positie in een graanveld en konden zo een spervuur 
vormen.
Het plan
Custer had de perfecte val gemaakt, maar om de zuidelijke cavaleristen erin te lokken was een nieuw probleem. Om dit te bereiken zou hij zelf 60 man van de 6de Michigan (compagnie A) leidden naar de zuidelijke positie. Omdat er aan de Hunterstown Road aan elke kant een wachtpost en hekken waren was het onmogelijk om met meer dan één compagnie in galop te gaan. Custer zou zo gedurfd dicht gaan dat de zuidelijken zijn compagnie zouden zien en dan opzettelijk noordwaarts terugtrekken zodat ze hem achtervolgden, tot bij de val ten oosten en westen van de Hunterstown Road en Feltys schuur.
De slag
Het plan werd uitgevoerd maar Custer liet bijna het leven bij de schuur waar de zuidelijken verzet boden. Als Norville Churchill hem niet samen met zijn paard tijdig uit de gevarenzone had gebracht, zouden waarschijnlijk de Amerikaans-Indiaanse oorlogen een ander resultaat gehad hebben. Ondertussen duurde de achtervolging van het Copp's Legion nog altijd. Ze reden over de Hunterstown Road die nog een kwartmijl (400 meter) verder liep. De Georgiërs waren zo hard in de achtervolging dat ze als een hongerige muis in de val liepen. De Unionistische soldaten openden hun spervuur. De zuidelijken, die hun paarden niet tijdig konden stoppen, reden in sneltempo voorbij de schuur en Pennington's artillerie opende van dichtbij het vuur en doodde 5 zuidelijke officieren. Met beide partijen samengeteld raakten 11 officieren gewond. Hoewel de statistieken variëren wordt er geschat op zo'n 80 tot 100 verliezen.
Nasleep
De zuidelijke overlevenden trokken zich terug naar de Gilbert-boerderij en zo naar Brinkerhoff's Ridge. De langeafstandsartillerie van beide partijen schoten nog de rest van de avond op elkaar. Om bijna 11 uur 's avonds gaf Judson Kilpatrick Custer het bevel om zich bij hem te voegen en gaf hem nieuwe orders voor Baltimore Pike.