Piccolo
Het Piccolo, Italiaanse uitspraak: pikkolo, wat "kleine" betekent. Het is een half grootte dwarsfluit, en houtblazer. De moderne piccolo heeft de meeste van dezelfde vingerzettingen als zijn grotere broer of zus, de standaard dwarsfluit, maar het geluid dat het maakt is een octaaf (een hele toonladder) hoger dan dat er geschreven staat. Dit heeft geleid tot de naam ottavino (Italiaans voor "klein octaaf"), waarmee het instrument wordt genoemd in de muziekstukken van Italiaanse componisten. Het wordt ook wel flauto piccolo of flautino genoemd.
De Franse piccolo uit het begin van de 19e eeuw wordt gestemd in de toonsoort D ♭ (Des). Stukken voor Piccolo's worden vaak geschreven om de violen of fluiten te verdubbelen (met hun partijen mee te spelen), waardoor het algehele geluid sprankelt en schittert vanwege de eerder genoemde hoge geluid. Ook bij fanfares en harmonieorkesten heeft de piccolo vaak een dergelijke verdubbelende rol. Toch zijn er ook solostukken voor de piccolo. Behalve gebruik bij orkesten werd het instrument ook gebruikt bij het kamerorkest, hoewel het instrument daar wat schel voor is.
Bouw
Van oorsprong had de piccolo geen kleppen of toetsen zoals die dat nu heeft, maar gaten zoals bij een blokfluit. Rond 1735 werden piccolo's al gebruikt bij Franse orkesten. Piccolo's worden nu voornamelijk vervaardigd in de toonsoort C. In het begin van de 20e eeuw werden piccolo's nog vervaardigd in D ♭ (Des) omdat ze een eerder model waren van de moderne piccolo. Het was voor deze D ♭ (Des) piccolo dat John Philip Sousa de beroemde solo schreef in de laatste herhaling van het slotgedeelte van zijn Amerikaanse mars "The Stars and Stripes Forever".
Hoewel ze ooit van hout, glas of zelfs ivoor waren gemaakt, zijn piccolo's tegenwoordig gemaakt van plastic, hars, messing, nikkelzilver, zilver en een verscheidenheid aan hardhout, meestal grenadille. De meeste piccolo's hebben een conisch boring van het lichaam (van smal naar breed) en een cilindrisch geboorde kop (overal even breed), die lijkt op de barokfluit.
Spelen
Het is de bedoeling dat je tegen het randje van het gaatje in de lipplaat aan blaast. Doordat er dan lucht in en overheen komt (de luchtstroom splitst zich), ontstaat er een trilling. Deze trilling wordt doorgegeven aan de luchtkolom in de buis. Hoe langer de af te leggen weg van de lucht, hoe lager de toon. Dit wordt dus geregeld door de toetsen.