Overleg:Kikker

Uit Wikikids
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Wie voegt onderstaande tekst samen met de tekst op de voorkant?

200px|thumb|Een kikker. Lichaamsbouw : Kikkers hebben vier poten en een dunne gladde vochtige huid zonder haren of schubben. Ze hebben geen ribben en de wervelkolom is kort. Hun geraamte heeft minder botten dan andere dieren. Hun kop is breed en er zijn grote oogkassen. Het merendeel van de kikkers heeft aan de zijkant van de kop twee kwaakblazen. Ze kwaken o.a. bij de voortplanting.

Hoe ademen ze : Als kikkers volwassen zijn ademen ze door hun longen en huid. De jonge kikkers (kikkervisjes) hebben geen longen maar kieuwen.

Voeding : Ze eten insecten, larven, wormen, pieren, slakken, kevers, spinnen, vliegen, wespen ... Wanneer ze een lekker hapje zien kunnen ze er secondenlang naar staren om te zien hoe ver het insect van hen vandaan zit, dan opent hij zijn bek en zijn kleverige roze tong schiet naar buiten. Zijn tong zit van voren vast en dus niet van achteren. Hierdoor kan hij deze helemaal uitrollen. Dus als zijn tong naar buiten schiet, rolt het topje zich helemaal uit en plakt vast aan het insect. De kikker trekt zijn tong terug met het insect eraan vastgeplakt weer naar binnen en weg is het insect. De aanval van de kikker duurt nog niet eens één seconde. Hij slikt zijn prooi in een keer door. Als hij slikt knijpt hij zijn oogjes dicht. Zo duwt hij zijn voedsel omlaag zijn maag in. Kikkervisjes eten planten zoals algen. Als je kikkervisjes in je vijver hebt kan je ze voeren met kapotte slakken, visvoer, stukjes worm maar niet in te grote porties geven want anders verrot je water. Een kikker eet zoveel als er te eten is omdat hij nooit weet of er later ook nog voedsel is. Kikkers grijpen vooral diertjes die op de grond rondscharrelen of voorbijvliegende insecten. Ze eten alles wat beweegt en alles wat niet te groot is om in te slikken.

Gedrag : Kikkers zijn koudbloedigen wat wil zeggen dat hun lichaamstemperatuur afhangt van de temperatuur in de omgeving. Heel weinig soorten kunnen een temperatuur onder 4° C of boven 40° C verdragen . Daarbij komt nog kijken dat de dunne, klamme huid van de kikker weinig bescherming biedt tegen vochtverlies. Daarom moeten ze uitkijken niet uit te drogen op het land. De meeste kikkers zijn actief tijdens de nacht omdat de temperatuur koeler is en de vochtigheid hoger dan overdag. Kikkers drinken niet maar vervangen het verloren vocht door het via de huid op te nemen wanneer ze zich in het water bevinden. Op het land verplaatsen kikkers zich al springend zonder enig spoor na te laten hetgeen hen beschermt tegen eventuele vijanden zoals reigers, slangen, schildpadden. Heel grote kikkers kunnen zelfs een muis of kleine slangen verorberen.

Voortplanting : In de lente (april-mei en de groene kikker een maand later) ontmoeten mannetjes en vrouwtjes elkaar op vaste plaatsen. Het is meestal het mannetje dat het eerst uit de winterslaap ontwaakt. Hij gaat op zoek naar een plas en begint te kwaken om de vrouwtjes naar de plas te lokken voor de paring. Het mannetje klimt op de rug van het vrouwtje, pakt haar met zijn voorpootjes stevig vast onder haar oksels en laat haar voorlopig niet meer los en zwemt een tijdje met haar mee. Hij duwt met zijn voorpoten de eitjes naar buiten. Deze eitjes noemt men kikkerdril omdat elk eitje in een doorzichtig gelei-omhulsel verpakt is. Deze eitjes zijn zo ingepakt om ze te beschermen tegen eventuele beschadiging. Tegelijkertijd werkt dit dril ook als een soort lens waardoor de zonnewarmte op het groeiend eitje geconcentreerd wordt. Dit is heel belangrijk want het vrouwtje zorgt verder niet meer voor haar eitjes. Ook het mannetje verdwijnt meteen na de paring. Het mannetje stort zijn zaadcellen over de eitjes zodat deze bevrucht kunnen worden. Het kikkerdril is glibberig en de eitjes hebben geen schaal. Meestal zijn er 2000 tot 3000 eitjes !! Als het water warm is komen de eitjes sneller uit, maar gemiddeld duurt het toch een drietal weken. Als een kikkervisje na ongeveer 3 weken uit het eitje komt, is het natuurlijk nog heel klein larve). Het heeft enkel een zuignapje waarmee het zich vastzuigt aan een waterplant of aan het dril waar hij uitgekomen is. Een paar dagen later wordt het meer een visje en krijgt het een mondje en oogjes en het staartje is dan ook sterk genoeg om te zwemmen. Het visje eet alleen algen die hij met zijn scherpe tandjes van de waterplanten schrapt. Langzaam verandert de vorm van het kikkervisje of dikkopje. Het krijgt eerst achterpoten en dan voorpoten. Als laatste (na twee maanden) krijgt het een kortere darm en vervangen longetjes zijn kieuwen. Het staartje verdwijnt en nu wordt het een vleesetertje. Het kikkertje moet nu steeds naar het wateroppervlak om adem te halen omdat hij geen kieuwen meer heeft om onder water te ademen. Na ongeveer drie maanden is het een echte kikker geworden

Afkomstig van Wikikids , de interactieve Nederlandstalige Internet-encyclopedie voor en door kinderen. "https://wikikids.nl/index.php?title=Overleg:Kikker&oldid=216341"