Lijst van politieke ideologieën

Uit Wikikids
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Hieronder vind je een lijst van politieke ideologieën en de betekenis ervan.

  • Anarchisme = een ideologie die streeft naar een situatie of samenleving waarin mensen zonder een hogere macht of autoriteit leven.
  • Autoritarisme = een ideologie die ernaar streeft dat alle macht in handen van een kleine groep komt te liggen, waarbij geen scheiding is van de wetgevende, uitvoerende en rechterlijke machten en burgers de beslissingen van de machthebbers moeten aanvaarden.
  • Christendemocratie = een ideologie die het christelijk geloof als inspiratiebron heeft en zich in haar keuzes wil baseren op de Bijbel en de christelijke traditie.
  • Communisme = een ideologie die ernaar streeft dat fabrieken, winkels, bedrijven, landbouwgrond, e.d. in handen komen van de staat, waarbij het vervolgens de bedoeling is dat goederen en inkomens naar behoefte onder de bevolking worden verdeeld.
  • Confessionalisme = een ideologie die stelt dat godsdienstige ideeën via de politiek moeten worden uitgevoerd.
  • Conservatisme = een ideologie die wil behouden wat er nu is op de manier zoals het nu is en die verandering zoveel mogelijk wil vermijden.
  • Cultuurmarxisme = een ideologie die uit is op het taboeïseren van benamingen en opvattingen (omdat deze als kwetsend, beledigend of discriminerend kunnen worden beschouwd) en het gebruiken van eufemismen als oplossing van maatschappelijke problemen en onderwerpen die politiek gevoelig liggen.
  • Corporatisme = een ideologie die de samenleving aan de hand van "burgerraden" wil organiseren. Deze burgerraden vertegenwoordigen bepaalde groepen in de samenleving. Via compromissen en overleg worden problemen opgelost en beslissingen genomen. Zij zijn niet altijd democratisch gekozen.
  • Ecologisme = een ideologie die de mens als onderdeel van een groter ecosysteem ziet en de ecologie voorop stelt.
  • Europeanisme = een ideologie die gelooft dat Europeanen een gemeenschappelijke identiteit (culturele, politieke en ideologische verwantschappen) hebben of die aan het ontwikkelen zijn.
  • Euroscepticisme = een ideologie die een kritische houding heeft ten opzichte van de ontwikkelingen van de Europese Unie en het eenwordingsproces van Europese landen.
  • Fascisme = een ideologie die streeft naar een autoritair bestuurde samenleving, waarin één partij en/of één leider alle macht heeft.
  • Federalisme = een ideologie die streeft naar een vorm van federatie: een samenwerkingsverband van staten die elk hun eigen zelfstandigheid houden.
  • Feminisme = een ideologie die ernaar streeft dat vrouwen dezelfde rechten en mogelijkheden als mannen hebben.
  • Fortuynisme = een ideologie die zich richt tegen de gevestigde politieke orde, voorstander is van een streng immigratiebeleid en tegen islamisering is, gebaseerd op het gedachtegoed van Pim Fortuyn.
  • Groene politiek = een ideologie die gericht is op een ecologisch duurzame samenleving, vaak gekoppeld aan idealen als sociale rechtvaardigheid en basisdemocratie.
  • Imperialisme = een ideologie die uitbreiding van de macht wil door nieuwe gebieden te veroveren en door andere volkeren te overheersen.
  • Internationalisme = een ideologie die streeft naar het vormen van een samenwerking van naties in één unie en vindt dat politieke activiteiten gericht dienen te zijn op de universele menselijke toestand en niet op de belangen van een bepaald land.
  • Islamisme = een ideologie die de vorming van een islamitische staat nastreeft en de scheiding van godsdienst en staat niet accepteert, waarbij men zich laat leiden door de islamitische wetgeving.
  • Kapitalisme = een ideologie die ernaar streeft dat fabrieken, winkels, bedrijven, landbouwgrond, e.d. volledig in bezit zijn van particulieren (die streven naar een zo groot mogelijke winst).
  • Klimaatscepticisme = een ideologie die een kritische houding heeft ten opzichte van de oorzaken en gevolgen van klimaatverandering en de opwarming van de Aarde.
  • Liberalisme = een ideologie die streeft naar een zo groot mogelijke vrijheid van ieder mens en zo min mogelijk bemoeienis van de overheid.
  • Libertarisme = een ideologie die beweert dat iedereen zoveel mogelijk vrijheid zou moeten hebben om te doen en te laten wat hij wil, zolang hij niemands persoon of eigendom aantast of de vrijheid van anderen beperkt, behalve als verdediging tegen iemand die deze regel overtreedt.
  • Monarchisme = een ideologie die ijvert voor een regeringsvorm met een erfelijk staatshoofd: een monarchie.
  • Multiculturalisme = een ideologie die gelijkheid veronderstelt van verschillende culturele, etnische, raciale en godsdienstige gemeenschappen binnen de grotere gemeenschap.
  • Nationalisme = een ideologie die het eigen land als uitgangspunt stelt en streeft naar meer macht voor het eigen land, waarbij de identiteit van het eigen land wordt bevordert en benadrukt.
  • Pacifisme = een ideologie die duurzame vrede nastreeft en tegen oorlog en geweld is.
  • Populisme = een ideologie die het volk centraal stelt en de kant van het volk kiest boven de elite.
  • Progressivisme = een ideologie die gebaseerd is op vooruitgang en sterk gericht is op vernieuwing.
  • Racisme = een ideologie die de overtuiging heeft dat rassen gerangschikt kunnen worden als superieur en inferieur ten opzichte van elkaar.
  • Regionalisme = een ideologie die streeft naar politieke en culturele autonomie op regionaal niveau, zonder dat men een totaal separatisme nastreeft.
  • Republicanisme = een ideologie die vindt dat de staatsvorm van een natie een republiek moet zijn: een staat waarvan het staatshoofd niet door erfopvolging wordt aangewezen (zoals in een monarchie), maar op een of andere manier wordt verkozen.
  • Separatisme = een ideologie die streeft naar een (formele) terugtrekking uit een bestaande organisatie of staat, en het oprichten van een eigen organisatie of staat.
  • Sociaaldemocratie = een ideologie die streeft naar gelijke kansen voor iedereen, een gelijkmatige verdeling van bezit en een sterkere positie van zwakkeren in de samenleving, waarbij de overheid veel invloed heeft.
  • Socialisme = een ideologie die gebaseerd is op gelijkheid, sociale rechtvaardigheid en solidariteit, met een eerlijke verdeling van macht en goederen waarin iedere burger een gelijk inkomen heeft en de staat een sterke rol heeft.
  • Soevereinisme = een ideologie die zich beroept op de zelfstandigheid en onafhankelijkheid van een natie binnen een groter kader, dat neigt naar supranationalisme (een wijze van samenwerking en besluitvorming in politieke gemeenschappen bestaande uit verschillende staten).
  • Syndicalisme = een ideologie die de samenleving en economie wil organiseren aan de hand van vakbonden. De vakbonden worden verantwoordelijk voor het maken en verdelen van goederen. Het doel is om de economie in handen van de gemeenschap te brengen (socialisatie).
  • Totalitarisme = een ideologie die de hoogste waarde toekent aan de staat, waarbij de gehele maatschappij ondergeschikt wordt gemaakt aan het staatsidee, waarbij de burgers volledig door de straat worden beheerst en gecontroleerd en alles in handen is van de overheid.
Afkomstig van Wikikids , de interactieve Nederlandstalige Internet-encyclopedie voor en door kinderen. "https://wikikids.nl/index.php?title=Lijst_van_politieke_ideologieën&oldid=891052"