Indo-Europese talen
De Indo-Europese talen zijn een taalfamilie van ongeveer 400 verwante talen. Ze heten zo omdat ze het eerst werden gesproken in veel delen van Europa en in India. Maar tegenwoordig worden ze in bijna alle delen van de wereld gesproken. Dat komt vooral door de kolonisatie door Europese landen van andere werelddelen. Van alle taalfamilies worden de Indo-Europese talen veruit het meest gesproken en ze zijn tot nu toe ook het meest bestudeerd.
De meeste taalgeleerden denken dat er tot ca. 4000 voor Christus in of rondom Anatolië één oertaal werd gesproken, het Proto-Indo-Europees. Daaruit zouden dan geleidelijk aan steeds nieuwe talen zijn ontstaan, dat werden de Indo-Europese talen.
Subfamilies
De volgende subfamilies of op zichzelf staande talen zijn Indo-Europees:
- Indo-Iraanse talen
- Anatolische talen (uitgestorven)
- Italische talen (uitgestorven)
- Keltische talen
- Germaanse talen
- Baltische talen
- Slavische talen
- Grieks
- Armeens
- Tochaars (uitgestorven)
- Albanees
Nederlands is ook een Indo-Europese taal, maar het heeft zich niet rechtstreeks uit het Proto-Indo-Europees ontwikkeld. Het is een van de Germaanse talen, zie hierboven.