Circus Maximus
Het Circus Maximus was een stadion in het Oude Rome waar vele paardenraces werden gehouden.
De bouw
Het stadion was 600 meter lang en 200 meter breed. Er konden 250.000 toeschouwers in en het was ovaal van vorm. Het midden van het stadion had een spina. Op de spina stonden gebouwtjes, tempels en obelisken. Ook stonden er zeven eieren om aan te geven met welke ronde men bezig was. Aan de westkant van het stadion zaten de stallen. Deze waren van staal. Hierin wachten de wagens tot het startsein. De bouw was gestart in de 6e eeuw v.Chr.
De paardenraces
De wedstrijd werd plechtig geopend. Er werden beelden van goden en godinnen door priesters naar het Circus Maximus gebracht. De wedstrijden begonnen zodra ze aangekomen waren. Een wedstrijd bestond uit zeven rondes. Bij de start stonden alle paardenwagens op één lijn. Zodra de wedstrijdleider een witte doek liet vallen begon de wedstrijd. Het spannendste moment van alle wedstrijden was het keerpunt, waar de wagens door de bocht moesten rijden. Dit gebeurde soms op één wiel. Er ontstonden daardoor vele botsingen. Zo zijn heel wat wagenmenners gestorven op jonge leeftijd.
De Wagenmenners
De wagenmenners waren georganiseerd in vier teams. Elk team had een andere kleur. Zo had je blauwe, witte, rode en groene teams. Elk team had zijn eigen stallen en trainers. De fans zaten bij elkaar in het supportersvak. Paardenraces waren zo mogelijk nog geliefder dan de gladiatorengevechten en daarom was de keizer vaak aanwezig. Er was zelfs een keizerlijke zitplaats.
Overig
Mensen kwamen niet alleen naar het Circus Maximus om de paardenraces te zien, maar ook om contact te zoeken. De dichter Ovidius (43 v.Chr.-17 n.Chr.) raadde zijn lezers zelfs aan om naar het Circus te gaan, omdat je daar zo lekker tegen elkaar aan kon zitten en er zich nog allerlei kansen voor contact (en meer) voordeden.