Aardmantel
De aardmantel is de laag in de aarde tussen de aardkorst en de aardkern. De aardmantel is ongeveer 2900 meter dik. In de aardmantel beweegt gesteente onder grote druk en hoge temperatuur. Een groot misverstand is dat dit gesteente gesmolten is. Echter, slechts 5% is gesmolten. De rest van het gesteente vervormt.
De aardmantel is belangrijk voor de warmte-uitwisseling van de aarde. De aardkern is erg warm en kun je vergelijken met een kernreactor. Alles rond de aardkern verwarmt en stijgt op richting de aardkorst. Hier koelt het af en zakt weer naar beneden. Hierdoor ontstaan stromen die we convectiestromen noemen. Door deze stromen bewegen de aardplaten en daardoor ontstaan onder meer aardbevingen en vulkanisme. Op een plek waar de stroom richting de aardkorst gaat en zich ombuigt kan zelfs direct al een vulkaan ontstaan. Vaak neemt deze stroom bellen magma mee en ontstaat hierdoor een hotspot. Dit is een vulkaan die niet in de buurt van een breuklijn ligt.
De aardmantel is in 1897 ontdekt door de Duitse Emil Wiechert. Hij noemde het al de aardmantel, aangezien de laag een mantel (een jas) vormt om de kern heen.